Week 1,2025 ; Writing exam

English Class 
Writing exam practice
Use your phone to go to http://Lessonup.app and join using code:
(In English, of course)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

English Class 
Writing exam practice
Use your phone to go to http://Lessonup.app and join using code:
(In English, of course)

Slide 1 - Tekstslide

(4 min total) 1 min
Today's lesson

  • Vocabulary 
  • Reading 
  • Writing



If you haven't passed the CE or the IE (spreken/gesprekken), we will practice today or next week (if you need time to prepare;)

Slide 2 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
-Everything clear?
-Received an email yet?

What do we want to focus on?

Previously asked;
Sentence structure 

Writing exam

Slide 3 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
You will get a reading file from your teacher.
Why reading? Because you will get to improve your vocabulary this way, which will help you in the upcoming writing exam.

Read the article and answer the (4) questions.
Reading

Slide 4 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
Elke zin bestaat uit verschillende onderdelen. Het werkwoord, het werkwoordelijk gezegde, een voorzetsel of een zinsdeel bestaande uit voorzetsels. Vaak kun je ook in een zin een lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp vinden. En waar mag en kan je een tijd/plaats zetten in de zin? Het laatste in simpel, de tijdsbepaling en locatie/ dagbepaling staan altijd achter in de zin. (Dus we ontmoeten elkaar morgen om 10:00 bij de Dasseweide 3.)


Een paar statements over een zin: Waar/niet waar?
1. Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een (.,?!) 
2. Elke zin bevat ten minste een werkwoord.
3. Elke zin heeft de volgende opbouw: Onderwerp + verb + (lijdend/meewerkend) voorwerp.
4. Een zin kan uit meerdere zinsdelen bestaan.


As requested; Sentence structure
Alle statements zijn waar!

Slide 5 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
Een basiszin bestaat uit de volgende onderdelen:
Onderwerp + werkwoord + (lijdend/meewerkend) voorwerp.

Onderwerp: Persoonlijk voornaamwoord of naam van de persoon.
He obtained his degree. (He + obtained + His degree)
His degree - in dit geval het lijdend voorwerp. Hij heeft het gekregen en 'his degree' had hier geen keus in (lijdend).

Een zin kan ook een werkwoordelijk gezegde bevatten (meerdere werkwoorden die allemaal als werkwoord functioneren. Werkwoordelijk gezegde)
He has learned a lot of knowledge.  
He + has learned + a lot of knowledge.
Has learned - twee werkwoorden dus werkwoordelijk gezegde.




As requested; Sentence structure

Slide 6 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
Een aantal voorbeelden:    Onderwerp  werkwoord (lijdend/meewerkend) voorwerp  voorzetsel






Complexe zin met meerdere zinsdelen, gecombineerd door een 'coordinating conjunction'; 
Independent sentence dependent sentence                           , de komma geeft het begin van het tweede zinsdeel aan. 
Een 'independent sentence' kan op zich zelf staan. Er zou ook een punt kunnen staan achter deze zinnen.
As requested; Sentence structure
Dependent = afhankelijk (kan NIET als zin functioneren)
Independent = onafhankelijk (kan als zin functioneren)

Slide 7 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
As requested; Sentence structure
Wordwall game
Wordwall game 2
Om langere zinnen te maken bij bijvoorbeeld jouw schrijfexamen die aantonen dat je op niveau zit, kun je gebruik maken van voegwoorden (conjunctions).

Before he went to school, he was reading a book.

Even though he likes bananas, he prefers to eat apples.   (Independent clause , dependent clause)

Slide 8 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
As requested; Sentence structure
Let's practice;
Look at this text and identify the independent and dependent clauses. 
 
Text (Level B1):
My day usually starts quite early. 
After I wake up, I make myself a cup of coffee and enjoy it while I read the news on my phone. 
Once I've finished my coffee, I get ready for the day and have breakfast. 
I usually go to work by bus, which takes about 30 minutes.

At work, I meet with colleagues and we discuss our projects. 
I enjoy working with my team, as we are all very friendly and supportive. 
Although my job can be challenging at times, I find it very rewarding.

In the evenings, I like to relax at home. 
I believe that having a balanced lifestyle is important, so I try to make sure I have                                      enough time for both work and relaxing activities.



timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
As requested; Sentence structure
Let's practice;
Rewrite the text and insert conjunctions (voegwoorden) and comma's, dots (.) etc.
Extra task: Try to rewrite the text for level B1 purposes (change words etc.)

Text (A2): 
My job is interesting. I work at a library. I help people find books. I also organize events. I like to talk to people. I enjoy helping them. I learn new things every day.

The library is a busy place. There are many people who come to visit. Some people borrow books. Other people use the computers. I help everyone. I am friendly and helpful. I like my job very much.

I work with a team of people. We work together. We help each other. We are a good team. We are happy at work. I am proud to work at the library. I help people learn. I help people enjoy reading. I make a difference in my community.




timer
10:00

Slide 10 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
Speaking/having conversations (if you haven't passed the exams;)

Slide 11 - Tekstslide

(5 min total) 1 min
Today:
Go to itslearning and open today's lesson:
You will write 1/2 pieces (depending on the                 ) today. 
So you may skip one of the exercises on itslearning.

Check 1 piece using CHATGPT/GEMINI
One piece will be checked by your teacher/your classmates


Writing exam (40 min.)

Slide 12 - Tekstslide

(5 min total) 1 min