In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
3 MAVO || 2021-2022
Hoofdstuk 1
Hoe groot is jouw welvaart
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Lesdoelen
Theorie H1.1
Aan de slag
Evaluatie
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les
Ken je de twee verschillende soorten behoeften en kun je hier een voorbeeld van geven
Weet je wat schaars betekent in de economie
Weet je wat je welvaart bepaalt
Slide 3 - Tekstslide
Economie
Slide 4 - Woordweb
Wat is economie?
Het vak economie gaat over de behoeften die mensen hebben en de keuzes die zij maken om in hun behoeften te voorzien.
Slide 5 - Tekstslide
Behoefte
Wensen die mensen hebben (wat je graag zou willen)
Voorbeeld?
Apple producten
Nieuwe telefoon
Red Bull
Slide 6 - Tekstslide
Behoeften
Iedereen heeft verschillende behoeften
Iedereen wil tenslotte iets anders!
MAAR….
Iedereen wil eten, (schoon) drinkwater, een huis, kleding, onderwijs en gezondheidszorg
Slide 7 - Tekstslide
Primaire behoeften
Noodzakelijke behoeften:
Eten, (schoon) drinkwater, een huis, kleding, onderwijs en gezondheidszorg
Slide 8 - Tekstslide
En de rest dan?
Slide 9 - Tekstslide
Secundaire behoeften
Overige behoeften:
Behoeften die het leven beter of prettiger maken
Slide 10 - Tekstslide
Wat heb je voor het laatst gekocht?
Slide 11 - Open vraag
Aan de slag
Maken 1 t/m 5
Zachtjes overleggen! / Aan docent vragen
Klaar? Nakijken
Niet af? Huiswerk!
Slide 12 - Tekstslide
Welkom
3 MAVO || 2020-2021
Hoofdstuk 1
Hoe groot is jouw welvaart
Slide 13 - Tekstslide
Programma
Nakijken
Vorige les
Lesdoelen
Theorie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 14 - Tekstslide
Nakijken 1 t/m 5
Slide 15 - Tekstslide
Hoe heb je je huiswerk gemaakt?
A
B
C
Slide 16 - Quizvraag
Primaire behoeften
Secundaire behoeften
Slide 17 - Sleepvraag
Wat is voor jou het belangrijkste? Naar de bioscoop, je fiets laten repareren of een nieuw spel? 1. Fiets laten repareren 2. Een nieuw spel 3. Naar de bioscoop
Slide 18 - Open vraag
Prioriteiten stellen
Welvaart:
De mate waarin je in je behoeften kunt voorzien
Lage welvaart:
Je kunt jezelf weinig van behoeften voorzien
Hoge welvaart:
Je kunt jezelf van veel behoeften voorzien
Slide 19 - Tekstslide
Zelfvoorziening
Je voorziet aan je behoefte zonder deze te kopen
Voorbeeld
Je bakt zelf een taart i.p.v. deze te kopen
Lage welvaart:
Je kunt jezelf weinig van behoeften voorzien
Slide 20 - Tekstslide
Schaarste
We hebben veel behoeften, maar onze middelen zijn beperkt.
Schaarste
Iets is schaars als er niet vanzelf, zonder inspanningen, voldoende van is om alle behoeften te vervullen