H1.2 onderzoeken

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

1.2 onderzoeken

Benodigheden

- werkboek, laptop

- Pen, potlood, geodriehoek

Tassen op de grond

Telefoons in de kluis

Wat gaan we doen?

- korte herhaling p.1 

- 10min uitleg p.2

- een klein onderzoekje

- quizzzz

Jassen in de kluis

aan de slag!

Wat: maken test jezelf hoofdstuk §1.1

Hoe: online in stilte

Hulp: geen

Tijd: 5 minuten

klaar: lezen hoofdstuk §1.2 onderzoek doen.

Onthoud

• Natuurkunde en scheikunde gaan over natuurverschijnselen.

• Biologie gaat over de levende natuur, dus over mensen, dieren en planten.

• Natuurkunde en scheikunde gaan ook over stoffen en materialen.

• Een materiaal is een stof waarvan een product gemaakt wordt.

• Bij natuurkunde verandert de toestand van stoffen.

• Bij scheikunde veranderen stoffen in andere stoffen.

Regels tijdens les

  Ik wil dat je ...............

• luistert als ik praat
• naar elkaar luistert
• je spullen meeneemt
• je respectvol gedraagt naar je klasgenoten en mij

Leerdoelen

• Je kunt benoemen wat je met je zintuigen kunt waarnemen.
• Je kunt beschrijven hoe je voorzichtig aan onbekende stoffen kunt ruiken.
• Je kunt uitleggen waarom je bij natuurkunde en scheikunde nooit mag proeven van een stof.
• Je kunt beschrijven wat de onderzoeksvraag en de conclusie van een onderzoek zijn. 

Waarnemen

Je moet nauwkeurig kunnen waarnemen!

Maar waar doe je dat mee? 

• Zintuigen

Zintuigen

Ruiken aan een onbekende stof: Wuiven

Onderzoek doen

Je wilt bij Natuur en Scheikunde dingen ontdekken.
Dit doe je door onderzoek te doen.

Onderzoeksvraag -> Het onderzoek -> Conclusie van het onderzoek

Kokend water als voorbeeld gebruiken

een klein onderzoekje

blz 32 van je werkboek

KLAAR: maken de opdrachten 1 t/m 8 

 (blz. 14-15)

pak je device en doe mee met de lesson up:

Waarnemen doe je met je zintuigen

1. Waar
2. Niet waar

Wat is géén zintuig

1. Zien
2. Ogen
3. Horen
4. Ruiken

Deze mevrouw gebruikt de juiste manier om aan een onbekende stof te ruiken

1. Waar
2. Niet waar

Wat is de juiste volgorde van onderzoek doen?

1. Onderzoeksvraag -> Conclusie-> Het onderzoek
2. Het onderzoek -> Conclusie -> Onderzoeksvraag
3. Onderzoeksvraag -> Het onderzoek -> Conclusie
4. Het onderzoek -> Onderzoeksvraag -> Conclusie

Leerdoelen check

• Je kunt benoemen wat je met je zintuigen kunt waarnemen.
• Je kunt beschrijven hoe je voorzichtig aan onbekende stoffen kunt ruiken.
• Je kunt uitleggen waarom je bij natuurkunde en scheikunde nooit mag proeven van een stof.
• Je kunt beschrijven wat de onderzoeksvraag en de conclusie van een onderzoek zijn. 

aan de slag?

Wat: maken opdracht 1 t/m 8 van (blz. 14-15)

Hoe: in je werkboek

Hulp: buurman/buurvrouw 

Tijd: 10 minuten

klaar: Kijk de opgaven digitaal na, bestuderen paragraaf 3!

Onthoud

• Waarnemen doe je met je zintuigen. Met je zintuigen kun je horen, zien, voelen, ruiken en proeven.

• Bij onderzoek moet je voorzichtig ruiken. Bij onderzoek mag je nooit proeven.

• In de onderzoeksvraag staat: wat je wilt ontdekken.

• De conclusie van een onderzoek is: wat je hebt ontdekt, dus het antwoord op de onderzoeksvraag.

HUISWERK

Bestuderen theorie 1.2

Maken opdrachten  1 t/m 8