les 6 omrekenen eenheden

H1 Chemisch rekenen
NOVA vwo4
les 6 omrekenen eenheden
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1 Chemisch rekenen
NOVA vwo4
les 6 omrekenen eenheden

Slide 1 - Tekstslide

vragen over het huiswerk?

Slide 2 - Tekstslide

Na afloop van deze les
kun je de eenheden van massa omrekenen
kun je de eenheden van volume omrekenen
kun je de eenheid van dichtheid omrekenen

Slide 3 - Tekstslide

metriek stelsel massa
Massa:
Dit rijtje leerde je op de basisschool
Bij scheikunde gebruiken we meestal maar 3 eenheden

Slide 4 - Tekstslide

metriek stelsel massa
Massa:
De omrekenfactor tussen de eenheden van massa is bij scheikunde dus altijd x1000 of :1000

Slide 5 - Tekstslide

metriek stelsel volume / inhoud
volume:
Ook van dit rijtje gebruiken we bij scheikunde maar 3 eenheden. Hoe groot is dus de omrekenfactor?

Slide 6 - Tekstslide

ONTHOUD:

Slide 7 - Tekstslide

Bij het omrekenen van massa of volume geldt:
als de eenheid kleiner wordt, wordt het getal groter (x1000)
als de eenheid groter wordt, wordt het getal kleiner (:1000)


NOTEER & LEER

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Dichtheid
 =    massa 
      volume

Slide 11 - Tekstslide

eenheid van dichtheid
De eenheid in Binas is kg. m-3
Dit is hetzelfde als kg/m3 
spreek uit: kg per kubieke meter

Slide 12 - Tekstslide

Dichtheid (formule)
ρ=Vmm=ρVV=ρm
ρ=dichtheid(kg.m3ofm3kg)
m=massa(kg)
V=volume(m3)
in opgaven staan vaak andere eenheden, dus moet je de eenheid van dichtheid kunnen omrekenen

Slide 13 - Tekstslide

Eenheden dichtheid omrekenen
De dichtheid van stoffen kun je vinden in de volgende tabellen in Binas (let op de notatie van de eenheid bovenaan de tabel !!):
tabel 8: metalen
tabel 10: overige vaste stoffen
tabel 11: vloeistoffen
tabel 12: gassen

Slide 14 - Tekstslide

Bij het omrekenen van massa en volume geldt:
als de eenheid kleiner wordt, wordt het getal groter (x1000)
als de eenheid groter wordt, wordt het getal kleiner (:1000)

LET OP: deze regel geldt NIET voor het omrekenen van de dichtheid (= massa / volume), want die bestaat uit twee eenheden die je op elkaar deelt!
NOTEER & LEER

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld
Zo doe je dat:     186 kg / m3 = ................................. kg / dm3
NOTEER & LEER

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld
Zo doe je dat:     6,74 x 103 kg / m3 = ................................. g / dm3
NOTEER & LEER

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld
Zo doe je dat:     7,5 kg / m3 = ................................. g / cm3
NOTEER & LEER

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Eigen werk
oefen het omrekenen van eenheden in de online vaardighedentrainer (H1 introductie)
oefen net zolang tot je (bijna) geen fouten meer maakt
maak opgave 3 van H1.2
kijk je werk na: heb je de leerdoelen behaald?

Slide 25 - Tekstslide