Herhaling gezonde dieren

 Herhaling 
 Gezonde dieren
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Herhaling 
 Gezonde dieren

Slide 1 - Tekstslide

Gezonde dieren

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Jong                                                                                  Oud
Geboorte
Productie/prestatie fase
Opfokperiode
Ouderdom

Slide 4 - Sleepvraag

Fases koe
Nuka: nuchter kalf, ongeveer 1 week oud, alleen met biest gevoed;
Kalf: jong dier, ook wel ‘kuuske’ genoemd (stierkalf = mannelijk, vaarskalf = vrouwelijk)
Pink: eenjarig kalf, ook wel ‘hokkeling’ genoemd
Vaars: jonge koe die voor het eerst is gedekt, ook wel ‘maal’ of ‘eerstekalfskoe’ genoemd. Tot haar tweede kalf blijft ze vaars heten
Jongvee: alles van kalf tot vaars
Guste koe: niet-drachtige koe, ook wel ‘open koe’ genoemd
Schot: koe die voor de tweede keer afgekalfd heeft, ook wel ‘tweedekalfskoe’ genoemd
Droge koe: koe die enkele weken geen melk geeft om op krachten te komen voor het kalven, ook wel ‘droogstaande koe’ of ‘drooggezette koe’ genoemd
Nieuwmelkte koe:  koe die net heeft gekalfd en begint aan een nieuwe lactatieperiode, ook wel ‘verse koe’ of ‘nieuwmelkse koe’ genoemd

Slide 5 - Tekstslide

Levensfase
Jonge dieren 
Nestvlieder en nestblijver
Waarom biest? (24 uur)
(Antistoffen, eerste mest, licht verteerbare voedingstoffen en vitamine en mineralen)

Opfokdieren = toekomst
Veel aandacht en geld

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent de opfokfase?

Slide 7 - Open vraag

Levensfase
Productiedieren
Leveren melk, vlees en eieren, sport/werk
Eenmalig (slacht)​, gedurende één periode (leghennen) ​, steeds terugkomend (lactatieperiode)

Ouderdom
Laatste fase
Ouderdomsverschijnselen: 
Slecht gebit, traag, vermagering, meer slapen, etc.​
Wel of niet wegdoen?

Slide 8 - Tekstslide

Waarom is een dier kwetsbaar tijdens de productiefase?

Slide 9 - Open vraag

Wat zijn de geslachtsnamen van een geit?
A
Man, pop, jong
B
Hengst, merrie, veulen
C
Geit, bok, lam
D
Haan, hen, kuiken

Slide 10 - Quizvraag

Geslachtsnamen

Slide 11 - Tekstslide

De 5 vrijheden
  • Vrij van honger, dorst, ondervoeding​
  • Vrij van lichamelijk en klimatologisch* ongemak (*het klimaat moet in orde zijn)​
  • Vrij van pijn, verwondingen, ziektes​
  • Vrij van angst en stress​
  • Vrij om het natuurlijke, soorteigen gedrag uit te voeren.

Slide 12 - Tekstslide

Termen
Geslachtskenmerken (primair en secundair)​
Bronstigheid​
Baltsgedrag​
Geslachtsgemeenschap ​
Kunstmatige inseminatie​
Dracht​
Geboorte​
Verkeerde liggingen​
Geboortezorg

Slide 13 - Tekstslide

Hoe word de bronst bij een koe genoemd?
A
Hengstig
B
Krols
C
Tochtig
D
Loops

Slide 14 - Quizvraag

Bronst
Vruchtbare periode
Koe = 21 dagen 

Verschijnselen:
Onrustig
Blijven staan
Dekken (Koe -> Koe)
Actiever en aanhankelijker

Slide 15 - Tekstslide

Geslachtskenmerken
Primair
Geslachtsorganen

Secundair
Uiervorming, kleurpatronen, verschil in bouw

Slide 16 - Tekstslide

Kunstmatige inseminatie
Voordelen:
Veiliger, gecontroleerd, betrouwbaar, meer keuze

Nadelen:
Duurder 

Slide 17 - Tekstslide

Wat zijn voordelen en nadelen van dekken?

Slide 18 - Open vraag

Exterieur
De buitenkant van een dier
Gebouwd naar de omgeving


Waarom is het belangrijk?
Om goed melk te geven ​ (groot uier, rechte spenen etc.)​
Om goed te kunnen bewegen​ (rechte benen, goede klauwen​)
Om lang te kunnen leven​ (sterke benen, sterke rug)

Slide 19 - Tekstslide

Koesignalen
Welzijn= koe gelukkig? (bewust en onbevangen kijken)  
Wat zie ik? ​
Geef een objectieve beschrijving van wat je ziet.​
Hoe komt dit?​
Ga op zoek naar de oorzaak​
Wat betekent dit?​
Is het een signaal van 1 dier of is er met meer dieren iets aan de hand? (koppelsignaal)​
Is het gunstige info of moet ik ingrijpen?
Groot <=> klein

Slide 20 - Tekstslide

Geboorte kalf
4 fases: Voorbereidingsfase, ontsluitingsfase, uitdrijvingsfase en nageboortefase
Klauwtjes kalf:  
G         F

Slide 21 - Tekstslide

Wat is spenen?
A
Van vaste voeding naar vloeibaar
B
Van moederdier naar box
C
Van box naar stal
D
Van vloeibaar naar vaste voeding

Slide 22 - Quizvraag

Zorg na de geboorte
Direct na geboorte:​
Jong: verstikkingsgevaar!, drogen, navel ontsmetten, opstaan stimuleren, laten drinken (BIEST!)​

Moederdier: water aanbieden, voeding aanpassen, rust geven

Slide 23 - Tekstslide

Voorbereid voor tentamen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll