04-10

Programma
  • Paradigma's
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Programma
  • Paradigma's

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet dat de paradigma's te herkennen zijn op basis van de tegenstellingen structuur - actor en consensus - conflict. 

Slide 2 - Tekstslide

Vier Paradigma's
  • Paradigma =  Een paradigma is een ‘wetenschappelijke bril’ waarmee wetenschappers maatschappelijke verschijnselen  kunnen verklaren. Hoe kun je bijvoorbeeld criminaliteit verklaren?
  • Hedendaagse theorieën combineren inzichten uit de verschillende paradigma's.





Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Verklaren vanuit structuur
Sommige wetenschappers vinden dat structuur de beste verklaringen kan bieden voor kwesties in de maatschappij. Ze kijken op macroniveau naar de samenleving.
Het conflict-paradigma en het functionalisme-paradigma horen hier bij.

Een structuur-paradigma herken je als een verschijnsel wordt verklaard alsof de inrichting van de samenleving het gedrag van actoren bepaalt: structuur bepaalt individueel gedrag.

Slide 5 - Tekstslide

Verklaren vanuit actoren
Wetenschappers die meer op actoren gericht zijn, kijken op microniveau naar het gezamenlijke gedrag van individuen of groepen.
Het rationele-actor-paradigma en het sociaalconstructivisme.

Een actor-paradigma herken je als een maatschappelijk verschijnsel wordt verklaard alsof het gedrag van actoren de inrichting van de samenleving bepaalt: individueel gedrag bepaalt structuur. 

Slide 6 - Tekstslide

Consensus versus Conflict
Ordesociologen zien consensus als basis van de samenleving. Zij richten zich op een stabiele toestand in de samenleving , overeenstemming. Hierbij passen het sociaalconstructivisme-paradigma en het functionalisme-paradigma. 

Sommige wetenschappers zijn van mening dat conflicten de achterliggende basis zijn van een samenleving. Zij worden ook wel conflictsociologen genoemd en je ziet hen terug in het rationele-actor-paradigma en in het conflict-paradigma

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Functionalisme - paradigma
Structuur - consensus

Samenleving is een geheel en elk onderdeel (groep) heeft een functie. Metafoor: lichaam met organen
Focus: hoe blijft samenleving stabiel(cohesie).

Criminaliteit: bindingstheorie, bindingen remmen criminaliteit

Slide 9 - Tekstslide

Emile Durkheim (1858-1917)


Mensen behoren tot groepen (religies, familie,
gezinnen) en vormen een collectief bewustzijn. 

Deze groepen spelen een belangrijke rol waarom
een samenleving bij elkaar blijft. 

Slide 10 - Tekstslide

Volgens Durkheim neemt de cohesie toe als:
1. Een samenleving een dominante cultuur heeft met gemeenschappelijke waarden en normen.
2. Mensen goed geïntegreerd zijn in die groepen zijn ze meer geneigd zich aan de waarden en normen te houden.




Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wetenschappelijke vragen binnen dit
functionalisme-paradigma zijn: 
- Wat zijn de indicatoren van sociale cohesie?
- Hoe ontstaat de sociale cohesie?
- Hoe versterk je sociale cohesie?

Slide 13 - Tekstslide

Welke twee dimensies horen bij het functionalisme?
A
Structuur
B
Actor
C
Conflict
D
Consensus

Slide 14 - Quizvraag

Het conflict-paradigma
Structuur - conflict
Kern:
Ongelijkheid (in macht en bezit) is de motor in een
samenleving. Conflicten die daaruit voortkomen  leiden tot noodzakelijke veranderingen. 

Structuren in de samenleving zijn in het voordeel van de machthebbers  
Hier speelt meer de afwezigheid van sociale cohesie.


Slide 15 - Tekstslide


Groepen zijn weliswaar belangrijk voor sociale  cohesie, maar sommige groepen hangen de  dominante cultuur niet aan. Er zijn tegengestelde 
belangen tussen de dominante cultuur enerzijds en
de subculturen en tegenculturen anderzijds. 

Sociale cohesie veronderstelt groepsvorming. Een belangrijk aspect van groepsvorming is uitsluiting.

Slide 16 - Tekstslide

Theodor Adorno (1903-1969)


Er is een gebrek aan sociale cohesie. De
cultuurindustrie (Hollywood, kunst, tablets,  smartphones) houdt mensen gelijkvormig en  onderdanig. Mensen denken dat ze vrij zijn om te kiezen maar zijn dat niet. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Het sociaalconstructivisme-paradigma
Actor - consensus
Kern:
Het gedrag van mensen wordt vooral bepaald door
hoe mensen de werkelijkheid zien. Die  werkelijkheid kan in de tijd veranderen onder invloed van de interactie tussen mensen. 

Hier spelen de gevoelens van actoren en hoe zij
naar hun eigen identiteit kijken een belangrijke rol. Dus hoe worden bindingen ervaren. 

Slide 19 - Tekstslide

Het sociaal constructivisme stelt dat verschijnselen
sociale constructies zijn. 
De werkelijkheid is dan ook sociaal geconstrueerd.
Dit wil zeggen dat ‘de’ werkelijkheid niet bestaat en dat wat men ziet als ‘werkelijkheid’ sterkt afhangt van de sociale context waarin men verkeert. 

Wat mensen voor waar aannemen. De manier waarop ze de werkelijkheid kennen, is ontstaan in onderlinge interacties en is gerelateerd aan het perspectief. 

Slide 20 - Tekstslide

Multiple identity
Binnen dit sociaalconstructivisme-paradigma
speelt het begrip multiple identity (meervoudige identiteit) een rol: 

Iedereen maakt deel uit van meerdere en
wisselende groepen ieder met eigen waarden en normen. 
Kan leiden tot rolconflict of rolverwarring. 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Het rationele-actor-paradigma
Kern:
Actoren streven zo veel als mogelijk hun
eigenbelang na. Bij hun beslissingen maken ze een  rationele afweging tussen voor- en nadelen (homo economicus). 

Mensen gaan bindingen aan en onderhouden die
als zij daar voordeel bij hebben.

Slide 23 - Tekstslide

Rationale actor paradigma
Actor - conflict 

Mensen streven naar nutsmaximalisatie 
Mensen zijn in staat om belangen af te wegen
Economische visie (kapitalisme)

Criminaliteit: rationele keuzetheorie mensen maken een bewuste keuze om crimineel gedrag te vertonen. Levert meer op

Slide 24 - Tekstslide

Het dilemma van collectieve actie past hierin. Door
de groep klein te houden, door beloningen en door dwang van de overheid gaan mensen kiezen voor de groep i.p.v. het individu. 

Slide 25 - Tekstslide

Actor
Structuren
rationele-actor-paradigma
Sociaal-constructivisme-paradigma
Conflict-paradigma
functionalisme-paradigma

Slide 26 - Sleepvraag

Conflict
consensus
Rationele-actor-paradigma
Conflict-paradigma
sociaal-constructivisme-paradigma
functionalisme-paradigma

Slide 27 - Sleepvraag

Functionalisme-paradigma
conflict-paradigma
rationele-actor-paradigma
sociaal-constructivisme-paradigma
Emile Durkheim
Multiple Identity
Theodor Adorno
dilemma van collectieve actie

Slide 28 - Sleepvraag