H2 - 1.3

Paragraaf 1.3
Migratie en verstedelijking
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1.3
Migratie en verstedelijking

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen: je weet...
  • waarom er een massale trek is van het platteland naar de steden
  • waarom er een drijvende bevolking is
  • welke verandering er is in het uiterlijk van steden


Slide 2 - Tekstslide

Migratie naar de stad


Platteland loopt leeg > door mechanisatie in de landbouw minder mensen nodig > mensen vertrekken naar de stad voor werk/meer geld/luxe.

Slide 3 - Tekstslide

Urbanisatiegraad
= hoeveel van de mensen in een land, woont in een stad.

In china is de urbanisatiegraad hoog!
1980: 80% op platteland, nu: 60% in stad.

Slide 4 - Tekstslide

Zonder toestemming verhuizen = illegaal --> geen recht meer op zorg, onderwijs, etc.

= de drijvende bevolking
(mensen die ergens anders staan ingeschreven dan waar ze wonen)

Slide 5 - Tekstslide

Grote welvaartskloof

Slide 6 - Tekstslide

Regering wil binnenland China aantrekkelijker maken...
... zodat niet iedereen vertrekt.


--> infrastructuur (=vervoeren) verbeteren
--> bedrijven lokken (door bijv. lage belasting)

Slide 7 - Tekstslide

De urbanisatie (=verstedelijking) verandert de steden


  • traditionele, oude wijken verdwijnen (stadsdorpen)
  • worden nieuwe flats omheen gebouwd 

--> woningdichtheid is hoog.

Slide 8 - Tekstslide

Redenen om te verhuizen
  • pushfactoren: redenen om weg te gaan. (push = wegduwen)
  • pullfactoren: redenen om hierheen te gaan.
    (pull = aangetrokken)

Slide 9 - Tekstslide

Kenmerken van opkomende landen:


  • de economie groeit snel.
  • lage inkomens (BNP).
  • grote sociale en regionale ongelijkheid.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Globalisering

Voordeel = welvaart, economische groei

Nadeel = vervuiling, grotere ongelijkheid, etc.

Slide 12 - Tekstslide

Maken...
Paragraaf 1.2 --> 1, 2, 4 ,5 ,6, 9.
Paragraaf 1.3 --> 1, 2, 3, 4, 6abc.

Slide 13 - Tekstslide