OPS

Les 4 Cursus C
Activiteiten
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Les 4 Cursus C
Activiteiten

Slide 1 - Tekstslide

Organisatie en uitvoeren van activiteiten 
G.4OA2.1

Slide 2 - Tekstslide

Deze les: Begrippen
1. Doelgerichte activiteiten
2. Ontwikkelingsgericht werken
3. Ontwikkelingsstimuleringsprogramma
4. Examen C, Gespecialiseerd activiteitenprogramma. 

Slide 3 - Tekstslide

Waardoor kunnen kinderen zich nog meer ontwikkelen?

Slide 4 - Open vraag

Ontwikkelingsgericht werken
Wanneer je ontwikkelingsgericht werkt, werk je op een manier 
waarbij je de interesses, behoeften en ontwikkelingen van 
kinderen centraal zet. Je bied ze kansen en uitdagingen en je 
gaat ervoor zorgen dat de kinderen zich emotioneel, vrij en 
vertrouwd voelen. Ze ontwikkelen zich door bijvoorbeeld; 
- Contact en interactie met volwassenen
- Als volwassenen hen betrekken en helpen bij het meedoen 
- Als hun ontwikkeling centraal staat en niet hun leeftijd. 

Slide 5 - Tekstslide

Vind je dat je altijd ontwikkelingsgericht zou moeten werken? Waarom wel/ niet

Slide 6 - Open vraag

Doelgerichte activiteiten
Bij het uitvoeren van activiteiten wisselen de vrije activiteiten en doelgerichte activiteiten zich af. Bij de vrije activiteiten kiezen de kinderen zelf het spel uit en bij de doelgerichte activiteiten is de keuze aan de pedagogische medewerker. Je sluit aan op de wensen en behoefte van kinderen. 

Bij het voorbereiden en uitvoeren van activiteiten kun je gebruik maken van hulpmiddelen zoals een
activiteitenplan, activiteitenspin

Bron: Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (deel A), blz 173 t/m 177.

Slide 7 - Tekstslide

Bij doelgerichte activiteiten is er een balans in de variatie van activiteiten.
WAAR
NIET WAAR

Slide 8 - Poll

De examen-opdracht
● Kies de 4 activiteiten op basis van gegevens over de wensen en behoeften van
het kind/de kinderen.
Deze gegevens zijn eerder door jou zelf of door anderen verzameld.
Bereid zowel activiteiten voor een individueel kind als voor de groep kinderen
voor en geef dit aan bij iedere activiteit.
Bepaal de doelstelling van de verschillende activiteiten.
● Bepaal op welk ontwikkelingsgebied je bij kind(eren) wilt aansluiten.
Je hebt daarbij de keus uit: cognitieve, motorische, sociale, emotionele,
zintuiglijke, seksuele en creatieve ontwikkeling.

activiteiten, kies je een domein voor iedere activiteit.
Verplicht is een activiteit binnen de volgende drie domeinen:
1. creatieve, expressieve en muzikale vormgeving
2. gezonde leefstijl
3. taalontwikkeling, waarbij je voorleest
Voor de 4e activiteit maak je een vrije keus uit de volgende domeinen:
- exploratief sport en spel
- sociaal spel
- ontluikend rekenen
- natuur en milieu
- wetenschap en techniek
- digitale geletterdheid
● Betrek de kinderen in de keus voor activiteiten.
Alle activiteiten zijn passend bij de behoeften en de ontwikkeling van het
kind/de groep en/of bij de situatie.
● Maak een planning voor deze activiteiten

Slide 9 - Tekstslide

De examenopdracht
  • Nadat je besloten hebt op welk ontwikkelingsgebied je aansluit met de
activiteiten, kies je een domein voor iedere activiteit.
Verplicht is een activiteit binnen de volgende drie domeinen:
1. creatieve, expressieve en muzikale vormgeving
2. gezonde leefstijl
3. taalontwikkeling, waarbij je voorleest


Slide 10 - Tekstslide

De examenopdracht
Voor de 4e activiteit maak je een vrije keus uit de volgende domeinen:
- exploratief sport en spel
- sociaal spel
- ontluikend rekenen,
- natuur en milieu
- wetenschap en techniek
- digitale geletterdheid

Slide 11 - Tekstslide

Bij ontwikkelingsgericht werken is het belangrijk dat je naar de leeftijd van het kind kijkt
WAAR
NIET WAAR

Slide 12 - Poll

Kun je voorbeelden noemen van
activiteiten die passen bij sociaal spel

Slide 13 - Woordweb

Welke activiteit komt bij je op als je denkt aan Wetenschap en techniek?

Slide 14 - Woordweb

Ontwikkelingsstimuleringsprogramma's
Bij een ontwikkelingsstimuleringsprogramma heb 
je een gericht activiteiten aanbod dat de ontwikkeling 
van jonge kinderen stimuleert, bijvoorbeeld
door extra uitdagingen en verdieping om extra
achterstand te voorkomen en tegen te gaan. 
Bij VE's word er vooral gewerkt aan de taalontwikkeling,
beginnende rekenvaardigheid, motorische ontwikkeling en
sociaal-emotionele ontwikkeling.

Slide 15 - Tekstslide

Lesopdracht
Pak het activiteitenplan erbij wat je gaat gebruiken bij de uitvoering van examen C en nu voor de formatieve toetsing. 
Start met het invullen! 

Slide 16 - Tekstslide

Elk kind mag naar een VVE
WAAR
NIET WAAR

Slide 17 - Poll