Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Woordenschat H4
Woorden met meerdere betekenissen
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Woorden met meerdere betekenissen
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je leert de betekenis van woorden met meerdere betekenissen afleiden uit de tekst.
Slide 2 - Tekstslide
Jan, wil jij even naar de bank lopen?
Slide 3 - Tekstslide
Meerdere betekenissen
Sommige woorden hebben meerdere betekenissen.
homoniem
Je kan in de war raken.
Slide 4 - Tekstslide
Homoniemen
arm
slot
kussen
slot
licht
Slide 5 - Tekstslide
De juryleden
prijzen
de winnaar. Ze vinden het vooral knap dat hij het lied zelf geschreven heeft.
Slide 6 - Tekstslide
Woordenboek
Als je een woord in het woordenboek opzoekt, zorg dan dat je de juiste betekenis kiest.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
De vormgever was bezig met het opmaken van de pagina's.
Slide 9 - Tekstslide
Voor een feest wil Minke zich altijd graag mooi opmaken.
Slide 10 - Tekstslide
Welk homoniem past in de zin?
Het geld dat ik in de vakantie verdiend heb, heb ik vandaag op mijn bankrekening gestort.
______
A
gedumpt
B
gezet
Slide 11 - Quizvraag
Welk homoniem past in de zin?
Erik heeft een gemene streek uitgehaald; zijn zusje is erg geschrokken.
______
A
gebied
B
daad waarover je boos bent
Slide 12 - Quizvraag
Welk homoniem past in de zin?
De douane neemt bij een controle veel pillen in.
______
__
A
neemt in bezit
B
gebruikt
Slide 13 - Quizvraag
Welk homoniem past in de zin?
Hij wilde het huurcontract opzeggen, omdat hij het geld niet meer kon opbrengen.
_________
A
einde maken aan een afspraak
B
iets uit je hoofd opzeggen
Slide 14 - Quizvraag
Welk homoniem past in de zin?
De getuige kon bevestigen dat hij de verdachte die avond had gezien.
_________
A
zeggen dat het klopt
B
vastmaken
Slide 15 - Quizvraag
Leg uit wat een homoniem is
Slide 16 - Woordweb
Wat heb je deze les geleerd?
Slide 17 - Woordweb
Aan de slag
Nieuw Nederlands online
Hoofdstuk 4
Woordenschat - Woorden met meerdere betekenissen
Maak opdracht 1 tot en met 7
Slide 18 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Woordenschat - Woorden met meerdere betekenissen
Februari 2021
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Woordenschat - Woorden met meerdere betekenissen
Maart 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Woordenschat - Woorden met meerdere betekenissen
Mei 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Woordenschat H4 - Woorden met meerdere betekenissen K3
Juni 2022
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Woorden met meerdere betekenissen
Februari 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Synoniemen
Maart 2018
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Woorden met meerdere betekenissen
Mei 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Woordenschat H4 les 2
Maart 2023
- Les met
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3