Lezen examenboekje (leerdoel 3)

Lezen examenboekje (leerdoel 3)
Vandaag:
-planning komende weken
-leerdoel 3 uit het examenboekje
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen examenboekje (leerdoel 3)
Vandaag:
-planning komende weken
-leerdoel 3 uit het examenboekje

Slide 1 - Tekstslide

Wat moeten we nog afronden?
  • leestoets  (k4a 19 maart, k4b 20 maart)
  • boekpresentaties pecha kucha (24 en 25 maart)


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel 3 - Tekstverbanden 

Slide 4 - Tekstslide

Lezen
Een tekstverband is een verband tussen alinea's, zinnen en woorden. Je herkent ze aan de signaalwoorden. (Let op!)
1. opsommend tekstverband
2. tegenstellend tekstverband
3. voorbeeld

Slide 5 - Tekstslide

Opsommend verband
In een opsommend verband worden dingen achter elkaar opgenoemd die bij elkaar horen. De volgorde waarin dit gebeurt, is niet belangrijk.

Eerst moet ik mijn huiswerk maken. Bovendien moet ik een uittreksel schrijven en ook nog mijn kamer opruimen." 
Signaalwoorden: ten eerste, bovendien, niet alleen, verder, enz.

Slide 6 - Tekstslide

Tegenstellend verband
Er worden tegenovergestelde zaken genoemd:

Zij heeft een nieuwe iPad, maar Jaap heeft een ander tablet.

Signaalwoorden: maar, tegenover, daarentegen, toch, echter, hoewel,  enz.

Slide 7 - Tekstslide

voorbeeld
Er worden voorbeelden genoemd:

Ik heb al veel geprobeerd, zoals een zalfje, pilletjes en een pleister.

Signaalwoorden: zo, zoals, bijvoorbeeld, als voorbeeld

Slide 8 - Tekstslide

zoals
is een signaalwoord ...
A
voor het tekstverband 'opsomming'
B
voor het tekstverband 'tegenstelling'
C
voor het tekstverband 'voorbeeld'
D
voor het tekstverband 'middel-doel'

Slide 9 - Quizvraag

ook
is een signaalwoord ...
A
voor het tekstverband 'opsomming'
B
voor het tekstverband 'tegenstelling'
C
voor het tekstverband 'voorbeeld'
D
voor het tekstverband 'reden'

Slide 10 - Quizvraag

maar
is een signaalwoord ...
A
voor het tekstverband 'opsomming'
B
voor het tekstverband 'tegenstelling'
C
voor het tekstverband 'voorbeeld'
D
voor het tekstbestand 'reden'

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
mbo-opleidingen in Nederland
B
onwenselijke situatie
C
stage mbo
D
stage voor illegale jongeren

Slide 12 - Quizvraag

Wat is volgens alinea 1 het tegenovergestelde van illegaal?

Slide 13 - Open vraag

Schema tekstverbanden

Slide 14 - Tekstslide

Maken: leerdoel 3 opdracht 1,2,3ac
Gebruik het schema signaalwoorden bij het maken van de oefeningen. 

Slide 15 - Tekstslide