In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Presenteren.... kun je leren!
Slide 5 - Tekstslide
Ik vind presenteren spannend
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Zoek de verschillen....
Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties?
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
Welke verschillen kun je noemen?
Slide 10 - Woordweb
Wat zijn valkuilen bij presenteren?
Slide 11 - Open vraag
Een goede presentatie heeft een goede voorbereiding nodig. Hoe bereid jij je voor?
Slide 12 - Open vraag
Voorbereiding
1. Maak een goede planning.
2. Kies een onderwerp.
3. Brainstorm door middel van een mindmap.
4. Verzamel informatie. Gebruik verschillende bronnen!
5. Maak keuzes.
Slide 13 - Tekstslide
6. Verdeel je materiaal over inleiding – middenstuk - slot.
7. Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt (foto’s, andere afbeeldingen, PowerPoint, Prezi, Lessonup, video, voorwerpen).
8. Schrijf de presentatie uit en leer de presentatie aan de hand van sleutelwoorden.
9. Maak, als het mag, een spiekbriefje met sleutelwoorden.
10. Oefenen – oefenen - oefenen.
Slide 14 - Tekstslide
Opening
Wacht totdat het stil is en begin je presentatie met een duidelijke opening.
Slide 15 - Tekstslide
Kun je een creatieve opening bedenken?
Slide 16 - Woordweb
Creatieve opening
Citaat
Quiz
Raadsel
Humor
Anekdote
Bedankje
Een vraag aan je publiek
Enzovoorts...
Slide 17 - Tekstslide
Wat is belangrijk aan je houding?
Slide 18 - Woordweb
Houding
- Sta met twee benen op de grond. - Je knieën een beetje gebogen en niet op slot. - Je armen langs je lichaam. - Rug recht, schouders naar achteren. - Ogen het publiek in.
Slide 19 - Tekstslide
In een presentatie kun je verbale en non-verbale communicatie gebruiken....
Slide 20 - Tekstslide
Wat is verbale communicatie?
A
Spreken
B
Spreken en luisteren
C
Met handen en voeten praten
D
Afbeeldingen gebruiken
Slide 21 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Tekens & Symbolen
B
Praten met handen en voeten
C
Lichaamshouding
D
Van je gezicht aflezen
Slide 22 - Quizvraag
Er mogen geen stiltes vallen tijdens mijn presentatie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Tips voor gebruik van Powerpoint: - Gebruik zo min mogelijk slides en zo min mogelijk tekst.
- Gebruik hoofdletters en punten.
- Gebruik de hele tijd hetzelfde lettertype.
- Maak opsommingen zichtbaar met nummers, liggende streepjes of bolletjes.
- Oefen de presentatie met de slides.
- Kijk niet steeds om of het beeld wel in orde is. Dit gaat ten koste van het oogcontact.
- Gebruik kleur voor duidelijkheid en nadruk en niet als versiering.
Slide 24 - Tekstslide
Tips: - Spreek rustig en duidelijk. - Kijk je publiek aan en kijk niet te vaak op je spiekbriefje. - Bedenk voor jezelf van tevoren vragen. Welke vragen zouden de toehoorders kunnen stellen? Weet je daar een antwoord op? - Zorg voor een logische indeling (kop - romp - staart) - Duidelijke zinnen
- Humor?!
- Wees creatief!
- Bedank je publiek
Slide 25 - Tekstslide
Aan de slag!
Je gaat nu je presentatie voorbereiden van het interview wat je hebt gedaan over een beroep.
Slide 26 - Tekstslide
Wat mag of moet!
Je mag alleen of met z'n tweeën presenteren, wel beide interviews
Je presentatie duurt ca 3 - 5 minuten
Na je presentatie weten wij meer over het beroep
Je kiest minimaal 1 vorm uit verschillende vormen van ondersteuning voor je presentatie: