Schrijven Mavo 2 H4

Schrijven hoofdstuk 4
Deze les maken wij:

  • Startopdracht, op bladzijde 96
  • Opdracht 1 en 2, op bladzijde 96 en 97

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Schrijven hoofdstuk 4
Deze les maken wij:

  • Startopdracht, op bladzijde 96
  • Opdracht 1 en 2, op bladzijde 96 en 97

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel:
Aan het einde van de les weten wij hoe wij onze mening kunnen geven en kunnen deze beargumenteren. 

Ook kunnen wij voorbeelden geven bij de argumenten. 

Slide 2 - Tekstslide

Instructie
  • Lezen van de theorie 
  • Kijken naar de instructievideo

Er volgen nu drie quizvragen op de volgende drie dia's. Deze horen bij de startopdracht op bladzijde 96. 

Slide 3 - Tekstslide

De foto staat in de plaatselijke krant. Noteer een onderschrift.

Slide 4 - Open vraag

De foto staat ook in een tijdschrift van de Dierenbescherming. Bedenk een onderschrift.

Slide 5 - Open vraag

Wat is het verschil?

Slide 6 - Woordweb

Nakijken opdracht 1.1

Opdracht 1
Bijvoorbeeld
1 a Er moeten aparte fietspaden komen voor elektrische fietsen en brommers.
want het verschil in snelheid is gevaarlijk.
want gewone fietsers zorgen voor irritatie bij brommers en elektrische fietsers.
b Ik vind dat dierentuinen moeten worden gesloten.
want de dieren moeten in de vrije natuur leven
want dierentuinen zijn duur.


c Naar mijn mening is het heerlijk wonen in het centrum van de stad.
want er zijn altijd winkels in de buurt.
want je hoeft nooit ver te fietsen als je uitgaat.
d Alle jongens zouden rode schoenen moeten dragen.
want jongens zien er dan leuker uit.
want je kunt jongens gemakkelijker onderscheiden.

Slide 7 - Tekstslide

Maak opdracht 1 en 2
Over 20 minuten bespreken we de antwoorden.
timer
20:00

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken opdracht  1.2

2 Twee argumenten tegen de meningen
a Er moeten geen aparte fietspaden komen voor elektrische fietsen en brommers.
want dat neemt te veel ruimte in.
want mensen moeten in het verkeer altijd rekening houden met elkaar.
b Ik vind dat dierentuinen niet moeten worden gesloten.
want dierentuinen zorgen voor het instandhouden van de soorten.
want een dierentuinbezoek is leerzaam / leuk.


c Naar mijn mening is het niet fijn wonen in het centrum van de stad.
want er is veel verkeer.
want je kunt niet fijn buiten spelen.
d Alle jongens zouden helemaal geen rode schoenen moeten dragen.
want dat past niet bij jongens.
want jongens willen er allemaal niet hetzelfde uitzien.

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken opdracht  2

Opdracht 2
1 a Ik vind dat het proefwerk moet worden uitgesteld (want in sommige klassen is het proefwerk wel verschoven.)
b De gemeente moet op tijd strooizout inslaan (omdat veel gemeentes vorig jaar een tekort aan strooizout had.)



c De buslijn wordt opgeheven (daar er slechts enkele passagiers van die buslijn gebruikmaakten.)
d Zet je muziek niet zo hard. (buren kunnen er immers last van hebben).
2 Bijvoorbeeld:
a -in klas 2H is het proefwerk ook verzet.
b- De gemeente Vlaardingen en Schiedam hadden te weinig ingekocht.
c- een schoolkind met een lekke band of een bejaarde dorpsbewoner maakten er nog weleens gebruik van.
d- die heavy metal muziek waar je zo gek op bent.

Slide 10 - Tekstslide

Les; meningen en argumenten
Telefoon gaat weg
Boek open op bladzijde 96

Terugblik vorige les
 
Beantwoord de vraag: hoe formuleer je een sterk argument
Bron; lees de theorie op blz 96 
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Startopdracht
Bij het formuleren van je argument geef je:

  1. een vergelijking; ik vind dat wij ijsvrij moeten krijgen, want op andere scholen krijgen ze dat ook.
  2. geef je het belang aan voor jezelf en de ander; zo gebeuren er minder ongelukken op de weg
  3. geef je een voorbeeld; de laatste keer dat de fietspaden bevroren waren, moesten ze in het ziekenhuis veel botbreuken verzorgen.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 1
We gaan kijken naar een fragment over het meisje dat een blootfoto stuurt naar haar vriendje.

Wat vind je van het gedrag van de jongen? 
Geef een argument met een:
  1.  vergelijking; gebeurt dit vaker?
  2. het belang; wat is het gevolg van dit gedrag?
  3. voorbeeld; is je hier eerder iets over gehoord/ meegemaakt? 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Opdracht 2
We gaan nu kijken vanuit een ander perspectief. 

Is je mening over de jongen veranderd? Zou je je argumenten aanpassen?

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Evaluatie
Wat heb je geleerd over meningen en argumenten?

Bespreek dit klassikaal


Slide 17 - Tekstslide

Vandaag maken we:
  • Opdracht 3 op bladzijde 97 

Slide 18 - Tekstslide

Maak opdracht 3
3.1 Noteer je mening van een van de onderwerpen: dienstplicht, ijsvrij, ruimtevaart of schooluniform.
3.2 Bedenk 2 argumenten. Lees nog even de theorie hierover.
3.3 Schrijf 2 alinea's. Gebruik ongeveer 50 woorden per alinea.

Je hebt 20 minuten om de opdracht te maken
timer
20:00

Slide 19 - Tekstslide

Nakijken opdracht 3
Je hebt een mening over een van de onderwerpen gevormd
Je hebt twee argumenten bedacht bij de mening.
Een argument is een vergelijking.
een argument gaat over het belang van de lezer.
Je hebt twee alinea’s geschreven.
Je hebt een signaalwoord voor een argument gebruikt.
Je hebt een signaalwoord voor een opsomming gebruikt.

Slide 20 - Tekstslide

Nakijken opdracht 3
Vergelijk je antwoord met het voorbeeld dienstplicht.
1 Mening: Ik ben voor dienstplicht.
2 Dienstplicht is ook ingevoerd in andere Europese landen.
Het is in belang van onze veiligheid.
3 Ik ben voor dienstplicht, want andere Europese landen, zoals Litouwen en Zweden hebben ook de dienstplicht weer ingevoerd. Nederland zal ook een bijdrage moeten leveren aan de veiligheid van Europa. Het kan niet zo zijn dat alleen de Europese landen die grenzen aan een mogelijke vijand de grenzen moeten verdedigen.
Ook is het ook voor onze eigen veiligheid belangrijk dat er voldoende soldaten zijn. De dienstplichtigen zijn voorbereid om te vechten in een oorlog. Maar ze kunnen ook helpen bij andere rampen, zoals bij een overstroming of een aanslag.

Slide 21 - Tekstslide

Nakijken opdracht 3
Voorbeeld ruimtevaart
1 Mening: Ik ben van mening dat we meer moeten investeren in ruimtevaart.
2 Rusland en Amerika investeren ook in ruimtevaart.
We hebben de ruimte nodig voor onze voorzieningen.
3 Ik ben van mening dat we meer moeten investeren in ruimtevaart, omdat we niet kunnen achterblijven bij landen als Rusland en Amerika. Deze landen geven veel geld uit aan het verkennen van de ruimte.
Daarnaast raken de grondstoffen op aarde op en zoeken we naar andere energiebronnen. Het is misschien zelfs mogelijk om eten te verbouwen op een andere planeet. Als we ook in de toekomst ons huis willen verwarmen en voldoende te eten willen hebben, dan moeten we uitkijken naar andere mogelijkheden. Dat is in ons eigen belang.

Slide 22 - Tekstslide

Nakijken opdracht 3
Voorbeeld ijsvrij
1 Mening: Scholen zouden altijd ijsvrij moeten geven als er ijs ligt.
2 Op de basisscholen geven ze ook ijsvrij.
Er gebeuren vaak ongelukken als het heeft gevroren.
3 Op de basisscholen doen ze dat immers ook. Toen ik in groep 7 zat lag er op de sloten goed ijs, zodat we met de klas een schaatstocht hebben gemaakt. De meesters en juffen die niet schaatsten, stonden met wamre chocolademelk langs de route.
Daarbij komt dat er onderweg naar school vaak ongelukken gebeuren door gladheid op de weg. De meeste middelbare scholieren komen op de fiets. Je bent extra kwetsbaar op de fiets en zeker als het glad is. Daarom is het voor je eigen veiligheid ook beter als je dan niet naar school hoeft. Ook speelt mee dat je vaak in groepen fietst en ook nog eens in dezelfde tijd. Dat maakt het extra gevaarlijk op de weg.

Slide 23 - Tekstslide

Deze les maken wij:
  • De *4 opdracht op bladzijde 97
  • Je hebt tot 20 minuten voor het einde van de les 
  • Maak een foto van je werk en upload dit in de chat in Teams
  • Als je het op de computer maakt naar:

w.vanhal@haarlemmermeerlyceum.nl 

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 4
4.1 Waarom zou je een sieraad kopen? Geef minimaal 2 argumenten.
4.2 Vandaag schrijven jullie een review over een sieraad van Favela Brasil. Je kunt de informatie halen uit de opdracht. De rest van de informatie mag je er zelf bij denken. 

Gebruik voor de opdracht minimaal 100 woorden. 

Slide 25 - Tekstslide

Waar moet een review aan voldoen

Slide 26 - Open vraag

Waar moet een review aan voldoen?
Waar voldoet een goede review aan?
Beoordeel eerlijk. Kritisch zijn mag én zeker wanneer je een negatieve ervaring hebt gehad, maar je review moet wel eerlijk zijn. ...
Onderbouw je mening. ...
Let op je taalgebruik. ...
klachten in reviews. ...

Slide 27 - Tekstslide

Waar moet een review aan voldoen?
Opdracht 4
Eigen tekst.
Argumenten bijvoorbeeld:
Want je helpt er de arme mensen mee
Je beschermt (daardoor) het Amazonegebied tegen houtkap.
Je houdt van de natuur en van natuurlijke materialen
De sieraden zijn mooi.
De sieraden zijn uniek.
Controleer je review:
- Is je mening duidelijk?
- Is het duidelijk om welk sieraad het gaat?
- Heb je twee argumenten genoemd?
- Sluiten de argumenten bij de mening aan?
- Heb je signaalwoorden voor een argument gebruikt?
- Heb je signaalwoorden voor een opsomming gebruikt?
- is de toon van de tekst beleefd?
- heeft je tekst geen taal- of spelfouten?

timer
40:00

Slide 28 - Tekstslide

Afsluiting van de lessenreeks
Heb je het lesdoel behaald? 
'Wij kunnen aan het einde van de les onze mening geven en deze beargumenteren'.

Tijd over? Wie deelt zijn/ haar antwoord op vraag 4.2?

Slide 29 - Tekstslide