Circulatie les 1 niv. 4

Ziekten van het circulatiestelsel
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ziekten van het circulatiestelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan de bloeddruk van binnen uit beinvloed worden?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de 3 betrokken hormonen van het RAAS systeem?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer treedt het RAAS systeem in werking
A
bij een te lage bloeddruk
B
bij een te hoge bloeddruk
C
weet ik niet

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het RAAS-systeem zorgt ervoor dat de bloeddruk op peil blijft. Welk hormoon hoort niet bij het RAAS-systeem?
A
Renine
B
ADH
C
Angiotensine
D
Aldosteron

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg kort uit wat het RAAS systeem doet

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kan de volgende begrippen uitleggen
in groepjes 5 minuten overleg en daarna komt ieder groepje met een korte bondige omschrijving van het begrip
- boezemfibrilleren

- oedeem
- astma cardiale
- natriumretentie
- centraal veneuze druk 



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

omschrijving begrip

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem oorzaken voor een hoge bloeddruk

Slide 24 - Woordweb

Bij 9 van de 10 mensen met een hoge bloeddruk is de oorzaak onbekend. Aanleg kan een rol spelen. In sommige families komt dit vaker voor dan in de andere.
Ongezonde leefstijl kan je bloeddruk verhogen:
roken
veel zout in je eten
overgewicht
weinig bewegen
veel alcohol drinken
stress 

Leeftijd, zwangerschap en overgang zijn ook periodes om je bloeddruk in de gaten te houden 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat verhoogt de kans op een te hoge bloeddruk?
A
vaak bewegen
B
veel stress
C
weinig zout eten

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou een gevolg kunnen zijn van een hoge bloeddruk?
A
alle drie de antwoorden
B
een herseninfarct
C
een hersenbloeding
D
hartfalen

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent orthostatische hypotensie?
A
Tijdelijke bloeddrukdaling na het opstaan
B
Duizeligheid
C
Tijdelijke bloeddrukverhoging na het opstaan
D
moeite met staan

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Orthostatische hypotensie is een belangrijke oorzaak van vallen bij ouderen.
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

shock werk in je groepje kort en bondig uit: de oorzaak, de gevaren, de symptomen en gevolgen
5 groepjes: 10 minuten
  1. Hypovolemische shock. 
  2. Cardiogene shock. 
  3. Obstructieve shock.
  4. Distributieve shock.
  5. septische shock

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
Evaluatie

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies