6.3 Waar haal ik mijn recht?

Politiek-Juridische Dimensie
6.3  Waar haal ik mijn recht?
6.4 Welke straf is rechtvaardig?
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Politiek-Juridische Dimensie
6.3  Waar haal ik mijn recht?
6.4 Welke straf is rechtvaardig?

Slide 1 - Tekstslide

De gemeente wil bomen kappen in mijn straat en ik ben daar tegen.
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Het tarief voor mijn mobiele telefoon vind ik te hoog.
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

De boete voor een snelheidsovertreding (ik reed 56 waar je 50 mag rijden) ga ik niet betalen
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Ik vind dat de mensen elkaar op straat vaker moeten groeten
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag

Privaatrecht & Publieksrecht

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Tekst
Hoe burgers problemen onderling kunnen oplossen
Hoe de staat georganiseerd is. 
Hoe de overheid het land moet besturen
Hoe burgers en bedrijven volgens de regels met elkaar omgaan
Staatsrecht
Burgelijk recht
Strafrecht
Bestuursrecht

Slide 8 - Sleepvraag

De fiets van Erica is gestolen. De dader wordt opgepakt.
A
burgelijk recht
B
bestuursrecht
C
strafrecht
D
staatsrecht

Slide 9 - Quizvraag

Lydia en Bart zijn getrouwd. Ze willen scheiden
A
burgelijk recht
B
bestuursrecht
C
strafrecht
D
staatsrecht

Slide 10 - Quizvraag

Jair woont in Groningen. Hij wil dat de overheid stopt met de gaswinning.
A
burgelijk recht
B
bestuursrecht
C
strafrecht
D
staatsrecht

Slide 11 - Quizvraag

Na de provinciale verkiezing moet de Eerste Kamer gekozen worden.
A
burgelijk recht
B
bestuursrecht
C
strafrecht
D
staatsrecht

Slide 12 - Quizvraag

Wat is strafbaar?
Of iemand wildplast of een gewelddadige moord pleegt, in beide gevallen wordt de wet overtreden. 

Bij een wetsovertreding krijgt iemand te maken met het strafrecht. In het Wetboek van Strafrecht staan alle strafbare feiten beschreven. 

Ook wordt de strafmaat hierin beschreven: de soort straf en de hoogte van de straf.

Slide 13 - Tekstslide

Het wetboek maakt onderscheid tussen 
twee soorten strafbare feiten: 

overtredingen en misdrijven

Slide 14 - Tekstslide

Een bankier die fraude pleegt en zo miljoenen euro's verduistert, hoort een hogere straf te krijgen dan een overvaller die een paar honderd euro buitmaakt.
Eens
Oneens

Slide 15 - Poll

Hoe hoger iemands inkomen is, hoe hoger de boete moet zijn.
Eens
Oneens

Slide 16 - Poll

Een crimineel moet strafvermindering krijgen als hij besluit te getuigen tegen andere criminelen.
Eens
Oneens

Slide 17 - Poll

Om te zorgen dat mensen minder misdrijven en overtredingen begaan, moet er zwaarder gestraft worden.
Eens
Oneens

Slide 18 - Poll

Overtreding
lichte strafbare feiten
iemand overtreedt een regel
- openbare dronkenschap
- door rood licht of zonder helm rijden
- wildplassen
- gesloten spoorwegovergang oversteken
- op de snelweg fietsen
- rommel op straat gooien
meestal een geldboete, soms ook een taakstraf





Slide 19 - Tekstslide

Misdrijf
zwaardere strafbare feiten

iemand brengt personen of goederen schade toe en zorgt voor veel gevaar
- met te veel alcohol achter het stuur
- doorrijden na een aanrijding
- vandalisme
- diefstal
- handel in drugs, kweken van hennep
- geweld tegen anderen
aantekening op het strafblad en geldboete, taakstraf of gevangenisstraf




Slide 20 - Tekstslide

Overtredingen worden vaak afgedaan met een schikking:
 Een geldboete. 

De boete voor te vroeg afsteken van vuurwerk is €100.
Lopen langs het spoor wordt beboet met €140.
Rommel op straat gooien levert een boete van €140 op.
Voetganger geen voorrang bij zebrapad verlenen is €400 betalen.

Slide 21 - Tekstslide

Bij een strafbaar feit heeft het Openbaar Ministerie (OM) de leiding over het strafrechtelijk onderzoek. 

Een officier van justitie leidt namens het OM het onderzoek van de politie. 

Als er een verdachte in beeld is, dan wordt deze opgepakt door de politie.
- verhoor - officier van justitie - vervolging en welke straf.
- dagvaarding - vonnis van rechter.

Als de verdachte is veroordeeld, is hij geen verdachte meer maar dader.

Slide 22 - Tekstslide

Maken
6.3 & 6.4

Slide 23 - Tekstslide