W26 NE 2K Toets schrijven

Dit betoog telt mee als PW.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Dit betoog telt mee als PW.

Slide 1 - Tekstslide

In de tekst geef je jouw mening.
In de tekst gebruik je argumenten bij jouw mening.

Slide 2 - Tekstslide

Tynke heeft een dilemma
Help me, ik heb een dilemma: ik wil een hond. Maar, ik werk vijf dagen per week. En ben na werktijd ook niet altijd thuis. Wat dus inhoudt dat die hond die ik wil vaak alleen thuis zal zijn.

Dat zou een reden kunnen zijn om geen huisdier te nemen. Tenzij… ik er natuurlijk een uit het asiel neem. ‘Asielen bomvol’, lees ik overal, zoals altijd als de ‘zomerdump’ weer is geweest: hordes honden zijn aan bomen geknoopt of verwaarloosd omdat mensen ineens bedenken dat hun Fikkie, Max of Laika helemaal niet zo handig is als ze naar de Costa del Sol willen.

Wat dat betreft is nú dus het goede moment om een dier te bevrijden uit het asiel. En zeg nu zelf, zo’n beest heeft het bij mij toch sowieso beter dan in een opvang?
Of zit ik er helemaal naast en is het gewoon zielig om een hond te nemen in mijn geval, ook al haal ik ’m uit het asiel? Wat vind jij: wel of geen hond?

Slide 3 - Tekstslide

Wat denk je nu over het dilemma van Tynke

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Een betoog:
  • heeft als tekstdoel overtuigen
  • is een tekst waarin de schrijver zijn mening geeft
  • is een tekst waarin de schrijver argumenten (redenen) geeft voor die mening
  • wordt geschreven naar aanleiding van een stelling

Slide 7 - Tekstslide

Bedenk 3 argument voor of 3 argumenten tegen het nemen van een hond.

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de tekst

onderwerp: een hond nemen

inleiding: Vertel kort op welk bericht je reageert en geef kort je mening.

middenstuk: 
Geef een argument bij je mening.
Je kunt deze zin gebruiken: Ik vind …, omdat ….
Geef daarna een voorbeeld bij je argument.
Geef nog een argument bij je mening.
Geef weer een voorbeeld bij je argument.

slot: Herhaal kort je mening in andere woorden.

Slide 9 - Tekstslide


Controleer je tekst en verbeter hem als dat nodig is

Let in ieder geval op de volgende punten:

- Zet een titel boven de tekst.
- Zet je naam onder de tekst.

- Is de tekst geschreven in de ik-vorm?
- Heeft de tekst een goede titel?
- Staat je mening duidelijk in de eerste alinea?
- Heb je je mening goed uitgelegd met twee argumenten en voorbeelden.
- Heb je in het slot je mening in andere woorden herhaald?
- Staat je naam onder de tekst?
- Heb je geen fouten gemaakt in de verwijswoorden, zoals me/mij/mijn en je/jou/jouw?
- Zijn alle zinnen volledig, begrijpelijk en juist gespeld?


Klaar? Mail de tekst uiterlijk vrijdag 26 juni naar jouw docent.

Slide 10 - Tekstslide