8.5 Bewuste reacties en reflexen

Hoofdstuk 8 Regeling
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8 Regeling

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?

Herhalen
Uitleg basisstof 8.3 (10 min.)
Aan het werk

Slide 2 - Tekstslide

Grote hersenen
Hersenstam
Kleine hersenen
Ruggenmerg

Slide 3 - Sleepvraag

Sleep de juiste betekenis naar het juiste begrip. 
Grote hersenen 
Kleine hersenen 
Hersenstam
Hersencentra voor waarnemingen, bewegingen en geheugen. 
Coördinatie en evenwicht houden.
Verbindingen tussen de hersenen en het ruggenmerg, onbewuste reacties.

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen

- Je kunt beschrijven welke weg impulsen afleggen bij een bewuste reactie.
- Je kunt beschrijven wat een reflex is.
- Je kunt beschrijven wat de functie van een reflex is.

Tip: maak onder de les aantekeningen

Slide 5 - Tekstslide

Bewuste reactie 
Je reageert bewust op een prikkel (kort nadenken). 

zintuig - zenuwcellen/impulsen - 
ruggenmerg/hersenstam - grote hersenen    
REACTIE  
ruggenmerg/hersenstam - 
zenuwcellen/impulsen - spieren/klieren

Slide 6 - Tekstslide

Reflexen
= een vaste, snelle, onbewuste reactie op een prikkel. 
(Je denkt niet eerst na, voordat je reageert)

Het impuls gaat niet naar de hersenen, maar via
het ruggenmerg gelijk terug naar de bewegingszenuwcel.
(Hals en hoofd --> via hersenstam)

Functie: beschermt je lichaam tegen beschadigen



Reflexboog = de weg die impulsen bij een reflex afleggen

Slide 7 - Tekstslide

Bewuste reactie
Terugtrekreflex
Impulsen --> rugenmerg 
-een deel gaat meteen terug en je trekt je hand terug (1)
-een deel naar de hersenen: je voelt de pijn (2)

Slide 8 - Tekstslide

Kniepeesreflex = spieren in bovenbeen trekken samen als ze worden uitgerekt 
(in balans blijven)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Aantekening 
bewuste reactie: Reactie waarbij de impulsen altijd via de grote hersenen verlopen.
reflex: Een vaste, snelle, onbewuste reactie op een bepaalde prikkel.
reflexboog: Weg die impulsen bij een reflex afleggen

Slide 11 - Tekstslide

Aan het (huis)werk

Lees blz. 150 t/m 158
Maak opdracht 1, 4, 5, 6, 10, 11

Klaar?
Begrippen flitsen
Test jezelf 8.1 + 8.2 + 8.3









Slide 12 - Tekstslide