Hulpbieden bij de uitscheiding

1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
ZorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hulpbieden bij de uitscheiding
Thema 9 Hoofdstuk 25

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hulp bieden bij de uitscheiding 
Wat valt er allemaal onder uitscheiding? 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hulp bieden bij de uitscheiding 
Wat valt er allemaal onder uitscheiding? 
  • urine
  • ontlasting
  • zweet
  • braaksel
  • sputum 
  • menstruatie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urine

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urine bestaat uit water afvalstoffen, zout en overtollige vitamines.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


  • Urine wordt gevormd in de nieren.
  • Nieren halen zout, afvalproducten en overtollig water uit het bloed
  • Urine verlaat het lichaam via urineleiders, blaas en urinebuis.
Urine

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw aandachtpunten bij het observeren van urine?

Slide 8 - Open vraag

  • frequentie (blaasontsteking, nervositeit, zwangerschap, braken), hoe vaak per 24 uur 
  • hoeveelheid (1,5 liter / 24 uur) hangt ook af van de intake
  • kleur. 
  • helderheid, troebel = infectie bacterie, eiwitten
  • geur. normaal ammoniak. diabetes naar aceton/zoetig
  • manier van urineren. zwangerschap, vergrote prostaat. 
Observeren urine:
  • Geur
  • Kleur
  • Hoeveelheid
  • Frequentie
  • Helderheid
  • Manier van urineren

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kleur:
  • Lich geel (helder) - Veel gedronken
  • Donkere urine - Weinig gedronken
  • Rode urine - Bloed in de urine
  • Bruine urine - Oud bloed/ leveraandoening

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer spreek je van incontinentie?

Slide 11 - Woordweb

ongewenst onwillekeurig verlies 
1 op de 20 
ook jongeren 
vaker vrouwen dan mannen
Is incontinentie te behandelen?
A
Ja
B
Nee
C
soms

Slide 12 - Quizvraag

bekkenbodem oefeningen 
elektrisch impuls 
blaastraining 
zelf katheterisatie
chirurgisch ingrijpen 
medicatie Bij (incontinentie)klachten van de bekkenbodem worden soms medicijnen voorgeschreven zoals oestrogenen, spasmolytica en laxeermiddelen.


  • Een dun slangetje
  • Je kan kunstmatig urine uit de urineblaas laten aflopen.


  • Hoe:  Een steriele katheter, door de urinebuis (urethra) in de urineblaas gebracht, zodat  de blaas leeg loopt.



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Doel: hygiëne waarborgen, infecties voorkomen en ervoor zorgen dat de zak niet overvol raakt. (Comfort cliënt gaat omhoog)

2. Let op je hygiëne!
Was je handen grondig vóór en na de handeling en gebruik handschoenen.
Schone materialen: Gebruik een nieuwe, steriele urinezak en zorg dat de aansluiting en slang niet in contact komen met onhygiënische oppervlakken.

3. Leg alle materialen klaar:
Nieuwe urinezak (dagzak of nachtzak, afhankelijk van de situatie).
Handschoenen.
Eventueel een schoonmaakdoekje (voor ontsmetting).
Een afvalzak voor de gebruikte urinezak.

4. Informeer de cliënt over wat je gaat doen.
Zorg dat de cliënt comfortabel ligt of zit.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Verwijderen van de oude zak:
Trek handschoenen aan.
Controleer of de urinezak leeg is. Zo niet, leeg deze eerst.
Koppel de oude urinezak voorzichtig los van de katheterslang. Zorg dat er geen urine morst en houd de aansluiting schoon.

Bevestigen van de nieuwe zak:
Pak de nieuwe urinezak en zorg dat deze niet in aanraking komt met onhygiënische oppervlakken. Sluit de nieuwe zak steriel aan op de katheterslang. Controleer of de verbinding stevig is, maar niet te strak.

6.Nazorg:
Controleer of de slang goed ligt en geen knikken vertoont.
Zorg dat de urinezak op de juiste hoogte hangt (lager dan de blaas om terugloop te voorkomen).
Verwijder je handschoenen en was je handen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aandachtspunten
Observeer de urine: Let op kleur, geur, en helderheid. Afwijkingen kunnen wijzen op een infectie of andere problemen. (Rapporteer in het zorgdossier!)

Terugloop voorkomen: De urinezak mag nooit hoger hangen dan de blaas om het risico op infecties te verkleinen.

Controleer de huid: Let op roodheid of irritatie rondom de katheter.
Communicatie: Vraag regelmatig aan de cliënt of alles goed aanvoelt en of er ongemak is.
6. Wat te doen bij problemen?
Als de katheter verstopt lijkt te zijn, de urine niet doorloopt, of als de cliënt pijn aangeeft, moet je dit direct melden aan een leidinggevende of zorgprofessional.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een .....?
A
Schuitje
B
Trottoir
C
Urinaal
D
Vaginaal

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ontlasting

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw observatiepunten bij ontlasting ?

Slide 23 - Woordweb

kleur,  geur,  consistentie, frequentie( bv 1xp.dag of 3/pwk )

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oberveren ontlasting:
  • Kleur
  • Geur
  • Frequentie 
  • Hoeveelheid
  • Samenstelling 
  • Manier van defeceren 
  • Spontaan verlies ontlasting

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit gebruik je als de zorgvrager
A
Moet braken
B
Alleen moet urineren
C
Moet urineren en/of defeceren
D
Moet braken, urineren en defeceren

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Transpiratie

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transpireren is een ongezonde reactie van het lichaam...

A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom transpireren we?

Slide 30 - Open vraag

meestal normaal , gezonde reactie van het lichaam. 
kan ook aanwijzing zijn dat er iets mis is met je zorgvrager. 

We zweten meestal om ons lichaam af te koelen, een proces dat thermoregulatie wordt genoemd. Onze hersenen sturen een signaal naar meer dan drie miljoen klieren in ons lichaam om zweet af te geven (een heldere vloeistof van water, zouten en eiwitten). Door verdamping van deze vloeistof daalt onze lichaamstemperatuur.
Hoe komt het dat iedereen verschillend ruikt als je zweet?
Zweet zelf is reukloos.
Het komt in aanraking met bacterie op je huid 
(warme plek = oksel) en daardoor gaat het ruiken.
99% is water, 1% is afvalstof / zout en mineralen

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je voor hulp bieden aan een transpirerende zorgvrager?

Slide 32 - Open vraag

  • Goede rapportage
  • omgevingstemp. verlagen 
  • tocht voorkomen 
  • regelmatig opfrissen 
  • kleding/beddengoed regelmatig verschonen
  • extra drinken geven (bouillon) 
  • decubitus en smetten voorkomen 
  • begrip tonen
Aandachtspunten
Goede rapportage
Omgevingstemp. verlagen
Tocht voorkomen
Regelmatig opfrissen
Kleding/beddengoed regelmatig verschonen
Extra drinken geven (bouillon)
Decubitus en smetten voorkomen
Begrip tonen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sputum 

Slide 34 - Tekstslide

Sputum is een verhoogde slijmproductie. 
Oorzaak: ontstoken slijmvliezen van de ademhalingswegen
Onder gezonde omstandigheden wordt er geen sputum geproduceerd

A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

slijm is normaal. 
sputum is verhoogde slijmproductie. 

Sputum bevat vaak bacterien

A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quizvraag

slijmvliezen van de ademhalingswegen zijn ontstoken. 
Wat zijn jouw observatiepunten bij sputum?

Slide 37 - Woordweb

Hoeveelheid
Geur
Kleur en consistentie: 
- slijmerig = ontsteking bovenste luchtwegen
taai; bronchitis en pneumonie.  kan oranjebruin zijn. 
etterig; groen bij infectie
bloederig; longbloeding is rood schuimend (bv longcarcinoom)
Sputum: slijm dat uit de diepere luchtwegen,

Observatie
Hoeveelheid 
Hoe vaak 
Kleur:
Geur
 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Braken 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er bij braken?

A
Je maag keert zich om
B
Peristaltiek gaat te snel
C
Peristaltiek gaat andersom
D
Geen peristaltiek

Slide 40 - Quizvraag

Peristaltiek is het reflexmatig samentrekken van spieren van slokdarm naar darm.
Wat is geen oorzaak van braken?
A
Vergiftiging
B
Angst
C
Zwangerschap
D
Overprikkeling van de galblaas

Slide 41 - Quizvraag

Wel oorzaak: 
  • prikkeling van maagslijmvlies door bv besmet voedsel
  • hersenaandoening(bv hersenschudding)
  • vergiftiging door medicijnen 
  • nervositeit, angst
  • aangeboren afwijking
  • zwangerschap (hormonen)
Wat is het grootste gevaar bij een brakende zorgvrager?
A
Maagpijn
B
Longontsteking
C
Galblaas ontsteking
D
Darmklachten

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke handeling voer je uit om een longontsteking te voorkomen?
A
Rechtop laten zitten
B
Rugligging
C
Zijligging
D
Op zijn rug kloppen

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is explosief braken?
A
Plotseling braken
B
Spuitend braken
C
Kokhalzen
D
Braakneigingen zonder resultaat

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Observatiepunten bij braken
  • Tijdstip en frequentie (oorzaak bv voeding of zwangerschap)
  • Hoeveelheid
  • Manier van braken (explosief, kokhalzend)
  • Bestanddelen (bloed, gal, darminhoud=fecaal braken)
  • Geur

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie
  • Bij menstruatie wordt maandelijks het slijmvlies van de baarmoeder afgestoten bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd.
  • Vrouwen verliezen gemiddeld een halve deciliter bloed en de lichaamstemperatuur daalt een halve graad tijdens de menstruatie.
  • Veel voorkomende menstruatieklachten zijn scherpe of doffe pijn in de onderrug en de onderbuik, hoofdpijn, transpireren en diarree.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:
Boek Zorg en Welzijn
Thema 9: Hulp bieden
9.25 Hulp bieden bij uitscheiding

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies