Onvolledige verbranding = niet genoeg zuurstof aanwezig
C-atomen vormen CO of roet C(s)
voorbeeld:
3 CH4(g) + 4 O2(g) -> 2 CO(g) + C(s) + 6 H2O(l)
1 : 1,3
Slide 22 - Tekstslide
Koolstofmono-oxide (CO) is een geurloos, kleurloos, giftig gas
Slide 23 - Tekstslide
leerdoelencheck
Slide 24 - Tekstslide
Wat zijn de benodigdheden voor verbranding?
A
Brandstof & aansteker
B
Brandstof, zuurstof & ontbrandingstemperatuur
C
Droog hout en een sigaret
D
Openhaard, aanmaakblokjes & aansteker
Slide 25 - Quizvraag
Hoe noemen we verbrandingsproducten?
A
Koolstofdioxide en koolstofmonoxide
B
Verbrande stoffen
C
Sulfide
D
Oxides
Slide 26 - Quizvraag
Wat is het belangrijkste verschil tussen thermolyse en verbranding?
Slide 27 - Open vraag
Wat maakt CO zo gevaarlijk?
Slide 28 - Open vraag
Oxides!
atoomsoort in brandstof
oxide
naam
C (volledige verbranding)
CO2
koolstofdioxide
C (onvolledige verbranding)
CO
koolstofmonoxide
H
H2O
water
S
SO2
zwaveldioxide
Slide 29 - Tekstslide
Leerdoelcheck
Aan aardgas wordt de geurstof tetrahydrothiofeen (C4H8S) toegevoegd. Geef de kloppende reactievergelijking van de volledige verbranding van tetrahydrothiofeen.