Logistiek H7

H1 Kennismaken met logistiek
H2 Het Magazijn
H3 Ontvangst en opslag van goederen
H4 Derving (overgeslagen)
H5 Formulieren
H6 Verzamelen en verpakken van goederen
H7 Voorraadbeheer
LOGISTIEK
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

H1 Kennismaken met logistiek
H2 Het Magazijn
H3 Ontvangst en opslag van goederen
H4 Derving (overgeslagen)
H5 Formulieren
H6 Verzamelen en verpakken van goederen
H7 Voorraadbeheer
LOGISTIEK

Slide 1 - Tekstslide

Wat leren we in dit hoofdstuk? 

- een aantal voorraadbegrippen:
    * minimum- en maximumvoorraad
    * werkelijke voorraad
    * economische voorraad
    * gemiddelde voorraad
- waaruit voorraadkosten bestaan
- wat de begrippen besteleenheid en bestelhoeveelheid inhouden
- een voorraadadministratie bij te houden

Slide 2 - Tekstslide

Minimumvoorraad: de voorraad van een artikel die minimaal in een bedrijf aanwezig moet zijn

Formule: 
Minimumvoorraad = gemiddelde afzet per dag x aantal dagen levertijd

Let op: veiligheidsvoorraad!
 Minimumvoorraad = (gemiddelde afzet per dag x aantal dagen levertijd) + veiligeheidsvoorraad

Slide 3 - Tekstslide

Stel: 
- je verkoopt 20 artikelen per dag
- de levertijd is 3 dagen

Bereken de minimumvoorraad

- veiligheidsvoorraad is 4 artikelen

Bereken opnieuw de minimumvoorraad

Slide 4 - Tekstslide

Maximumvoorraad: de voorraad per artikel die je maximaal in je bedrijf wilt hebben

Waarom? Kosten beperken!

Wat zijn die kosten? 
 * rentekosten: het geïnvesteerde geld in de voorraad
 * ruimtekosten: kosten voor (het huren van) het magazijn
* risicokosten: bederf, uit de mode, minder waard 

Slide 5 - Tekstslide

Maken opdrachten 7.03 t/m 7.07

Slide 6 - Tekstslide

Besteleenheid: het aantal artikelen dat je in 1 pakket/doos moet bestellen

Bestelhoeveelheid: de hoeveelheid artikelen die je gaat bestellen

Rode pen:
min.voorraad: 20 stuks
max.voorraad: 50 stuks
besteleenheid: 10 stuks
huidige voorraad: 18 stuks 

Hoeveel stuks ga je bestellen? 

Slide 7 - Tekstslide

Maken opdracht 7.08 en 7.09

Slide 8 - Tekstslide

Waar hou je geen rekening mee bij het bepalen van de minimumvoorraad?
A
Het aantal artikelen dat je verkoopt
B
De levertijd van de artikelen
C
de inkoopprijs
D
de veiligheidsvoorraad

Slide 9 - Quizvraag

Hoe berekenen we de minimumvoorraad, inclusief veiligheidsvoorraad?

Slide 10 - Open vraag

De besteleenheid is:
A
het aantal producten wat je besteld
B
het gewicht wat je besteld
C
de hoeveelheid dozen die je besteld
D
het aantal artikelen dat je per doos/pakket besteld

Slide 11 - Quizvraag

De hoeveelheid artikelen die je gaat bestellen noemen we de ...

Slide 12 - Open vraag