Les 4: vervolg pathologie longen

Les 4: vervolg pathologie
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Les 4: vervolg pathologie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
- Herhaling
- Chronische bronchitis
- Exacerbatie
- Astma
- Onderzoeken
- Pneumothorax
- Pneumonie

- Legionella

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke ziektebeelden vallen onder COPD ?
(chronic obstructive pulmonary disease)

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor ziektebeeld is hier afgebeeld?
A
Longemfyseem
B
Chronische bronchits
C
Astma
D
Longembolie

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschijnselen chronische bronchitis
  • rokershoestje
  • kortademigheid
  • een piepende brommende ademhaling
  • hoesten met het opgeven van slijm
  • sneller vermoeid 
  • weinig spierkracht

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exacerbatie
Een toename van de ziektesymptomen en een algehele verslechtering noem je exacerbatie.

Behandeling: vaak prednison of antibiotica, aanpassing inhalatietherapie.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies


FEV1 : Forced Expiratory Volume in 1 second’,
FEV1 is de hoeveelheid lucht die je in de eerste seconde van de test uitblaast als je zo hard mogelijk uitblaast in een spirometer. Een patiënt die gezond is, ademt tussen 70% en 90% lucht uit in de eerste seconde van de test. Dit wordt ook wel de 1-seconde waarde genoemd.


Slide 8 - Tekstslide


FVC is de maximale hoeveelheid lucht die je kunt uitademen na een maximale inademing.
Waarom is het belangrijk om na het inhaleren de mond te spoelen en het water uit te spugen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is astma?
A
Blijvende schade aan de longen, longoppervlak neemt af doordat longblaasjes uitrekken en kapotgaan.
B
Chronische luchtwegontsteking veroorzaakt door een verscheidenheid aan uitlokkende stoffen waardoor de luchtwegen zich vernauwen en de ademhaling bemoeilijkt wordt
C
Blijvende ontsteking van de bronchi die ten minste drie maanden per jaar gedurende twee opeenvolgende jaren voorkomen.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Het lijkt als het ware op ademen door een smalle buis (rietje).
Astma-aanval wordt veroorzaakt door
verkramping (kramp in de spiertjes) en daardoor een vernauwing van de luchtwegen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Atopisch astma
De meeste mensen met astma zijn allergisch (70 tot 80 %)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet-allergische astma heet ook wel intrinsiek astma
Uitlaatgassen, rook, benzine, bakluchtjes, de lucht van spaanplaat, parfum of schoonmaakmiddelen

weersomstandigheden:  kou, mist en vochtige lucht.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inspanningsastma
Benauwd door of na lichamelijke inspanning

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderzoeken
Spirometrie: Het meten van de maximale hoeveelheid lucht die je in één seconde kunt uitblazen.


NO-meting: Het meten van de hoeveelheid stikstofoxide in de uitgeademde lucht.


Provocatietest: Het vaststellen van de gevoeligheid van de luchtwegen voor een bepaalde stof. Tijdens een provocatietest wordt er in kleine stapjes een stof toegediend die een astmatische reactie uitlokt, of provoceert. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling astma
  • luchtwegverwijders, ontstekingsremmende medicatie en antihistaminica
  • contact met prikkelende of allergene stoffen vermijden
  • saneren (gezond maken): bv door prikkels weg te halen

Slide 18 - Tekstslide

Antihistaminica: gaat de vorming van histamine tegen, een stof die vrijkomt bij allergische reacties
Klaplong = pneumothorax

Slide 19 - Tekstslide

Strak om de buitenkant van je longen zitten longvliezen. Tussen deze vliezen zit een laagje vloeistof. Dat laagje zorgt ervoor dat je longvliezen makkelijk ten opzichte van elkaar kunnen bewegen als je in- en uitademt. Soms komt er lucht tussen je longvliezen. Bijvoorbeeld door een verwonding, een ontsteking of een zwakke plek in de longen. Dan klapt je long helemaal of gedeeltelijk in. Dat komt omdat een long elastisch is, net als een ballon.
Pneumothorax
- Van binnen- of buitenaf is er een open verbinding ontstaan in de pleuraholte ( de ruimte tussen het long- en borstvlies). 
- Spontaan of trauma ( gebroken rib)
- De long klapt in elkaar 
- Normaal gesproken een negatieve druk in de longen
- Bij een pneumothorax neemt deze negatieve druk af en collabeert de long

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Longontsteking = pneumonie
de kleine vertakkingen - de bronchiën - en de longblaasjes zijn  ontstoken

Oorzaak: bacterie of virus

Slide 23 - Tekstslide



(pneumokokken, streptokokken, stafylokokken of een combinatie hiervan), virussen of schimmels.
Oorzaken longontsteking
  • Inhaleren van micro-organismen als bacteriën en virussen. Pneumokok (Streptococcus pneumoniae), Haemophilus influenzae en Mycoplasma pneumoniae.                                                    - De Legionella pneumophila veroorzaakt de zogenaamde veteranenziekte.                                      - griepvirus (influenzavirus), de waterpokkenvirussen en de SARS-virussen.
  • Micro-organismen die via het bloed (sepsis) de long binnendringen.
  • Voedsel, vloeistoffen en zelfs kleine vaste voorwerpen (kralen) die in de longen terechtkomen. = aspiratiepneumonie. 
  • Na een operatie, als het hoesten moeilijk en pijnlijk is. Er blijft dan slijm in de longen achter en dat kan een infectie veroorzaken.


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke risicogroepen/factoren
zijn er voor longontsteking?

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Risicofactoren voor longontsteking
  • leeftijd: baby’s en ouderen hebben een grotere kans door een verminderd afweersysteem;
  • slechte algehele conditie;
  • ziekten die het reinigende vermogen van de long aantasten, zoals astma, COPD en cystic fibrosis;
  • ziekten die de algemene weerstand verminderen, zoals verschillende vormen van kanker en aids;
  • aanwezigheid van afwijkingen aan de longen zelf;
  • verminderde afweer door geneesmiddelen als corticosteroïden en chemotherapie;
  • roken en alcoholisme;
  • ondervoeding.






Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen longontsteking
  • Pijn in borst, flank of rug
  • Koude rillingen
  • Kortademigheid
  • Hoesten
  • Opgeven slijm
  • Koorts
  • Vermoeid
  • Weinig eetlust
  • Cyanose

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 onderwerp van deze les wat je hebt onthouden

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies