BS 3: Duurzame landbouw MAX

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 3

BS 3 Duurzame landbouw

Leerdoelen

* Je kunt de kenmerken van bestrijdingsmiddelen en 

   biologische bestrijding noemen.

* Je kunt vormen van landbouw beschrijven waarbij minder    

   stoffen aan het milieu worden onttrokken of toegevoegd.

Gangbare landbouw

In gangbare landbouw is er sprake van intensieve veehouderij en monocultuur, daarom veel opbrengst en weinig middelen nodig. 

Nadeel is de grote kans op een plaag
en het is slecht voor het milieu. 

Bodem raakt uitgeput en teveel aan
mest zorgt voor verzuring en vermesting

Bestrijdingsmiddelen

Bestrijdingsmiddelen/pesticiden worden ingezet om ziekten en plagen te bestrijden. 

Nadelen: niet-selectief (dus nuttige ook gedood), resistentie (ongevoelige soorten ontstaan) en bioaccumulatie (de pesticiden blijven in de voedselketen en slecht voor organismen). 

Bio-accumulatie

- Bestrijdingsmiddelen breken niet snel en biologisch af. 

- Opgeslagen in vetweefsel. 

- Dieren aan het einde van voedselketen krijgen relatief veel giftige stoffen en sterven. 

- In veel landen daarom een verbod

Vruchtwisseling

- Bij vruchtwisseling wordt er nooit twee jaar achter elkaar hetzelfde gewas op een stuk grond verbouwt.  

-> De ziekteverwekkers voor dit gewas verdwijnen dan uit de bodem.

Natuurlijke bestrijding

Biologische manier van bestrijding, waarbij natuurlijke vijanden worden gebruikt of door middel van geur en geluiden dieren worden gelokt en onschadelijk gemaakt.

Bijv. sluipwespen om witte vliegen
te bestrijden. 

Witte vliegen tasten planten aan. Sluipwespen eten de larven van witte vliegen. 

Biologische landbouw

Hierbij staan milieu en het dierenwelzijn centraal. Dieren lopen los, vruchtwisseling, biologische bestrijdingsmiddelen en groenbemesting. 

Nadeel: Minder opbrengst dus
duurdere producten. 

Zelfstandig werken

Maken opdr. 1, 2, 6, 7 en 8 van BS 3 thema 7

Let op: Is een beetje verouderd. Lees de paragraaf dus ook nog goed door.