In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Wettelijke kaders
Bronnen: Hoofdstuk 2 van je boek
De video's op de slides
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
- De bevoegdheden van een burger en opsporingsambtenaar omschrijven.
- Beschrijven wat een verdachte is en wie de identiteit mag vaststellen.
- De dwangmiddelen beschrijven.
Slide 2 - Tekstslide
Opdrachten met boek
Maak de groene vragen zoveel mogelijk met behulp van je boek en wees zo volledig mogelijk in je antwoorden.
Slide 3 - Tekstslide
In welk wetboek vind je de bevoegdheden die burgers en opsporingsambtenaren mogen gebruiken?
Slide 4 - Open vraag
Welke twee soorten opsporingsambtenaren zijn er?
Slide 5 - Open vraag
Wat is het verschil tussen deze twee opsporingsambtenaren?
Slide 6 - Open vraag
Zoek drie foto's van verschillende algemeen opsporingsambtenaren:
Slide 7 - Open vraag
Zoek drie foto's van buitengewoon opsporingsambtenaren:
Slide 8 - Open vraag
Welke drie mogelijkheden heeft de officier van justitie als de politie een proces- verbaal heeft ingezonden?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Video
Aan welke 3 voorwaarden moet een persoon voldoen om als verdachte aangemerkt te kunnen worden?
Slide 11 - Open vraag
Welke rechten heeft een verdachte?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Video
Wat moet een beveiliger doen als hij iemand heeft aangehouden?
Slide 14 - Open vraag
Wie is er bevoegd om iemand op heterdaad aan te houden?
Slide 15 - Open vraag
Oefenvragen
Probeer de volgende vragen zonder je boek te maken
Slide 16 - Tekstslide
Een beveiliger komt bij het politiebureau om aangifte te doen. In het bureau ziet hij een foto hangen van een gezochte verdachte. Deze verdachte wordt al twee jaar gezocht voor een tweevoudige moord. Even later ziet hij deze verdachte lopen. Is deze beveiliger bevoegd om deze verdachte aan te houden?
Slide 17 - Open vraag
Je surveilleert als beveiliger in een winkelcentrum. Je hoort ineens glasgerinkel. Als je er heen loopt zie je een man voor een kapotte ruit staan. In de etalage achter de ruit staan verschillende elektronica goederen. De man heeft een telefoon in zijn hand. Ben je bevoegd deze man aan te houden?
Slide 18 - Open vraag
Als u als beveiliger een verdachte onverwijld overdraagt aan een opsporingsambtenaar, wat doet u dan met andere woorden?