wereldeconomie ecb 4.3 + eerste deel economisch beleid
Wereldeconomie
Begrotingsbeleid en monetair beleid
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Wereldeconomie
Begrotingsbeleid en monetair beleid
Slide 1 - Tekstslide
Keynesianen
Klassieken
Conjunctuur
Structuur
Kleine overheid
Y=EV=C+I+O+E-M
Bestedingsinflatie
Anti-cyclisch beleid
Kosteninflatie
automatische stabilisatoren
Slide 2 - Sleepvraag
Slide 3 - Tekstslide
Overheidsingrijpen tijdens laagconjunctuur heeft als nadeel dat...
A
Een deel weglekt naar het buitenland en het vaak te laat is
B
Het politiek onhaalbaar is
C
Slide 4 - Quizvraag
Noem een voorbeeld van een automatische stabilisator
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Monetair beleid
Slide 11 - Tekstslide
Inflatie bestrijden: wat kan CB doen?
Bestedings-
inflatie
Kosten-
inflatie
Geïmporteerde
inflatie
Eigen valuta aankopen
Rente verlagen
Rente verhogen
Slide 12 - Sleepvraag
In Turkije is sprake van een recessie en een lage koers van de Lira tov de € en de $. De inflatie is ook hoog. Kan de CB met haar rentebeleid deze 3 problemen tegelijkertijd oplossen?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Rente omhoog
Minder lenen, meer sparen
M daalt
Bestedingen dalen
Prijzen dalen
Basis monetair beleid bij bestedingsinflatie
Slide 14 - Tekstslide
Rente omhoog
buitenlandse beleggers kopen obligaties
Vraag naar valuta stijgt
Koers stijgt
Basis wisselkoersbeleid bij te lage wisselkoers (rente)
Slide 15 - Tekstslide
Rente omlaag
Meer lenen, minder sparen
M stijgt
Bestedingen stijgen
Prijzen stijgen door grotere druk op PC
Basis monetair beleid bij recessie (niet ECB)
Slide 16 - Tekstslide
Wat kan de Turkse CB wel doen om de wisselkoers omhoog te krijgen zonder de rente te verhogen?
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Onder welke 2 aannames werkt de verkeersvergelijking van Fisher volgens de monetaristen?
A
Door meer/minder vertrouwen in de economie stijgt of daalt V
B
V is constant door gelijkblijvende gewoontes
C
T is altijd maximaal omdat de productiecapaciteit maximaal benut wordt
D
T kan nog stijgen tijdens een recessie omdat de PC niet maximaal benut wordt