Nieuwsbericht klas 2 deel 2

Nieuwsbericht klas 2 deel 2
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nieuwsbericht klas 2 deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Check 
huiswerk

3.3 Lezen Opdracht 5, 6, 8, 9 en 10

We kijken vandaag samen 5, 6 en 8 na
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Kijkopdracht
We kijken zo een YouTube-video over de NOS.

Straks krijg je een schema te zien op het scherm.
Schrijf de vragen over. Daarna vul je die in als je de video hebt gezien.

Na de eerste keer kijken wissel je antwoorden uit met wie naast je zit. 
Dan kijken we nog een keer. 
Daarna vullen jullie 'm helemaal in. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

De vijf grote vragen
1 Heeft het nieuws grote gevolgen? 
2 Is het nieuws bijzonder, uitzonderlijk? 
3 Is het nieuws echt nieuw? 
4 Gaat het nieuws over belangrijke personen? 
5 Zijn er veel slachtoffers? 

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden van nieuws
Ga naar nu.nl of nos.nl
Kies een nieuwsbericht uit dat je interessant vindt.
Lees het.

Kijk of je de 5W1H's erin terug ziet.
We gaan er zo een paar bekijken.

Slide 12 - Tekstslide

Fictie

We luisteren naar de eerste twee hoofdstukken van 24 uur.

Schrijf in je schrift wat je te weten komt over de personages.

Schrijf iets op over de sfeer van de hoofdstukken (spannend, ontspannen, gezellig, ongemakkelijk..?)

Slide 13 - Tekstslide

Sleep de tekstdoelen naar de juiste tekstvormen.
Informeren
Aansporen
Overtuigen
Amuseren
Uitleggen

Slide 14 - Sleepvraag

Zet de juiste tekstsoorten bij de juiste tekstdoelen.
Tekstdoel Informeren
Tekstdoel Overtuigen
Tekstdoel Amuseren
Tekstdoel activeren
nieuwsbericht
Recensie over mijn gelezen boek

Een mop in een tijdschrift
Een oproep op een website om te gaan protesteren. 
Artikel op website Voedingswijzer om elke dat fruit en groente te eten.
Spelhandleiding hoe je 'Yahtzee' moet spelen.

Slide 15 - Sleepvraag

Sleep de uitleg naar het juiste tekstdoel:
informeren
instrueren
overtuigen
overhalen
amuseren
De schrijver wil....
Tekstdoel
je nieuwe kennis geven
je leren iets te doen
je iets laten vinden (mening)
je iets laten doen
je vermaken

Slide 16 - Sleepvraag

Sleep de tekstdoelen naar de juiste teksten. Je houdt er 2 over.
Amuseren
Overtuigen
Informeren
Waarschuwen
Activeren
Adviseren
Instrueren

Slide 17 - Sleepvraag

Tekstdoel:
A
Amuseren
B
Informeren
C
Activeren/overhalen
D
Overtuigen

Slide 18 - Quizvraag

Sleep de tekstdoelen naar het juiste plaatje
Informeren
Activeren
Amuseren

Slide 19 - Sleepvraag


Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 20 - Quizvraag

Tekstdoel


Wat is het tekstdoel?

Slide 21 - Tekstslide


Tekstdoel
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 22 - Quizvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Overhalen
D
Uitleggen

Slide 23 - Quizvraag

Wat is GEEN tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overhalen
D
verkennen

Slide 24 - Quizvraag

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 25 - Quizvraag

Tekstdoel?
A
uitleggen
B
amuseren
C
overtuigen
D
informeren

Slide 26 - Quizvraag

Sleep de juiste tekstsoorten bij de juiste tekstdoelen.
tekstdoel informeren
tekstdoel overtuigen
tekstdoel amuseren
tekstdoel activeren
tekstdoel instrueren
een nieuwsbericht over een schietpartij
recensie over mijn gelezen boek
de Donald Duck
een oproep op een website om minder zuivel te consumeren
spelhandleiding van UNO

Slide 27 - Sleepvraag

Sleep de juiste tekstsoorten en -vormen naar de tekstdoelen
Informeren
Overtuigen
Activeren
Amuseren
verslag
advertentie
stripboek
informatieve tekst
betogende tekst
amuserende tekst
activerende tekst
boekbespreking
betoog
reclame folder
roman
recept

Slide 28 - Sleepvraag

Sleep de tekstdoelen naar het juiste plaatje
Informeren
Activeren
Amuseren

Slide 29 - Sleepvraag

Sleep de tekstsoorten naar het juiste tekstdoel
Overtuigen
Informeren
Activeren

Slide 30 - Sleepvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren

Slide 31 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Overhalen
D
Amuseren

Slide 32 - Quizvraag

Sleep de tekstsoorten naar het juiste tekstdoel
Informeren
Activeren
Overtuigen
Amuseren

Slide 33 - Sleepvraag

Wat is een tekstdoel?
A
Artikel
B
Recept
C
Instrueren
D
Blog

Slide 34 - Quizvraag

Het onderwerp van een tekst.....
A
...is waar een tekst overgaat
B
...vind je in de inleiding
C
...kun je in één of een paar woorden zeggen
D
...bestaat uit deelonderwerpen

Slide 35 - Quizvraag


Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
Wat betekent het woord hoofdgedachte?
A
de belangrijkste zin van een alinea
B
het onderwerp van de tekst
C
een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent
D
het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin

Slide 36 - Quizvraag

Onderwerp en hoofdgedachte:
Wat kan géén hoofdgedachte zijn?
A
Jongetje stoot beeld van 4.000 euro om en moet betalen
B
Honden troosten kinderen na aanslag in VS
C
Doden door stortbuien in China
D
Kangoeroe huppelt door weiland op Texel

Slide 37 - Quizvraag


Wat is de hoofdgedachte?
Wat is de hoofdgedachte?
A
Man vindt vogelspin in fruit,.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Slide 38 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van deze tekst?
A
boswachter Richard
B
overnachten in het bos
C
zwervers in het bos

Slide 39 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
7-jarig jongetje
B
fietstocht op dinsdagochtend
C
jongen gewond
D
verkeerslicht kapot

Slide 40 - Quizvraag


Hoofdgedachte?
A
Een groepsapp kun je goed gebruiken voor je huiswerk, voor extra uitleg van opdrachten en voor opdrachten waarmee je een bonus kunt verdienen.
B
Een groepsapp kan ook nadelen hebben.
C
Je moet samen duidelijke regels afspreken over hoe en waarvoor je de app gebruikt.
D
Een groepsapp is handig voor als je iets niet snapt van de opdrachten die je thuis moet doen.

Slide 41 - Quizvraag


Hoofdgedachte?
A
Door alle inspanningen van de gemeente wordt Zwolle gezien als een fietsstad.
B
Door het aanleggen van fietsstraten denkt de gemeente Zwolle dat de binnenstad verkeersveiliger wordt.
C
Een fietsstraat is een straat die ingericht is als een soort fietspad waar ook auto’s op mogen rijden.
D
Door de fietsstraten zijn de belangrijke fietsroutes voor fietsers en automobilisten beter herkenbaar.

Slide 42 - Quizvraag


Hoofdgedachte?
A
Reclamevideo's van vloggers maken jonger volgers onder de 14 jaar dik.
B
Reclamevideo's van vloggers moeten strenger gecontroleerd worden.
C
Voor vlogs en tv-reclames over voeding moeten dezelfde regels gelden.

Slide 43 - Quizvraag

Een hoofdgedachte is
A
het onderwerp
B
de titel
C
het belangrijkste in 1 zin

Slide 44 - Quizvraag

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
geldverspilling
B
energieverspilling
C
het weggooien van eten
D
de Weggooitest

Slide 45 - Quizvraag

2. Noteer het signaalwoord.

Hoewel het hard regende werden de kinderen gelukkig niet nat dankzij een paraplu.

Slide 46 - Open vraag

5. Noteer het signaalwoord.

In wiskunde is Rob erg goed. Met taal heeft hij echter meer moeite. In tegenstelling tot zijn moeder; die spreekt drie talen vloeiend.

Slide 47 - Open vraag

Noteer het signaalwoord dat in de zin staat.

Mijn broer lust bijna alles. Mijn zusje daarentegen lust vrijwel niets.

Slide 48 - Open vraag