Geschiedenis - Begrijpend lezen | Wie is de baas?

Hoe zit dat?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenGeschiedenisBasisschoolGroep 5-8

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Hoe zit dat?

Slide 1 - Tekstslide

Ik ken verschillende soorten leiders en weet waarom ze macht of invloed hadden.

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek deze vragen met je maatje:

Wat valt je op aan de vorm, de kopjes, de titel en de plaatjes?
Wat is dit voor tekst?
Hoe ga je deze tekst lezen?
Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?
Wat weet je er al van?
Bekijk de tekst, maar lees hem nog niet. 

Slide 3 - Tekstslide

Heb je vragen als je naar de tekst kijkt? 
 Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak ze op de
vragenmuur.

Slide 4 - Tekstslide

We lezen de tekst eerst een keertje helemaal.

Slide 5 - Tekstslide

We gaan de tekst samenvatten op post-its, die we op de geschiedeniscanon plakken!

Slide 6 - Tekstslide

Woordenschat:
leiders, allerlei, ‘soorten en maten’, bepaalde, macht, zaaien, tegenstanders, onderdrukken,
inspireert, idealen, ‘je handen vol hebben aan’, wieg, koninklijke, troonopvolger, onsterfelijk, daden, wreedheden, dictator, oude Egypte, wrede, opmerkelijke, monarch, vóór, Franse Revolutie, onderdanen, droog brood, schijnt (schijnen), ‘kaas gegeten hebben’, letterlijk,
guillotine.




  
De leerkracht doet het voor!

Slide 7 - Tekstslide

Woordenschat:
dictator, Romeinse Rijk,
crisis, trad af (aftreden), overwinningen, eeuwige,
officieel, alleenheerser, uppie, Sovjet-Unie, verbond, staten, nazi-Duitsland, dictatuur, geregeerd (regeren),
militairen, partij, slachtoffers, terreur, politieke ideeën.




  
We doen het samen!

Slide 8 - Tekstslide

Nu jullie!

Slide 9 - Tekstslide

Tekstgerichte vragen:
Wat is een dictator?
Waarom was Gandhi belangrijk voor India?
Wat betekent de uitspraak van Marie Antoinette over taart?

Denk aan een leider die je kent. Welk type leider is het volgens de tekst?
Wat vind je van het idee dat de plek waar je wieg staat je leven bepaalt?
Teken jezelf als leider, wat voor leider zou jij zijn?







Hebben jullie de tekst verder gelezen en de tijdlijn en aantekeningen aangevuld?
Maak dan de vragen!

Slide 10 - Tekstslide

Toetsvraag:
Waarom kreeg iemand in het oude Rome de titel ‘dictator’, en hoe is dat anders dan wat we nu een dictator noemen?
A) In het oude Rome kreeg iemand deze titel als hij goed was in oorlog voeren, en hij hield de titel altijd, terwijl moderne dictators meestal maar kort aan de macht zijn.
B) In het oude Rome kreeg iemand de titel alleen als er problemen waren, en hij had tijdelijk alle macht, terwijl moderne dictators vaak voor altijd aan de macht blijven.
C) In het oude Rome betekende het dat de leider gemeen was, wat nu niet altijd zo is.
D) In Rome betekende het dat de leider wijs was, wat nu niet meer zo is 

Slide 11 - Tekstslide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 12 - Tekstslide

Heb je nieuwe vragen gekregen? Schrijf deze op post-its en hang ze op de vragenmuur.
Heb je antwoorden gekregen op je vragen?

Slide 13 - Tekstslide

Tot de 
volgende keer!

Slide 14 - Tekstslide