1TH HW SO Thema 4 Stevigheid en beweging BS1 Het skelet
T4 Stevigheid en beweging
BS 1 Het skelet
* Je kent de delen van het lichaam
* Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen
* Je kunt de functies van het skelet noemen
10 vragen
22 punten
Cijfer = score/2,2
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
T4 Stevigheid en beweging
BS 1 Het skelet
* Je kent de delen van het lichaam
* Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen
* Je kunt de functies van het skelet noemen
10 vragen
22 punten
Cijfer = score/2,2
Slide 1 - Tekstslide
1. (4p) Benoem de botten 1 t/m 4
Slide 2 - Tekstslide
2. (1p) Welke lichaamsdelen zijn onderdeel van de ledematen?
A
Ellepijp
B
Hand
C
Lendenwervels
D
Ribben
Slide 3 - Quizvraag
3. (1p) Welke lichaamsdelen zijn onderdeel van de romp?
A
Bekken
B
Hand
C
Schedel
D
Schouderblad
Slide 4 - Quizvraag
4. (6p) Benoem de botten 5 t/m 10
Slide 5 - Tekstslide
5. (2p)
Door je skelet kun je rechtop staan.
Welke andere functies heeft het skelet van de mens?
Slide 6 - Tekstslide
6. (2p)
Uit welke botten bestaat de borstkas?
Slide 7 - Tekstslide
7. (1p)
Welk bot komt niet voor in je arm, maar wel in je been?
Slide 8 - Tekstslide
8. (3p)
Bij veel dieren bestaat het lichaam uit een kop, een romp, ledematen en een staart. Maar een slang heeft niet alle lichaamsdelen. Noem 3 botten die niet in het lichaam van de slang voorkomen.
Slide 9 - Tekstslide
9. (1p)
Een slang kan een grote prooi in zijn geheel inslikken. De ribben gaan dan opzij om ruimte te maken voor de prooi. Dat is mogelijk doordat een bepaald bot niet voorkomt in de romp van een slang
Slide 10 - Tekstslide
10. (1p) Het skelet van de mens en het skelet van een slang hebben dezelfde functies.
Welke functie kan het skelet van een mens beter uitvoeren?
A
Bescherming bieden
B
Stevigheid geven
C
Beweging mogelijk maken
D
Vorm geven aan het lichaam
Slide 11 - Quizvraag
T4 Stevigheid en beweging
BS 1 Het skelet
* Je kent de delen van het lichaam
* Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen