H4.1 Kracht en beweging versnellen (VWO)

 Versnellen (4.1) blz 10 deel B
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Versnellen (4.1) blz 10 deel B

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
  • Begrip van bewegings diagrammen (v,t) (x,t) en (a,t) 
  • Formule van versnelling gebruiken 
  • (v,t)-diagram gebruiken om plaats/ afstand te berekenen


Slide 2 - Tekstslide

(v,t)-diagram maken
v - verticale as
t - horizontale as

0-4 s Beweging neemt eerst toe
versnelling
na 4s dan is de beweging constant
eenparige beweging

Slide 3 - Tekstslide

Verwar niet (v,t)- met (x,t)- diagram

Slide 4 - Tekstslide

(a,t)- diagram

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Welke (v,t)-diagram past bij A
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quizvraag

Welke (v,t)-diagram past bij B
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quizvraag

Welke (v,t)-diagram past bij C
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 10 - Quizvraag

Welke (v,t)-diagram past bij D
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 11 - Quizvraag

Versnelling 
Als er een gelijkmatige toename in snelheid is... b.v.
3 m/s, dan 6 m/s, dan 9 m/s
dan is de toename in snelheid 3 m/s elke seconde
DUS de versnelling is 3 m/s2

Slide 12 - Tekstslide

Snelheid berekenen:



v - snelheid in m/s
x - plaats im m
t - tijd in s
v=ΔtΔx
Δx=xeind(x)begin

Slide 13 - Tekstslide

Versnelling berekenen:



a - versnelling in m/s2
t - tijd in s
v - snelheid in m/s
a=ΔtΔv
Δv=veindvbegin

Slide 14 - Tekstslide

Snelheid omrekenen
Snelheid is vaak in km/uur en moet naar m/s
m/s               km/uur
: 3,6
x 3,6

Slide 15 - Tekstslide

Reken om... 30 km/h = ... m/s
A
8,3
B
30
C
108
D
300

Slide 16 - Quizvraag

Reken om... 30 m/s= ... km/h
A
8,3
B
30
C
108
D
300

Slide 17 - Quizvraag

Reken om... 500 km/h = ... m/s
A
139
B
500
C
1800
D
5000

Slide 18 - Quizvraag

Voorbeeld opgaven 1

Slide 19 - Tekstslide


Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Een hardloper versnelt van 1,5 m/s naar 2,3 m/s in 4 seconden. Bereken de versnelling.
A
0,2
B
0,4
C
0,6
D
3,2

Slide 22 - Quizvraag

Een drone met een versnelling van 3 m/s2 heeft voor 3,7 seconden versnelt. Als zijn beginsnelheid 4 m/s was, wat is dan zijn eindsnelheid?
A
7,1
B
8,3
C
11,1
D
15,1

Slide 23 - Quizvraag

Afgelegde 
afstand bepalen

Je kan met de (v,t)-diagram 
de afstand bepalen

Afstand = area onder grafiek

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide


Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Maak nu opdracht 5 
Ik heb de opdracht op de volgende dia met een timer. Geef jezelf de tijd op de timer om de opdracht te maken en kijk hem dan na. 

Mocht je klaar zijn dan mag je verder naar 7 en 8. Voor beide opdrachten geldt ook 6 minuten.


timer
6:00

Slide 28 - Tekstslide

Antwoord opdracht 5

Slide 29 - Open vraag

Opgaven 5
timer
6:00

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Opgaven 7
timer
6:00

Slide 33 - Tekstslide


Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Tekstslide

Opgaven 8
timer
6:00

Slide 36 - Tekstslide

Lever hier een foto in van je antwoord op opdracht 8

Slide 37 - Open vraag

Slide 38 - Tekstslide

Samenvatting:

Je berekent versnelling met


Je berekent afstand door de area onder de grafiek te berekenen
a=ΔtΔv

Slide 39 - Tekstslide

Maken opdracht 1, 2, 3, 4 en 6.
5, 7, 8 en 9 hebben we al in de les gedaan.

Slide 40 - Tekstslide