Oost-Europa

Oost-Europa
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oost-Europa

Slide 1 - Tekstslide

Bij een landklimaat kan de winter flink koud zijn en de zomer behoorlijk warm.
A
WAAR
B
NIETWAAR

Slide 2 - Quizvraag

De landen aan de zwarte zee hebben een klimaat dat lijkt op het Middellandse Zeeklimaat.​

Het is in de zomer regenachtig en de winters zijn zacht.​
A
WAAR
B
NIETWAAR

Slide 3 - Quizvraag

Op de grens van Polen en Wit-Rusland vind je een van de oerbossen van Europa.​
A
WAAR
B
NIETWAAR

Slide 4 - Quizvraag

Verder naar het zuiden vinden we op de grens van Polen en Tsjechië het Elbezandsteengebergte.
Welk woord hoort er niet te staan?
A
Tsjechië
B
zuiden
C
Polen
D
Elbezandsteengebergte

Slide 5 - Quizvraag

In het noorden van Slowakije
en het zuiden van Polen ontdek ....
A
De Karpaten
B
Het Tatragebergte
C
De Alpen
D
Een oerbos

Slide 6 - Quizvraag

De Plitvice meren liggen in....
A
Kroatië
B
Tsjechië
C
Polen
D
Slowakije

Slide 7 - Quizvraag

Wat zijn rivieren in Europa?
A
Donau
B
Wolga
C
Wisla
D
Rijn

Slide 8 - Quizvraag

De Wisla ligt in ...
A
Duitsland
B
Hongarije
C
Polen
D
Roemenië

Slide 9 - Quizvraag

Hoe lang is de Wolga?
A
350 km
B
3500km
C
2000km
D
35 km

Slide 10 - Quizvraag

Wat is waar?
A
De Donau is de op een na langste rivier van Europa.
B
De Donau is 2000 km lang.
C
De Donau stroomt in westelijke richting.
D
De Donau stroomt door 10 landen.

Slide 11 - Quizvraag

De Donau mondt uit in de
A
Middellandse zee
B
Zwarte Zee
C
Noordzee
D
Oostzee

Slide 12 - Quizvraag

De Donau-delte is verdeeld
over twee landen:
A
Duitsland en Hongarije
B
Oekraïne en Roemenië

Slide 13 - Quizvraag

De allergrootste stad
aan de Donau is:
A
Praag
B
Boedapest
C
Berlijn
D
Warschau

Slide 14 - Quizvraag

DEEL 2

Slide 15 - Open vraag

De Berlijnse muur was een scheiding tussen het communisme en het kapitalisme.
A
WAAR
B
NIETWAAR

Slide 16 - Quizvraag

Een ander woord voor de Berlijnse muur.
A
De communistische muur.
B
Het stalen gordijn.
C
De oost-west muur.
D
Het ijzeren gordijn.

Slide 17 - Quizvraag

Europa is tot .........................verdeeld gebleven door de Berlijnse muur.
A
1998
B
1987
C
1989
D
1984

Slide 18 - Quizvraag

Wat hoort niet bij de
Berlijnse muur?
A
wachttorens
B
struiken met stekels
C
schijnwerpers
D
prikkeldraad

Slide 19 - Quizvraag