Boekje 10, les 1,2,3

Welkom DP3
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom DP3

Slide 1 - Tekstslide

Planning DP3 les 1
Taak 1 + 2
10:05 - 10:15
startactiviteit 
individueel en in stilte
check huiswerk 
10:15 - 1045
lesdoelen & theorie & start opdrachten
klassikaal
10:45 - 11:30
zelfstandig werken in boek 10 Taak 1 + 2
maken opdrachten 
11:30 - 11:45
lesafsluiting
klassikaal
Let op: bij elke gemaakte taak beoordeel je je eigen werk en laat je deze door mij beoordelen en aftekenen!

Slide 2 - Tekstslide

Opdrachten boek 10
Taak 
Zelfstandig
Inleveren
Opmerking
Taak 1
2-3-4-5
opdr 5
Theorie Doelgroepen+ let op keuzemogelijkheid opdr. 5

Taak 2
2-3-4-5
opdr 5
Film promotie in de horeca (bij opdr. 2) 
Taak 3
2-3-4-5-6
opdr 6
Tekstbron media-uitingen
Taak 4
2-3
Film van Harn Website
Taak 5
1

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 
boekje 10: Les 1
Je leert:
1. wat de kenmerken van een doelgroep zijn
2.hoe je een media-uiting schrijft voor een bepaalde doelgroep

Slide 4 - Tekstslide

Even herhalen 

Slide 5 - Tekstslide

Welke media-uitingen ken je?

Slide 6 - Woordweb

Media-uitingen
Een media-uiting is een manier waarop je een medium gebruikt om je boodschap over te brengen.

Communicatie is het overbrengen van een boodschap. Om de boodschap over te brengen heb je een kanaal nodig.
Het kanaal noemen we een medium, het meervoud van ‘medium’ is media. Voorbeelden van kanalen of media zijn de telefoon, internet of televisie.

Slide 7 - Tekstslide

Media-uitingen
Er zijn veel verschillende media-uitingen. Als ondernemer moet je kiezen welke je gebruikt. Media-uitingen zijn bijvoorbeeld:
  • advertentie en advertorial
  • flyer/nieuwsbrief
  • sms-bericht
  • poster
  • ansichtkaart
  • (product)presentatie
  • website
De keuze van de media-uiting hangt af van het doel van de boodschap, maar ook van de doelgroep waar je de boodschap naar wilt sturen.

Slide 8 - Tekstslide

Vraag:

Waar hangt de keuze van een media-uiting vanaf? 

Denk eraan:
Eerst zelf nadenken (15 sec)
Opschrijven in hele zinnen
Overleggen klasgenoot



Slide 9 - Tekstslide

Media-uitingen
De keuze van de media-uiting hangt af van:

1.het doel van de boodschap
2.maar ook van de doelgroep waar je de boodschap naar wilt sturen.

Slide 10 - Tekstslide

Vraag:

Wat is het verschil tussen een advertorial en een advertentie?

Denk eraan:
Eerst zelf nadenken (15 sec)
Opschrijven in hele zinnen
Overleggen klasgenoot



Slide 11 - Tekstslide

Media-uiting Advertentie/Advertorial
Een advertentie is een reclameboodschap die je plaatst in een (digitale) krant of op een website.

Een advertorial is een advertentie die heel erg lijkt op een artikel. Ondernemers proberen met een advertorial te bereiken dat de informatie die daarin staat heel betrouwbaar overkomt.

Slide 12 - Tekstslide

Vraag:

Welke 2 manieren ken je voor het verzorgen van drukwerk? Welke zijn dit en wie bepaalt welke je gebruikt?
Denk eraan:
Eerst zelf nadenken (15 sec)
Opschrijven in hele zinnen
Overleggen klasgenoot



Slide 13 - Tekstslide

Drukwerk
  1. offset drukken; beeld en tekst eerst op drukplaten gezet, op de drukplaten wordt inkt aangebracht en vervolgens gaan de platen door de drukpers en wordt de afdruk op papier overgebracht
  2. digitaal drukken;  wordt een drukklaar bestand rechtstreeks naar een grote printer gestuurd. Deze methode is minder arbeidsintensief en het proces gaat sneller. Een voordeel van digitaal drukwerk is ook dat het te personaliseren is. Eenzelfde flyer maken, maar wel met iemands naam erop is dus mogelijk.

Welke methode het meest geschikt is hangt af van de oplage. Dat zijn de aantallen die gedrukt moeten worden. Bij een hoge oplage (minimaal 2.000 stuks) is offsetdruk vaak voordeliger. Heb je een kleine oplage, dan kun je beter voor digitaal drukwerk kiezen.

Slide 14 - Tekstslide

Opdrachten
Taak 
Zelfstandig
Tweetal / Drietal
Taak 1
2-3-4-5
Taak 2
2-3
4
Beoordeling werk

Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten boek 10
Taak 
Zelfstandig
Inleveren
Opmerking
Taak 1
2-3-4-5
opdr 5
Theorie Doelgroepen+ let op keuzemogelijkheid opdr. 5

Taak 2
2-3-4-5
opdr 5
Film promotie in de horeca (bij opdr. 2) 
Taak 3
2-3-4-5-6
opdr 6
Tekstbron media-uitingen
Taak 4
2-3
Film van Harn Website
Taak 5

Slide 16 - Tekstslide

Theorie doelgroepen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Doelgroep:  bestaat uit mensen die iets hetzelfde hebben

Slide 19 - Tekstslide

Welkom DP3
12:15 - 12:25
startactiviteit 
rekenopdracht
12:25 - 12.45
lesdoelen bespreken + theorie
boekje 10
12:45 - 13:45
zelfstandig werken
maken opdrachten:
13:45 - 13:55
afronden & lesdoelen behaald? (exit ticket invullen)
huiswerk:

Slide 20 - Tekstslide

Opdrachten boek 10
Taak 
Zelfstandig
Inleveren
Opmerking
Taak 1
2-3-4-5
opdr 5
Theorie Doelgroepen+ let op keuzemogelijkheid opdr. 5

Taak 2
2-3-4-5
opdr 5
Film promotie in de horeca (bij opdr. 2) 
Taak 3
2-3-4-5-6
opdr 6
Tekstbron media-uitingen
Taak 4
2-3
Film van Harn Website
Taak 5

Slide 21 - Tekstslide

Doelgroepsegmentatie
  • Je kunt doelgroepen op veel meer manieren indelen. 
  • Het indelen in doelgroepen heet doelgroepsegmentatie.
  • Door zich te richten op een doelgroep kan een bedrijf precies bepalen wie zijn klanten zijn en wat ze willen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Over welk product gaat deze reclame?

Slide 24 - Open vraag

Noem een kenmerk van mensen die dit product interessant vinden.

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Video

Over welk product gaat deze reclame?

Slide 27 - Open vraag

Zou jij dit product kopen?

Slide 28 - Open vraag

Je wilt een informatieavond organiseren voor oudere mensen (65+). Je communiceert via
A
Televisiereclame
B
Instagram
C
E-mail
D
Papieren folder

Slide 29 - Quizvraag

Je maakt reclame voor een nieuwe bioscoopfilm van Disney over superhelden. Je communiceert via
A
Whatsapp
B
Youtube reclame
C
E-mail
D
Brief

Slide 30 - Quizvraag

Je maakt reclame voor luiers. Op wie moet je de reclame afstemmen?
A
Baby's (0-2)
B
Pubers (12-18)
C
Jonge volwassenen (18-35)
D
Ouderen (65+)

Slide 31 - Quizvraag

Je maakt reclame voor Disneyland Parijs. Op wie stem je de reclame af?
A
Op kinderen
B
Op ouders

Slide 32 - Quizvraag

Welkom DP3 2e blok
10.05-10.15  telefoon in bak + stillezen in boek
10.15-10.30 vragen beantwoorden over reclame/LessonUp
10.30-10.35 klassikaal: Film promotie horeca + uitleg opdracht 2 
10.35-10.55 maken opdracht 2 (taak 2) + opdracht 3 Ansichtkaart
10.55-11.00  mogelijkheid om naar de wc te gaan
11.00-11.40  Even wat anders: optische illusie + opdracht
11.40-11.45 Lesdoelen behaald? Les afsluiten




 

Slide 33 - Tekstslide

Klassikaal taak 1
  • Lezen Tekstbron 54 Doelgroepen
  • Maak opdracht 2
  • Maak opdracht 3 
  • Maak opdracht 4 (samenwerken met klasgenoot)
  • Maak opdracht 5 Gebruik het stappenplan poster maken (tweetallen)
  • Klassikaal Film promotie in de horeca + maken opdracht 

Slide 34 - Tekstslide

Opdracht 5 + keuzemogelijkheden
1. je maakt opdracht 5 uit je boekje-> je maakt een poster over een doelgroep van de open dag
of
2. je maakt een poster waarop je de open dag op school promoot (hoe zorg ik ervoor dat er veel ouders en kinderen naar school komen?)
of
3. je maakt een poster waarop je het profiel Dienstverlening en Producten  promoot (waarom moeten leerlingen voor D&P kiezen?)

Slide 35 - Tekstslide

Klassikaal taak 2

  • Klassikaal Film promotie in de horeca 
  • Zelfstandig: maak opdracht 2 + 3 + 4 + 5

Slide 36 - Tekstslide

Leerdoelen 2e blok
  • je kunt het doel van een media-uiting omschrijven
  • je kunt een media-uiting schrijven voor een bepaalde doelgroep 
  • je weet wat er met een optische illusie wordt bedoeld
  • je kunt zelf een optische illusie maken

Slide 37 - Tekstslide

Optische illusies

Slide 38 - Tekstslide

Wat is dat?
  • Als je iets ziet, gebruik je niet alleen je ogen. 
  • Je ogen kijken naar iets en geven daarover signalen door aan je hersenen. 
  • Daardoor zie je wat je ziet. 
  • Maar soms foppen je hersenen je
  • Dan zie je iets anders dan er eigenlijk is. 
  • We noemen dat gezichtsbedrog of een optische illusie.

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Wat zag je in het filmpje?

Slide 41 - Woordweb

Slide 42 - Tekstslide

Hoeveel benen heeft deze olifant?

Slide 43 - Woordweb

Slide 44 - Tekstslide

Wat zag jij in het plaatje?

Slide 45 - Woordweb

Slide 46 - Tekstslide

Zie jij zwarte puntjes bewegen?
A
Ja
B
Nee
C
HUH?!?

Slide 47 - Quizvraag

Slide 48 - Tekstslide

Wat zag jij in het vorige plaatje?
A
Een eend
B
Een konijn
C
Allebei

Slide 49 - Quizvraag

Je gaat een optische illusie zelf maken
  • Bekijk het volgende filmpje...
  • Benodigdheden: zwarte stift, liniaal, wit papier, kleurpotloden
  • je maakt een optische illusie...je mag kiezen tussen:
a. het namaken van de optische illusie vanuit het filmpje
of
b. bedenk zelf (of zoek op internet) een optische illusie en maak deze na

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Video

Leerdoelen 2e blok
  • je kunt het doel van een media-uiting omschrijven
  • je kunt een media-uiting schrijven voor een bepaalde doelgroep 
  • je weet wat er met een optische illusie wordt bedoeld
  • je kunt zelf een optische illusie maken

Slide 52 - Tekstslide

Planning DP3 les 3
taak
10:05 - 10:20
startactiviteit 
individueel en in stilte
check huiswerk 
10:20 - 10:50
lesdoelen & theorie 
klassikaal
10:50 - 11:30
zelfstandig werken in boek 2
maken opdrachten 
11:30 - 11:45
lesafsluiting
klassikaal

Slide 53 - Tekstslide