In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Plannen
VO
Slide 1 - Tekstslide
Waar denk jij aan bij het woord 'plannen'?
Slide 2 - Woordweb
Gebruik jij wel eens een planning of een agenda? Dit kan op papier, maar ook digitaal.
A
Ja
B
Nee
C
Ik schrijf mijn plannen ergens anders op
D
Het lukt me alles te onthouden!
Slide 3 - Quizvraag
..... Hoe plan jij je week?
Slide 4 - Tekstslide
Wat betekent jouw agenda voor jou?
A
Mijn alles! Altijd op zak!
B
Ik kan niet zonder!
C
Soms wel handig...
D
Géén idee waar dat ding ligt...
Slide 5 - Quizvraag
..... Wat zijn volgens jou belangrijke dingen om in je agenda te zetten?
Slide 6 - Tekstslide
Op welke manier plan jij nu dingen?
Slide 7 - Woordweb
Waar gebruik je een agenda voor en waarvoor niet?
wel!
Niet!
Verjaardag vriend(in)
Weekend
Ontbijten
Een toets
Een presentatie
Boodschappen
Shoppen
Gamen met vrienden
Slide 8 - Sleepvraag
Over 8 dagen heb je een belangrijke toets! Wat is je reactie?
A
Ik maak nu een planning en
begin vanavond GELIJK!
B
Oei... ik maak een planning en
begin morgen of overmorgen.
C
In het weekend ga ik
eens een kijkje nemen.
D
8 dagen... dat duurt nog
een eeuwigheid!!!!
Slide 9 - Quizvraag
Morgen is de toets! (zo voel ik me meestal)
A
Ik heb uitgebreid gepland en ben supergoed voorbereid
B
Ik had misschien iets beter kunnen leren, maar die voldoende komt goed
C
Oef... was ik maar eerder begonnen... hopen dat het goed komt
D
MORGEN EEN TOETS!!?!?!?!
Slide 10 - Quizvraag
Ik heb gemiddeld ' ..... ' dagen nodig voor het leren van een toets!
Slide 11 - Open vraag
Een voorbeeld van hoe je een agenda kunt gebruiken.
Het gebruik van afkortingen maakt je agenda overzichterlijker! Bijvoorbeeld: SCH = school... of SPR = spreekbeurt!
Het gebruik van kleurtjes maakt jouw agenda ook overzichtelijker en leuker om in te kijken! Gebruik bijvoorbeeld groen voor leuke dingen en oranje voor school!
Vergeet ook niet de leuke dingen in je agenda te zetten! Zo heb je leuke dingen om naar uit te kijken. Zet er bijvoorbeeld ook een schoolfeest of je eigen verjaardag vooral in! :D
Iets helemaal af of is het al gebeurd? Kras of streep het door! Is een dag voorbij? Kras maar door!
Oei! Komt er een belangrijke spreekbeurt op donderdag aan? Zet dan bijvoorbeeld al vanaf maandag elke dag in je agenda dat je hier even voor moet oefenen.
Agenda's zijn óók heel leuk en handig voor je vrije tijd! Zet er bijvoorbeeld in wanneer je gaat sporten, met vrienden/vriendinnen afspreekt of op vakantie gaat!
Gebruik je agenda zoals jij zelf het fijnst vind!!!
Slide 12 - Tekstslide
Heb jij goede 'agenda-tips' voor je klasgenoten?
Slide 13 - Woordweb
Werken met een weekplanner om te leren voor een toets.