Luisteren les 1 tekstsoort en -doel bepalen signaalwoorden

 Luisteren
CE 



                                                                                                

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Luisteren
CE 



                                                                                                

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Hoe pak je een kijk/luisteropdracht aan?
  • Waar let je op?
  • Wat doe je eerst?
  • Daarna: verder oefenen in Studiemeter

Slide 2 - Tekstslide

LUISTEREN

Slide 3 - Tekstslide

Aanpak luisteropdracht
Kijk eerst alleen naar de informatie over de video/het geluidsfragment

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de bron?
Wat is de titel?
ge

Slide 5 - Tekstslide

Waarover zal de video gaan?
Wat wil de maker gaan vertellen?

Slide 6 - Open vraag

TIP 1
waar gaat het over?
Kijk naar de bron van de video/het geluidsfragment
Wat kun je dan al over de video vertellen?
Welke tekstsoort zal het zijn?

Slide 7 - Tekstslide

TIP 2
maak aantekeningen
Lees dan de vragen
Maak aantekeningen over waarop je moet gaan letten
Let in de vragen op opvallende woorden (bv roze bril, concurrentie, treinreis)

Slide 8 - Tekstslide

Tip 3
Zet bij je aantekeningen eventueel de tijd waarop een onderwerp aan de orde komt.

BV: roze bril 2.05


Slide 9 - Tekstslide

Aantekeningen
Welke zijn het handigst?

Slide 10 - Tekstslide

Aantekeningen maken
Wil je de belangrijkste informatie van een uitleg onthouden, of moet je vragen beantwoorden naar aanleiding van een kijk- luisterfragment? Maak dan aantekeningen. 
Je noteert de belangrijkste informatie in steekwoorden

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld tekstsoort en tekstdoel
Kijk- en luistertekst 
 Kooptips: Hoofdtelefoons
Je gaat kijken naar een consumentenprogramma van ongeveer 5 minuten.
Een verslaggever gaat naar een winkel waar speakers en hoofdtelefoons verkocht worden. Hij laat verschillende hoofdtelefoons zien en vertelt daarover.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeelden van vragen
Waar let je op tijdens de video?
1. In dit programma wordt gezegd: "Maar niet iedereen vindt dat comfortabel."
Wat vindt niet iedereen comfortabel?

2. André wil een comfortabele hoofdtelefoon voor in de trein kopen.
Welk type hoofdtelefoon kan hij het best kopen volgens dit programma?

3. Volgens dit programma is het een voordeel als je een al langer bestaand model hoofdtelefoon op internet zoekt.

Slide 13 - Tekstslide

Aantekeningen maken
  • Bereid je voor
  • Luister naar wat er gezegd wordt
  • Schrijf alleen de belangrijke dingen op
  • Hou je aantekeningen kort: Gebruik steekwoorden
  • Gebruik afkortingen/symbolen die je later nog begrijpt
  • Controleer je aantekeningen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Welke functies zijn nieuw bij de Apple Watch Series 6?
A
Muziekprogramma en slaapapp
B
Zuurstofsaturatiesensor en hoogtemeter
C
Fitheid app en batterijfunctiemeter
D
Stopwatch en hoogtemeter

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Waartussen ligt de zuurstofwaarde meestal?
A
Tussen de 80 en 85%
B
Tussen de 85 en 90%
C
Tussen de 90 en 95%
D
Tussen de 95 en 100%

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video

Wat is de conclusie van de Apple Watch Series 6?
A
Goede smartwatch, maar weinig verschillen met vorige versies
B
Goede smartwatch, veel nieuwe functies t.o.v. vorige versies
C
Geen goede smartwatch, hij gaat niet lang mee
D
Geen goede smartwatch, hij is precies hetzelfde als de vorige versie

Slide 20 - Quizvraag

Wat wilden de makers bereiken met dit filmpje?
A
Amuseren
B
Informeren

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Waar bevindt DNA zich?
A
Alleen in je hersenen
B
Alleen in je bloed
C
In elke cel van je lichaam
D
Vooral in je organen

Slide 23 - Quizvraag

Kun je uit jouw DNA aflezen wie jouw ouders zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Video

Wanneer zou je bijv. zo'n DNA test gericht op verwantschap goed kunnen doen? (meerdere antw. mogelijk)
A
Als je geïnteresseerd bent in stamboom onderzoek
B
Als je wil weten of je kind blauwe ogen krijgt
C
Als je wil weten hoe oud je ongeveer gaat worden
D
Als je wil weten waar je grootouders woonden 1000en jaren geleden

Slide 26 - Quizvraag

Waarom zijn niet alle resultaten hetzelfde als je wilt weten uit welke landen je voorouders komen? (meerdere antw. mogelijk)
A
Elk lab gokt stiekem maar wat
B
Elk lab mag maar vier landen tonen in zijn resultaten
C
Elk lab stelt de kaartjes op zijn eigen manier samen
D
Elk lab richt zich op een bepaalde doelgroep

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Video

Wat is de conclusie voor DNA tests die informatie geven over je gezondheid?
A
Erg duidelijk en je krijgt goede begeleiding
B
Betrouwbaarheid is laag en uitkomst nietszeggend
C
Erg duidelijk, maar je krijgt geen goede begeleiding
D
Net zo betrouwbaar als die van een dokter

Slide 29 - Quizvraag

Ga verder in Studiemeter met de onderdelen lezen en luisteren.


Slide 30 - Tekstslide