Les 5 Hart en Vaatziekten ziekten BG2 periode 3

BG2
Periode 3

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMiddelbare schoolMBOLeerjaar 1Studiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

BG2
Periode 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Portfolio opdrachten BG2 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de symptomen bij hart en vaat ziekten?
Een blijvende pijn op de borst

Hartkloppingen ( uw hart slaat te snel, te langzaam of onregelmatig)
Extreme vermoeidheid
Kortademigheid bij inspanning
Snelle ademhaling
Misselijkheid
Duizeligheid
Onrustig of angstig gevoel
Vocht vasthouden: dikke voeten en enkels aan het einde van de dag
Verwarde spraak, een scheve mond en een lamme arm.








Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over hart en vaatziekten?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke hart ziekten zijn er?

Slide 6 - Woordweb

Angina pectoris:
Dan heb je pijn op de borst of hartkramp. De pijn treedt op als de hartspier te weinig zuurstof krijgt. In het begin merk je dit alleen als het hart harder moet werken, zoals bij inspanning. Later kun je er ook last van krijgen in andere situaties.

Cardiomyopathie:
is een aandoening van de hartspier. Het hart kan minder goed samentrekken of ontspannen. Dan pompt het bloed minder goed rond. Cardiomyopathie is een chronische ziekte. Ongeveer 40.000 mensen in Nederland hebben cardiomyopathie.

Endocarditis:
Bacteriële endocarditis is een ontsteking van de binnenbekleding van het hart en de hartkleppen. De hartkleppen zijn bijna altijd ontstoken bij endocarditis. De oorzaak is meestal een bacterie. De bacteriën kunnen via de bloedsomloop bij het hart komen. Dit kan ernstige gevolgen hebben: de hartklep kan beschadigd raken en gaan lekken. Dit kan leiden tot hartfalen. Daarom moeten mensen die risico lopen, extra maatregelen nemen uit voorzorg.

Hartfalen:
 (ook wel decompensatio cordis genoemd), pompt het hart minder goed bloed rond. Hierdoor werkt je hart minder goed.

Myocarditis:
is een ontsteking van de hartspier. De ontsteking ontstaat meestal door een virus. Een enkele keer raakt het hart door de ontsteking erg beschadigd. Dan kunnen al binnen enkele weken na de koorts klachten van hartfalen of ritmestoornissen ontstaan. Als het hart licht beschadigd is, treden deze klachten soms pas veel later op. Myocarditis kan soms leiden tot de hartspierziekte cardiomyopathie.

Hartinfarct
Hartklepaandoening
Hartritmestoornissen
Hartstilstand
Welke vaatziekten zijn er?

Slide 7 - Woordweb

Aneurysma
Etalagebenen
Fenomeen van Raynaud
Pulmonale hypertensie
Trombose
Slagaderverkalking
Syndroom van Marfan
Rendu Osler Weber (ROW)
Vernauwing halsslagader
Overig
Beroerte: -Hersenbloeding
                      -Herseninfarct
                      -TIA
Aangeboren hartafwijkingen:
-Aortaklepstenose
-Atriumseptumdefect
-Coarctatio aortae
-Hartruis
-Hypoplastisch linkerhartsyndroom
-Transpositie van de grote vaten
-Ventrikelseptumdefect (VSD)

Slide 8 - Tekstslide

Een TIA is een beroerte, waarbij een stolsel vastloopt in een bloedvat in de hersenen. TIA staat voor Transient Ischemic Attack: een tijdelijke afsluiting van een hersenvat. Meestal treedt binnen een half uur volledig herstel op.

Etalagebenen:
Vernauwing van de beenslagader
Vernauwingen in de beenslagaders (etalagebenen) ontstaan door slagaderverkalking. Door de vernauwing vermindert de bloedtoevoer naar de benen. De beenspieren krijgen minder zuurstof, en dit geeft pijnklachten bij het lopen.
Wat zijn etalagebenen?
Etalagebenen ontstaan langzaam. In eerste instantie merk je er niet veel van. In rust krijgen de benen nog voldoende zuurstof. Langzamerhand krijg je klachten bij lopen, fietsen of rennen. De spieren verzuren als het ware. Dit merk je aan een stekende pijn en kramp in de benen. Door stil te staan, bijvoorbeeld voor een etalage, verdwijnt de pijn. De aandoening wordt daarom ook wel etalagebenen genoemd.
Wil je weten wat het is?
Kijk dan op:

https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er als je een hartaanval hebt?

Slide 10 - Open vraag

De hartspier heeft zuurstof nodig om goed te werken. Bloed brengt zuurstof naar de hartspier. Het bloed stroomt door bloedvaten die aan de buitenkant van het hart liggen. Deze bloedvaten heten kransslagaders.
Soms zit een van de kransslagaders voor een deel of helemaal dicht. Dit komt meestal doordat er een bloedprop in zit. Dan kan er te weinig bloed met zuurstof bij een deel van het hart komen. In dat deel van de hartspier gaan cellen kapot. Daardoor werkt de hartspier minder goed. Dit is een hartaanval (hartinfarct).
Kan je een hartaanval aan voelen komen?

Slide 11 - Open vraag

Een hartaanval kan aanvoelen als maagpijn of zelfs als de griep
Wat zijn de oorzaken hart en vaatziekten?
De belangrijkste oorzaken van hart- en vaatziekten zijn roken, onvoldoende lichaamsbeweging, hoge bloeddruk, een ongezond dieet, obesitas, diabetes, je geslacht en het erfelijke factoren. Bovendien kan ook chronisch stress, te veel alcohol drinken en verkeerde medicatiegebruik bijdragen aan hart- en vaatziekten.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een belangrijke oorzaak van hart- en vaatziekten?

A
Lage bloeddruk
B
Hoge bloeddruk
C
Lage cholesterolgehalte
D
Een actieve levensstijl

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan het verminderen van alcoholgebruik helpen bij het voorkomen van hart- en vaatziekten?

A
Het verhogen van het risico op hart- en vaatziekten
B
Het verlagen van het cholesterolgehalte
C
Het verlagen van de bloeddruk
D
het verhogen van een bloeddruk

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type dieet kan het risico op hart- en vaatziekten verminderen?

A
Een dieet dat rijk is aan groenten, fruit en volle granen
B
Een dieet dat rijk is aan verzadigde en transvetten
C
Een dieet dat geraffineerde suikers en koolhydraten bevat
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

 Progressie van ziekte hart en vaatziekten
De nadruk bij hart en vaat ziekten ligt voornamelijk bij je leeftstijl.
Denk hierbij aan stoppen met roken en ongezond eten en meer bewegen.
Daarnaast is het nodig om je lichaam te onderhouden door middel van medicatie om herhaling te voorkomen.
De behandeling is erop gericht om een herhaling van de ziekte te voorkomen en een optimale kwaliteit van leven te bereiken of te behouden.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling vervolg
Dit wil zeggen dat je huis arts strengere eisen zal opstellen aan je cholesterol en bloeddruk gehalte.
Ook zul je regelmatig je bloed af moeten laten nemen.
Dit omdat na een diagnose van hart en vaat ziekte je een grote kans hebt om medicamenten te gebruiken die voornamelijk je bloeddruk en cholesterol zullen verlagen en ervoor zorgt dat je bloed verdunt.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende kan helpen bij het verminderen van hart- en vaatziekten?

A
Het verminderen van stress
B
Het drinken van meer alcohol
C
Het eten van een dieet dat rijk is aan verzadigde en transvetten
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1. Welke van de volgende kan bijdragen aan de progressie van hart- en vaatziekten?

A
Een gezond dieet
B
Regelmatige lichaamsbeweging
C
Hoge bloeddruk
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 20 - Quizvraag

wat is progressie?

toename
Hoe kan roken bijdragen aan de progressie van hart- en vaatziekten?

A
Door het verlagen van de bloeddruk
B
Door het beschadigen van de bloedvaten
C
Door het verbeteren van de bloedcirculatie
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Portfolio opdrachten BG2 
Les 2
Casus 1 t/m 3 + Kookboek & begroting 
Les 3
Casus 4 t/m 6 + Kookboek & begroting 
Les 4
Casus 7 t/m 10 + Kookboek & begroting
Les 5
Casus 11 t/m 14  + Kookboek & begroting
Les 6
Casus 15 t/m 17 + Kookboek & begroting
les 7
Werken aan presentatie, kookboek + begroting van alle recepten
Les 8
Eindpresentaties kookboek (3 recepten uitdiepen)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies