Stel je voor dat een koning regeert, maar hij doet dit met de instemming van zijn volk. Hij luistert naar hun wensen en probeert hun leven te verbeteren. Als de koning zijn volk niet goed behandelt, hebben de mensen het recht om een andere leider te kiezen of in opstand te komen. Dit idee van volkssoevereiniteit betekent dat de macht van de koning afhankelijk is van de steun van zijn volk, niet van een goddelijk recht.