Laagland Cursus 10

Cursus 10: achttiende eeuw
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Cursus 10: achttiende eeuw

Slide 1 - Tekstslide

Historische context
In de Republiek der Nederlanden waren drie groeperingen: 
1. Oranjepartij (stadhouder en aanhang)
2. Regenten (wilden macht behouden)
3. Patriotten (wilden meer invloed voor de burgerij)

Invloed van de Fransen (verfransing). 
Economische achteruitgang en werkloosheid.
Burgerij wilde meer invloed op het bestuur

Slide 2 - Tekstslide

Welke bijnaam heeft de achttiende eeuw gekregen?

Slide 3 - Open vraag

De naam pruikentijd gebruiken we omdat in deze tijd:
A
Iedereen een pruik droeg
B
De pruik toen werd uitgevonden
C
Rijke mensen een pruik droegen
D
Alle vrouwen een pruik droegen

Slide 4 - Quizvraag

2 Culturele context

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wat bedoelt Immanuel Kant met: 'Sapere aude!'
A
'Durf in opstand te komen!'
B
'Durf te denken!'
C
'Durf te luisteren!'
D
'Durf te onderzoeken!'

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de verlichting?
A
Uitvinding van de straatlantaarns
B
Steeds meer uitvindingen waarbij kennis belangrijker werd dan geloof
C
Steeds meer uitvindingen die het geloof helpen de bijbel te verklaren
D
Het schrijven van een nieuwe vertaling van de bijbel

Slide 8 - Quizvraag

In de Verlichting staat:
A
ratio/rede centraal
B
geloof centraal
C
natuur centraal
D
spiritualiteit centraal

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Video

verlichting
Zelfstandig en kritisch denken en op basis daarvan handelen.
* Verlichte denkers zijn optimistisch (de mens is van nature goed; verkeerd gedrag ontstaat door gebrek aan kennis van het goede)
* groot belang onderwijs en opvoeding
* moralistische geschriften
* idee maakbaarheid samenleving

Slide 11 - Tekstslide

De burger ontwikkelde zich als individu-> zelfbespiegeling, aandacht innerlijke leven en aandacht voor gedrag-> dagboeken, brieven, essays, romans.
Satrire
 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Kan satire te ver gaan?
ja
nee

Slide 14 - Poll

Welke satirische programma's / artiesten / tijdschriften enz. ken je?

Slide 15 - Open vraag

Paarse tekst blz 127: Eise Eisinga
https://www.youtube.com/watch?v=_cCCB90RPxo

Slide 16 - Tekstslide

Ben jij meer emotioneel of rationeel?
emotioneel
rationeel
beide even zeer

Slide 17 - Poll

Neem jij alles klakkeloos aan of check je feiten?
ik neem alles klakkeloos aan
ik check altijd de de feiten
ik check soms de feiten

Slide 18 - Poll

Les 3 week 13 par. 2.3: kunst 
De kunstenaar als opvoeder en opinievormer
Bekijk het satirische schilderij ( Er werd geschreeuwd in het huis - Cornelis Troost) op de volgende dia. 
Waarmee wordt gespot?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Waarmee wordt gespot?
A
de elite
B
de pruikentijd
C
drankmisbruik
D
homoseksualiteit

Slide 21 - Quizvraag

Waarom zou drank een gevaar kunnen zijn voor de ratio?

Slide 22 - Open vraag

2.4 Classicisme 
Ontstaan in de zeventiende eeuw -> vorsten en machthebbers

Achttiende eeuw-> classicisme wordt hergebruikt door burgerij 
Verschil met zeventiende eeuws classicisme::
- nadruk op eenvoud, zakelijkheid, regelmaat en heldere lijnen (morele zuiverheid)
-kunstenaar richt zich qua onderwerp op de burgerlijke wereld (geen waargebeurde historische gebeurtenissen)


Slide 23 - Tekstslide

2.5 muziek
Barokmuziek: gevoelens en passie uitdrukken
  
Luister naar het volgende fragment (scherm niet tonen) en beantwoord daarna devragen.
https://www.youtube.com/watch?v=QLj_gMBqHX8
Welk instrument is dominant?
Welke componist schreef dit stuk?


Slide 24 - Tekstslide

Welk instrument is dominant?
A
het klavecimbel
B
de fluit
C
de piano
D
de viool

Slide 25 - Quizvraag

Wie is de componist?
A
Bach
B
Beethoven
C
Haydn
D
Mozart

Slide 26 - Quizvraag

Later die eeuw: verandering
Klassieke stijl van Weense school.
Ontstaan van symfonieorkest.
Componisten zelfbewuster, vrij scheppende kunstenaars, niet meer in opdracht.
Luister naar het volgende fragment en beantwoord de vragen.
https://www.youtube.com/watch?v=sPlhKP0nZII

Slide 27 - Tekstslide

Hoe heet dit bekende stuk en van wie is het?

Slide 28 - Open vraag

 Het openingsmotief van Beethovens vijfde symfonie werd in de Tweede Wereldoorlog op zenders van de BBC als herkenningsmelodie gebruikt. In morsecode ("••• —" ofwel: "kort-kort-kort-lang") wordt hiermee de letter "V" gesymboliseerd, het V-teken ('victory') stond symbool voor overwinning en vrede en was in 1941 onder velen als zodanig bekend.

Slide 29 - Tekstslide

par. 3 Literaire ontwikkelingen
Vanaf 5.50 minuten : https://www.youtube.com/watch?v=4mGJ1HHJlTg
vlogboek spectatoriale tijdschriften

Slide 30 - Tekstslide

3.2 classicistisch toneel
-Frankrijk als voorbeeld
-Morele lessen
-Deugd belond en ondeugd bestraft
https://www.youtube.com/watch?v=C2Lc7fLE-Os
Het wederzijds huwelijksbedrog   (satire en moralisatie)

Slide 31 - Tekstslide

Kinderliteratuur
In de Verlichting ontstonden nieuwe ideeën over opvoeding.
 Rousseau: de mens is in wezen goed, maar wordt bedorven door de maatschappij. Kinderen zo lang mogelijk in kinderwereld laten. Ze moeten zoveel mogelijk vrij gelaten worden, dan zullen ze zich vanzelf tot goede mensen ontwikkelen.
Literair gevolg  ontstaan jeugdlectuur midden 18e eeuw
Belangrijkste Nederlandse jeugdboek: Proeve van kleine gedichten voor kinderen door Hiëronymus van Alphen
Gedicht: De pruimeboom

Slide 32 - Tekstslide

Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eieren zo groot.
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader 't hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
Mist men vijf, zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken; ik loop heen.
Zou ik om een hand vol pruimen
Ongehoorzaam wezen? Neen !

Voort ging Jantje, maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het lopen tegen
Vooraan op het middenpad.
Kom mijn Jantje, zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken,
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan 't schudden,
Jantje raapte schielijk op.
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.

Slide 33 - Tekstslide

Welke deugd wordt hier geprezen?
A
gehoorzaamheid
B
ijver
C
standvastigheid
D
leergierigheid

Slide 34 - Quizvraag

Vind je het een geloofwaardig gedichtje?
ja
nee

Slide 35 - Poll

pardodie van O'Mill
Pruimejantje
 
Jantje zag eens pruimen hangen
Oh, als eieren zo groot;
De tuinman zag zijn bolle wangen
Sloeg de vuile gapper dood.
John O’Mill (1915-2005)

Slide 36 - Tekstslide

Bespreking (door jullie zelf) klucht: 6 april

Slide 37 - Tekstslide

3.5: imaginaire verhalen
Reize door het Aapenland - Gerrit Paape
Gaan we lezen na pww3
Dus je zou al aantekeningen kunnen maken...

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Waarom schreven Verlichters imaginaire reisverhalen?
A
Ze hadden een grote fantasie
B
Ze vertelden graag over hun reizen
C
Ze konden dan niet opgepakt worden
D
Ze dachten dat een denkbeeldig verhaal meer aan zou spreken

Slide 40 - Quizvraag

Welk genre lees je het liefst?
psychologische roman
oorlogsroman
fantasy
historische roman
geen voorkeur

Slide 41 - Poll

Kun jij goed je gevoelens uiten?
ja
nee

Slide 42 - Poll

Hoe uit jij je gevoelens?

Slide 43 - Open vraag

Ten slotte: 3.6 sentimentalisme en de briefroman

https://www.youtube.com/watch?v=2p1eRjSLJTk (tot 5 minuten)

https://www.youtube.com/watch?v=6Way5O7FGI0

Slide 44 - Tekstslide

Met welke (al dan niet levende/bestaande) figuur/persoon zou je brieven willen schrijven?

Slide 45 - Open vraag