Signaalwoorden (perfecto)
NUNCA = NOOIT HOY = VANDAAG
MUCHAS VECES = VAAK ESTE FIN DE SEMANA = DIT WEEKEND
A VECES = SOMS ESTA MAÑANA = DEZE OCHTEND
ALGUNA VEZ = OOIT/WEL EENS ESTE AÑO = DIT JAAR
TODAVÍA = NOG ESTE VERANO = DEZE ZOMER
UNA VEZ = EEN KEER ESTE SIGLO = DEZE EEUW
DOS VECES = TWEE KEER
SIEMPRE = ALTIJD
Verband met het heden. Tijd = niet afgesloten