250218TR 3.7 Bedrijvende en lijdende vorm - oefenles

Maak de zin bedrijvend.
"Het winnende doelpunt werd in de laatste minuut door een invaller gemaakt."
1 / 24
volgende
Slide 1: Open vraag

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Maak de zin bedrijvend.
"Het winnende doelpunt werd in de laatste minuut door een invaller gemaakt."

Slide 1 - Open vraag

Volgens mij word ik niet serieus genomen door die docent.
A
Bedrijvend
B
Lijdend

Slide 2 - Quizvraag

Zet de zin om van lijdend<-> bedrijvend
Volgens mij word ik niet serieus genomen door die docent.

Slide 3 - Open vraag

Maak de zin lijdend.
"De docent handvaardigheid heeft onze werkstukken nog niet beoordeeld."

Slide 4 - Open vraag

Ina ontvangt een prijs.
A
lijdend
B
bedrijvend

Slide 5 - Quizvraag

Zet de zin om van bedrijvend <->lijdend
Ina ontvangt een prijs.

Slide 6 - Open vraag

De conciërge berispte de herrieschoppers zo vriendelijk mogelijk.
A
bedrijvende vorm
B
lijdende vorm

Slide 7 - Quizvraag

Maak de zin lijdend:
"De conciërge berispte de herrieschoppers zo vriendelijk mogelijk."

Slide 8 - Open vraag

Is de opdracht nu goed nagekeken door de docent?
A
Bedrijvend
B
Lijdend

Slide 9 - Quizvraag

Zet de zin om van lijdend<-> bedrijvend
De docent heeft de opdracht goed nagekeken.

Slide 10 - Open vraag

De meeste mensen maken tegenwoordig zelf uitnodigingen via een internetsite.
A
bedrijvende vorm
B
lijdende vorm

Slide 11 - Quizvraag

Maak de zin lijdend:
"De meeste mensen maken tegenwoordig zelf uitnodigingen via een internetsite."

Slide 12 - Open vraag

Het jurkje wordt door Simone gekocht.
A
Bedrijvend
B
Lijdend

Slide 13 - Quizvraag

Zet de zin om van lijdend<-> bedrijvend
Het jurkje wordt door Simone gekocht.

Slide 14 - Open vraag

De saucijzenbroodjes waren volgens een speciaal recept door leerlingen van de koksopleiding bereid.
A
bedrijvende vorm
B
lijdende vorm

Slide 15 - Quizvraag

Maak de zin bedrijvend:
"De saucijzenbroodjes waren volgens een speciaal recept door leerlingen van de koksopleiding bereid."

Slide 16 - Open vraag

De man koopt een scheerapparaat.
A
Bedrijvend
B
Lijdend

Slide 17 - Quizvraag

Zet de zin om van bedrijvend <->lijdend
De man koopt een scheerapparaat.

Slide 18 - Open vraag

De dressuuroefening wordt door Ina goed uitgevoerd.
A
lijdend
B
bedrijvend

Slide 19 - Quizvraag

Zet de zin om van lijdend<-> bedrijvend
De dressuuroefening wordt door Ina goed uitgevoerd.

Slide 20 - Open vraag

Mijn moeder prijst mijn oom uitbundig.
A
lijdend
B
bedrijvend

Slide 21 - Quizvraag

Zet de zin om van bedrijvend <->lijdend
Mijn moeder prijst mijn oom uitbundig.

Slide 22 - Open vraag

Het dienstmeisje verschoont de lakens.
A
Bedrijvend
B
Lijdend

Slide 23 - Quizvraag

Zet de zin om van bedrijvend <->lijdend
Het dienstmeisje verschoont de lakens.

Slide 24 - Open vraag