3.8 Professionele zorg

• Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Wiskunde Hoofdstuk: 3.8 Professionele hulp
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.	Mini-check + Arrangementen
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van verzorging en open deze op blz. 64.

Huiswerk controle. 

2. Lesdoel

Aan het einde van de les :

- kun je vier stappen noemen die een arts zet bij onderzoek en behandeling.

- kun je enkele professionele zorgverleners en hun taken noemen. 

- kun je uitleggen hoe de zorgverzekering in elkaar zit. 

Leergebied overstijgende doelen:

Denkvermogen:

- Weeg oplossingen tegen elkaar af en kies beargumenteerd een oplossing

Samenwerkend leren:

- kan het groepsbelang voor het eigen belang stellen

- Vervult verschillende rollen

Mini-check + Arrangementen 

Indien je verdiept scoort mag je zelfstandig aan het werk.

Gwen, Tim en Nick

De rest doet mee met de mini-check

Wat gebruikt een alternatieve genezer

1. medicijnen
2. infuus
3. kruiden
4. operatie

Welk beroep hoort niet bij de thuiszorg

1. cardioloog
2. verpleegkundige
3. gezinsverzorgenden
4. kraamverzorgenden

Welke zorg doet de GGD NIET

1. schoolartsen
2. ingegroeide teennagels
3. inentingen
4. testen voor corona

Wie maakt wat

Had je alle vragen goed, dan ga je zelfstandig aan de slag. Je maakt opdracht 46 t/m 50 op blz 62 t/m 64.

De rest doet mee met de instructie. 

Huisarts 

De huisarts is de eerste deskundige waar je naartoe gaat als je ziek bent. De huisarts stelt vragen over de klacht. Hij vraagt bijv. waar het pijn doet en hoe lang het al duurt. dit heet de anamnese. Daarna doet de dokter onderzoek. Hij voelt, luistert en kijkt en meet soms de bloeddruk. 

Soms is er nog onderzoek nodig bij een laboratorium.

Met de uitslagen van de onderzoeken stelt de huisarts een diagnose.

Na de diagnose stelt de huisarts een behandelplan op. 

Andere professionele zorgverleners 

Je huisarts verwijst je soms door naar een paramedicus of specialist. 

Een paramedicus is geen arts maar werkt wel aan je gezondheid. Bijv. een logopedist of een fysiotherapeut. 

Een specialist is een gespecialiseerd arts. bijv. de kinderarts of de kno arts.

Een specialist werkt in het ziekenhuis en je hebt een verwijsbrief van de huisarts nodig om daar heen te kunnen. In het ziekenhuis werken ook verpleegkundigen die helpen de specialisten.

Alternatieve genezers, genezen op een andere manier. ze zijn niet naar de universiteit geweest.Ze werken vooral met kruiden of naalden. 

Thuiszorg 

De thuiszorg helpt oude of zieke mensen thuis in hun eigen huis. De thuiszorg helpt ook bij de geboorte van een baby.

Bij de thuiszorg werken verpleegkundigen, gezinsverzorgenden en kraamverzorgenden. 

GGD

Elke gemeente heeft een Gemeentelijke Gezondheidsdienst: de GGD.

De GGD is verantwoordelijk voor de gezondheidszorg in de gemeente. De GGD verzorgt inentingen en heeft schoolartsen dienst. De GGD ligt ook in over infectieziekten: denk maar aan de coronatijd, de GGD regelt de testen.

Verzekeringen 

Professionele zorg kost veel geld. Vaak betaal je dit niet zelf. 

Een zorgverzekeraar betaalt de kosten voor professionele zorg. In ruil daarvoor betaald iedereen boven de 18 jaar een vast maandbedrag. Dit bedrag heet premie.

Het basispakket is verplicht, hieruit wordt de belangrijkste medische zorg vergoed. Voor de overige zorg zijn er aanvullende verzekeringen. Bijv. voor een bril of voor een beugel. 

Naast de premie betaal je ook een eigen bijdrage.

5. Begeleid inoefenen

Had je 0 vragen goed, dan maak je samen met mij opdracht 47 en 48

6. Zelfstandig werken

Je maakt nu zelfstandig opdracht 46 t/m 50 op blz 62 t/m 64.

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten na.

Lees je samenvatting van deze en de vorige paragrafen door. 

7. Evaluatie 

Hoe ging de les?

Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?

Heb je nog ergens vragen over? 

- kun je vier stappen noemen die een arts zet bij onderzoek en behandeling?

- kun je enkele professionele zorgverleners en hun taken noemen?

- kun je uitleggen hoe de zorgverzekering in elkaar zit?

Huiswerk

Huiswerk:

3.8 opdracht 46 t/m 50