W14- 1HM - Lezen H5 - NN

Lezen H5
Beste leerlingen, 
                                        Deze week gaan we aan de slag met begrijpend lezen.
  
Lesdoel:Je gaat leren welke tekstdoelen en tekstsoorten er zijn. Deze begrippen moet je kunnen toepassen op teksten. 

Om je geheugen op te frissen, beginnen we met een aantal vragen over de theorie van de vorige hoofdstukken lezen. Succes! 
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
nederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Lezen H5
Beste leerlingen, 
                                        Deze week gaan we aan de slag met begrijpend lezen.
  
Lesdoel:Je gaat leren welke tekstdoelen en tekstsoorten er zijn. Deze begrippen moet je kunnen toepassen op teksten. 

Om je geheugen op te frissen, beginnen we met een aantal vragen over de theorie van de vorige hoofdstukken lezen. Succes! 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je het onderwerp van een tekst wilt bepalen, moet je deze leesstrategie toepassen:
A
zoekend lezen
B
begrijpend lezen
C
oriënterend lezen
D
globaal lezen

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een titel is hetzelfde als een tussenkopje.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

globaal lezen betekent:
A
titel, plaatjes, kopjes bekijken
B
de hele tekst lezen
C
de tekst scannen
D
de eerste en laatste zin van alle alinea's lezen

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kunnen deelonderwerpen zijn bij een tekst met het onderwerp 'Corona'?
A
besmetting, maatregelen, genezing
B
Corona, COVID-19, griep
C
Houd 1,5 meter afstand van elkaar
D
leerlingen, vakken, cijfers

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar moet je op letten als je zoekend gaat lezen?
A
titel en tussenkopjes
B
vette/ onderstreepte/ schuine woorden
C
opvallende tekens in de tekst
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een anekdote?
A
kort/grappig verhaaltje in de inleiding van tekst
B
een tussenkopje
C
een deelonderwerp
D
de belangrijkste zin in het slot

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

een tekst bestaat uit drie delen: een inleiding, een middenstuk en een slot.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wist je alles nog? Als je een begrip uit de quizvragen niet meer wist, zoek dat begrip dan op in je Nederlands boek en zorg dat je de betekenis kent. 

Je krijgt nu uitleg over de theorie van begrijpend lezen hoofdstuk 5. 


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

lees de groene theorie op blz 116

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak opdr 1 op blz 117

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoorden - kijk je opdracht na
1.   Het doel van tekst 1 is informeren.
      Het doel van tekst 2 is overtuigen.
      Het doel van tekst 3 is instructie geven (iets uitleggen).
2    In tekst 1 wil de schrijver dat de lezer iets te weten komt over het ontstaan van de blindenstok.
       In tekst 2 wil de schrijver dat in de verkeerslessen aandacht besteed wordt aan de voorrangsregel voor blinden.
       In tekst 3 wil de schrijver aan de lezer uitleggen hoe je moet lopen met een blindenstok.
3     C Ze wilde zo veel mogelijk mensen ervan overtuigen dat haar voorstel om de veiligheid voor blinden te vergroten een goed            idee was.
4     De regering deelde stokken aan blinden uit.
5     De schrijver zegt dat erbij om te laten weten dat hij geen beginneling is die de verkeersregels nog niet goed kent.
    Nee, de blinde moet herkenbaar zijn aan zijn stok en met de uitgestoken stok langs de stoep staan. Als hij geen witte stok                heeft, of niet aangeeft te willen oversteken, geldt de voorrangsregel niet.
7     De mening van de schrijver staat in de tweede zin.
( " Ik vind .... ".) 
8    Je ziet dit aan de stappen.
   C om niet ergens tegenaan te lopen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snap je het? 
We hebben nu een beetje geoefend met tekstdoelen en tekstsoorten. 

Nu komen er een aantal quizvragen om te testen of je het snapt. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

tekstsoort van het plaatje?
A
vermaken
B
verhaal
C
strip
D
instrueren

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

tekstdoel van de strip?
A
amuseren
B
activeren
C
informeren
D
instrueren

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

doel van deze tekst?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

tekstsoort?
A
iets laten doen
B
reclame
C
nieuwsbericht
D
iets uitleggen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

doel van deze tekst?
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

doel van deze tekst?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
instrueren

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
We hebben nu flink geoefend met de theorie. Nu ga je de opdrachten maken op blz. 118-121. 
Maak opdracht 2, 4, 5. 

Je kunt de opdrachten ook digitaal maken! Dan hoef je geen foto van je schrift in te leveren, de docent ziet dan wat je doet. 

Digitaal opdrachten maken: 
- Log in op Magister (op een pc/laptop, de opdrachten werken niet op je telefoon)
- Ga naar leermiddelen 
- Ga naar Nieuw Nederlands 
- Ga naar H5 lezen en maak daar de opdrachten.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een foto van de antwoorden van opdr 2 uit je schrift en lever de foto hier in

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een foto van de antwoorden van opdr 4 uit je schrift en lever de foto hier in

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een foto van de antwoorden van opdr 5 uit je schrift en lever de foto hier in

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

extra oefenen begrijpend lezen
De laatste tijd is er veel nieuws over Corona. In de volgende dia's kun je meer te weten komen over de feiten en fabels rondom Corona en je bent ook nog eens extra aan het oefenen met begrijpend lezen! 

(Als je op een vraagteken klikt in een tekst, komt de betekenis van een moeilijk woord tevoorschijn)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FAKE NEWS / FACTS? 
Slepen maar!
Wat weet jij al over het onderwerp?
Het coronavirus overleeft niet boven de 27 graden. 

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

FAKE NEWS / FACTS? 
Slepen maar!
Wat weet jij al over het onderwerp?
Besmetting kun je voorkomen door je adem in te houden.

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

FAKE NEWS / FACTS? 
Slepen maar!
Wat weet jij al over het onderwerp?
Hamsteren is niet nodig, er is genoeg! 

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nieuws
In de volgende dia's ga je de tekst in stukjes lezen

Slide 29 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
Het nieuws
kwaadaardig
Slecht en gemeen. Gevaarlijk. 
Die man had kwaadaardige  bedoelingen.
misleiding
Een opzettelijke en geslaagde poging iemand een onjuiste indruk te geven. Onbetrouwbaar, leugen. 
Misleidende reclame of aanbiedingen komen vaak voor. 

Slide 30 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
Syri
   Wat is geen ander woord voor kletskoek?
Heb jij de alinea begrepen?
A
larie
B
nonsens
C
praat
D
kletskop

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nieuws
uitroeien
Ervoor zorgen dat er niet één van overblijft. Tot het laatste exemplaar vernietigen. 
Met die spray kan je al het ongedierte uitroeien
gerucht
Nieuwtje dat wel of niet waar kan zijn.
Er gaan geruchten dat de soap-ster zwanger is. 

Slide 32 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
SyriWAAR
  Je kan het beste naar Namibië 
gaan om besmetting te voorkomen. 
Heb jij de alinea begrepen?
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nieuws
de ronde doen
Rondgaan
Een gerucht is een verhaal dat de ronde doet. 
bijwerkingen
Ongewenste of onbedoelde effecten die optreden bij een medische behandeling.
De bijwerking van dat medicijn is misselijkheid. 

Slide 34 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
SyriWAAR
  Wat klopt wel over het slikken van pijnstillers?
Heb jij de alinea begrepen?
A
Van Ibuprofen heb je eerder last van bijwerkingen zoals maag- en darmklachten.
B
Van paracetamol krijg je eerder last van je darmen en maag.
C
Je moet eerst paracetamol nemen en dan Ibuprofen.
D
Alleen coronapatiëten hebben last van de bijwerkingen van Ibuprofen.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

beweren
Zeggen dat iets zo is, vaak zonder het te kunnen bewijzen.
Zij beweert dat je met wandelen meer calorieën verbrandt dan met hardlopen. 
Het nieuws
verklaren
Officieel of plechtig vertellen. Uitleggen. 
Ik kan niet verklaren waarom hij zo doet. 

Slide 36 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
Het nieuws

Slide 37 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
SyriWAAR
  Wat klopt wel over water drinken?
Heb jij de alinea begrepen?
A
Om het kwartier water drinken is goed voor je gezondheid.
B
Regelmatig water drinken is goed voor je gezondheid.
C
Door veel water te drinken spoelt het virus naar je maag.
D
Het is beter om minder water te drinken. Het virus kan ook in het water zitten.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nieuws
bloedbaan
De weg van het stromende bloed. 
In de maag lost het medicijn op en vindt het z’n weg naar de bloedbaan.

Slide 39 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
FAKE NEWS / FACTS? 
Slepen maar!
Heb jij de alinea begrepen?
Voldoende vitamine C binnenkrijgen helpt tegen verkoudheid. 

Slide 40 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nieuws
gorgelen
Vloeistof in je keel laten borrelen. 
Gorgelen met zout kan helpen tegen keelpijn. 
met klem
Dwingend, nadrukkelijk. 
Ik wil jullie met klem verzoeken de handen niet meer te schudden. 

Slide 41 - Tekstslide

Lezen
Lees samen met de leerlingen het nieuws uit de krant.
Wat was het tekstdoel van de tekst 'kletskoek over corona'?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klaar! 
Dit was de weektaak Nederlands van deze week.

Vergeet niet elke dag 30 minuten in je leesboek te lezen. 

Tot volgende week! 

OVM en BKE

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies