1.3 Vermogen en energie 3k

H1 Elektriciteit
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1 Elektriciteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?

  • Herhalen 1.2
  • Opdrachten maken 1.2
  • Test jezelf 1.2
  • Uitleg vermogen
  • Oefenen berekenen
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De huisinstallatie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Draden in huis

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kortsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overbelasting

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 17 van 1.2


Klaar?
  1. Maak online test jezelf van 1.2
  2. Start met het lezen en maken van 1.3 Vermogen en energie
timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe gaat 1.2?
Ga in de digitale methode naar 1.2 en maak test jezelf.


Klaar?
Start met het lezen en maken van 1.3 Vermogen en energie




timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.3 Vermogen en energie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zijn alle apparaten in huis parallel aangesloten?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Fasedraad
Nuldraad
Schakeldraad

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit hoe kortsluiting kan ontstaan

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan overbelasting ontstaan?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zijn er in huis meerdere groepen

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je kennen/kunnen?
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met het vermogen van een apparaat.
Je kunt berekeningen uitvoeren met spanning, stroomsterkte en vermogen.
Je kunt uitleggen hoe het verbruik van elektrische energie in huis wordt gemeten.
Je kunt het energieverbruik van elektrische apparaten berekenen in kWh.
Je kunt berekenen hoeveel je voor de verbruikte elektrische energie moet betalen.
Je kunt beschrijven welke grootheden je af kunt lezen op een energiemeter. (extra stof)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vermogen
De hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

Slide 18 - Tekstslide

Lampen met verschillende vermogens laten zien
Grootheid
Afkorting
Eenheid
Afkorting
.










Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

P = U x I
P = vermogen                  in watt (W)
U = spanning                   in volt (V)
I = stroomsterkte           in ampère (A)






De hoeveelheid elektrische energie die een apparaat per seconde verbruikt
Hoeveelheid elektrische energie die de stroom met zich mee draagt. 
Hoeveelheid stroomdeeltjes die per seconde langs komen

Slide 20 - Tekstslide

Demo lampje p = u x i checken
P = U x I
P = vermogen             in watt (W)
U = spanning              in volt (V)
I = stroomsterkte      in ampère (A)

Op een lader van een telefoon
staat 6 V en 2 A. Hoe groot is
Het het vermogen van deze lader?




Gegeven
Gevraagd
Oplossing

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoord
gegeven     U = 6 V
                        I   = 2 A
gevraagd    P = ? W
oplossing    P  =   U  x I   =   6  x 2  = 12 W

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen met vermogen
Opdracht 1 en 2 samen
Opdracht 3 en 4 zelfstandig

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

P = U x I
Het kan zijn dat je niet het vermogen (P) moet berekenen, maar bijvoorbeeld de spanning. 

Hiervoor kan je de driehoek hiernaast gebruiken.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen met vermogen
Opdracht 5 en 6 samen
Opdracht 7 t/m 12 zelfstandig

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kilo- en milli-
Soms staan je gegeven nog niet in de goede eenheid. Dan moet je ze eerst nog omrekenen.

Kilo 1000 x zo groot
Milli 1000 x zo klein

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen met vermogen
Opdracht 13 samen
Opdracht 14 zelfstandig

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op een fietslampje staat 0,3 A en 15 V
Bereken het vermogen van dat lampje.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

E = P x t
E = energieverbruik        in kilowattuur (kWh)
P = vermogen                    in kilowatt (kW)
t = tijd                                    in uur (h)


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

E = P x t
E = energieverbruik        in kilowattuur (kWh)
P = vermogen                    in kilowatt (kW)
t = tijd                                    in uur (h)

Een lamp met een vermogen van 15W 
brandt de hele avond (18:00 - 23:00)
Bereken hoeveel energie de lamp verbruikt.
Gegeven
Gevraagd
Oplossing

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoord
gegeven     P = 15 W = 0,015 kW
                        t = 5 h
gevraagd    E = ? kWh
oplossing    E  =   P  x t   =   0,015  x 5  = 0,075 kWh

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een telefoon moet om op te laden 3 uur aan de lader. De lader heeft een vermogen van 10 W. Hoeveel energie gaat er in die tijd in de telefoon?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op een zaklamp staat: 50 V en 2 A. De zaklamp staat 10 uren aan. Bereken de energie die deze zaklamp verbruikt in die tijd.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
Opdrachten of proefjes maken

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord:

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies