lesweek 3 cultuur







Interculturele Diversiteit
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Keuzedeel Interculturele DiversiteitMiddelbare schoolMBOStudiejaar 1-4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 42 min

Onderdelen in deze les







Interculturele Diversiteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelstellingen Hoofdstuk 1
Aan het einde van dit hoofdstuk weet je meer over: 

- Cultuur
- Is dit aangeleerd of aangeboren? (Nature/Nurture)
- Normen en waarden
- Dezelfde waarde, maar een andere norm;
- F- en G-culturen;
- Het verschil tussen cultuur en geloof.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is belangrijk binnen jouw cultuur?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur
Een cultuur bestaat uit tradities en gewoonten, ideeën over wat goed of slecht is of hoe je je moet gedragen, vanuit een bepaalde groep mensen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ui van hofstede
Om cultuur in beeld te brengen, kan je verschillende modellen gebruiken. 
Een voorbeeld is het ui-model van Hofstede?

Net als een ui, bestaat een cultuur uit meerdere lagen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur uit verschillende lagen
Van de buitenste laag naar binnen


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De buitenste laag
De buitenste laag zijn makkelijker te veranderen.
Voorbeeld: symbolen, helden
Kleur oranje is een belangrijke kleur voor de Nederlandse cultuur.




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De binnenste laag
De binnenste laag is moeilijker te veranderen.
Voorbeeld: rituelen, waarden
Tweede dinsdag in september is Prinsjesdag.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aangeboren of aangeleerd?
Aangeboren wil zeggen dat het gedrag overal ter wereld voorkomt. Dit noem je ook wel nature.
Voorbeelden zijn: boos en verdrietig zijn.


Aangeleerd is het gedrag dat tijdens jouw leven pas bepaald wordt. Dit noem je ook wel nurture.
Voorbeelden zijn: geloven in een godsdienst. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aangeleerd en gewoonten
Tot een cultuur horen alle aangeleerde gedragsregels en gewoonten van een groep is samenleving.


Wanneer gewoonten en gedragsregels per land verschillen heeft dit te maken met cultuur. 


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kan jij een voorbeeld geven van gewoonten en gedragsregels van een cultuur?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

  Dimensies van Hofstede
leerdoel:
Je kunt de dimensies van Hofstede
benoemen en toepassen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

cultuurverschillen: culturen gaan op verschillende manier om met maatschappelijke problemen en ontwikkelingen.

Het is daarom lastig om culturen te vergelijken.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geert Hofstede
Nederlandse organisatiepsycholoog die zich bezig hield met interculturele studies
hij ontdekte dat er patronen ontstaan in cultuurverschillen waardoor je culturen toch met elkaar kunt vergelijken

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geert Hofstede
hij groepeerde deze patronen in 5 dimensies:
cultuurverschillen zijn op 3 niveau's zichtbaar
  1. microniveau: bij gezinnen en families
  2. mesoniveau: in school en op het werk
  3. macroniveau: in gezondheidszorg, consumentengedrag, politiek en geloof
wanneer je op deze niveau's de culturen bekijkt en ze naast elkaar legt kan je ze WEL vergelijken.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Dimensie machtsafstand
Hoe gaan culturen om met macht en ongelijkheid in macht?

m.a.w.
In hoeverre accepteren minder machtige mensen in een land verwachten en accepteren dat de macht ongelijk verdeeld is.
microniveau: denk aan gehoorzaamheid/ onderhandelingshuishouden of autoritaire.
mesoniveau: er zijn weinig kansen voor mensen die minder macht hebben om zich te ontplooien en macht te verkrijgen. Bijv. door zich op te werken
macroniveau: binnen een land met grote machtsafstand zal er nauwelijks rechtsgelijkheid zijn. Mensen met minder macht zullen achtergesteld worden en de inkomensverschillen zullen groot zijn.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer je het vorige kaartje kijkt zie je dat de dimensie machtsafstand grote culturele verschillen aantoont. Kun je een aantal criteria noemen waarom een land licht groen is?

Slide 18 - Open vraag

microniveau: ouders behandelen kinderen als gelijken
meso:ondergeschikten willen geraadpleegd worden/ docenten willen ook initiatieven van leerlingen.
macroniveau:iedereen hoort gelijke rechten te krijgen
Bij machtsafstand gaat het om een grote machtsafstand of een kleine machtsafstand.
Noem van beide een voorbeeld op micro niveau (bij gezinnen)

Slide 19 - Open vraag

een concreet voorbeeld noemen bijv. ouders vragen kinderen waar ze op vakantie willen
2. Dimensie individualistisch vs collectivistisch
Hoe gaan culturen om met vrijheid voor een individu ten opzichte van de groep waar het individu bijhoort?

individualistisch: eigenbelang gaat voor het belang van de groep
collectivistisch: de enkeling schikt zich naar de groep
microniveau: vaker uitgebreide families en mensen leven met elkaar in collectivistische samenlevingen
mesoniveau: kinderen wordt op school geleerd in het belang van het collectief te denken. En bij individualistische samenlevingen worden kinderen juist geleerd een eigen mening te hebben
Macroniveau: De staat zorgt in individualistische samenlevingen juist voor belangen van iedereen, men streeft naar gelijkheid en privacy. In Collectieve samenlevingen is het juist gebruikelijk dat sommige mensen meer rechten hebben dan anderen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies

wat valt je op tussen het kaartje van machtsafstand en deze van individualisme?

Slide 22 - Open vraag

In landen die sterk individualistisch zijn is de machtsafstand vaker kleiner dan in collectieve landen.
tussen machtsafstand en individualisering zit :
A
causaliteit
B
vergrotende trap
C
(negatieve) correlatie
D
oorzaak gevolg relatie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Dimensie masculien versus feminien
Hierbij gaat het erom hoe culturen omgaan met sekse en verschillende rollen van mannen en vrouwen.
Bepaalde vormen van gedrag worden als meer passend voor mannen gevonden en andersom. Wat masculien en feminien is, verschilt per samenleving.
Masculien (mannelijk) > mannen en vrouwen rollen zijn gescheiden
over het algemeen worden van mannen prestaties buiten huis verwacht, vrouwen werken in zorg of binnenshuis

feminiene samenleving: rollen mannen en vrouwen overlappen elkaar. Zowel mannen als vrouwen worden geacht teder en begrijpend te zijn.

in een masculiene samenleving wordt van mannen verwacht dat ze ambitieus zijn en vrouwen moeten meer gericht zijn op zorgen.
In een feminiene samenleving wordt dat onderscheid tussen mannen en vrouwen niet verwacht

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

microniveau: masculien: man moet  goede rijke echtgenoten zijn, homoseksualiteit minder geaccepteerd
feminien: mannen en vrouwen als gelijke binnen het huwelijk
mesoniveau: masculien: mannen moeten prestatiegericht zijn en vrouwen hoeven dat veel minder.
feminien: streven naar gelijke omstandigheden voor vrouwen en mannen
macroniveau: mascolien: de sterken krijgen de kans om uit te blinken, immigranten moeten zich snel aanpassen, arme landen moeten voor zichzelf zorgen en economische groei is belangrijk
feminien: mensen die het nodig hebben moeten geholpen worden

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op wanneer je de dimensie masculien v feminien toepast op de westerse wereld?

Slide 26 - Open vraag

Er is geen verband tussen masculien v feminien en de eerder genoemde dimensies. Er zijn binnen de Westerse wereld veel grotere verschillen op dit punt dan op de andere punten.
Zo is de VS sterk masculien en Nederland en Zweden veel meer feminien.
4. Dimensie onzekerheidsvermijding
Hoe gaan culturen om met onzekere of onbekende situaties?
m.a.w.
de mate waarin mensen in een cultuur zich bedreigd voelen door een onzekere of onbekende situatie.
microniveau: kinderen in landen met sterke onzekerheidsvermijding mogen veel minder vrij buitenspelen dan in andere landen omdat ze in aanraking kunnen komen met onbekende vieze dingen
situaties die leiden tot stress, conflicten, agressie, zorgen en emotie zorgen dat in sommige landen een grote behoefte is aan sterke regels. Deze landen zijn sterk onzekerheidsvermijdend.
mesoniveau: sterk onzekerheidsvermijdende culturen zijn formeler en hebben veel regels in onderwijs en werk
macroniveau: in landen met een zwakke onzekerheidsvermijding zijn er minder regels en meer burgerprotesten. Mensen zijn vaak minder stressvol en gelukkiger

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

In welk soort land zal men angstiger zijn t.a.v. immigranten en buitenlanders?

Slide 29 - Open vraag

in onzekerheidsvermijdende landen zal men eerder geneigd zijn tot xenofobe uitingen omdat men angst heeft voor het onbekende en immigranten brengen regelmatig een onbekende cultuur met zich mee.
5. Dimensie termijngerichtheid
Hoe gaan culturen om met het verleden, heden en de toekomst?
langetermijngerichtheid: sparen voor een toekomstige beloning, tijd is lineair
korte termijngerichtheid: gericht op het tot stand houden van tradities, tijd is een cirkel

landen gericht op de lange termijn zijn vooral in Azie te vinden.
microniveau: korte termijn: kinderen krijgen cadeautjes voor hun plezier ipv voor hun ontwikkeling. In deze culturen vindt men het ook normaal als anderen voor hun kinderen zorgen
macroniveau: bereidheid om van andere landen te leren. Men is zuinig en veracht de beloning in de toekomst

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zullen mensen in een cultuur met een lange termijnplanning cadeautjes geven ter ontwikkeling ipv plezier?

Slide 31 - Open vraag

Zij verwachten dat hun kinderen zich gaan ontwikkelen op een goede manier waardoor zij misschien hoger op zullen komen op de maatschappelijke ladder. Zij richten zich op de toekomst niet op het kortstondige "nu" geluk
Hoe zien de dimensies van Hofstede eruit voor de cultuur die jij hebt gekregen( gebruik de volgende slide)

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Link

Deze slide heeft geen instructies

als het goed is kun je nu:
de 5 dimensies van Hofstede benoemen en herkennen op 3 verschillende niveau's

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies