M3_Engels_week4

M3 - English - week 4
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

M3 - English - week 4

Slide 1 - Tekstslide

Quizlet
https://quizlet.com/missjoosten/folders/m3-stepping-stones-theme-4?x=1xqt&i=3vdfuo

Quizlet onregelmatige werkwoorden: https://quizlet.com/_a4gev4?x=1jqt&i=3vdfuo
Klassencode: pzvbo

Slide 2 - Tekstslide

UUR 1

Slide 3 - Tekstslide

UUR 1
Planning:
1. Important information
2. Filling out a form
3. Chapter introduction

Slide 4 - Tekstslide

Targets - lesson 1
At the end of the lesson I have increased my vocabulary.
At the end of the lesson I have improved my reading skills.

Slide 5 - Tekstslide

Herkansen
Zodra je het cijfer van hoofdstuktoets 3 binnen hebt doe je het volgende:
1. Maak de keuze of je één van de drie toetsen wil herkansen.
2. Zo ja, meld je aan op mijn i-uur. Ik zal zeggen welk i-uur.
3. Je kijkt je toets in en wij bespreken wanneer je de toets gaat herkansen.

Slide 6 - Tekstslide

Form
Je krijgt een formulier van mij. Vul deze zelfstandig in.

Slide 7 - Tekstslide

Chapter introduction
Title: After School

Write down:
- What do you think this chapter will be about?
- What is your dream job?

Write in full sentences.

Slide 8 - Tekstslide

Planning
Make a choice:
- Learn words ABCD (Quizlet or your book)
- Make your homework: 3, 4, 5, 6, 7 + learn words

Slide 9 - Tekstslide

UUR 2
Planning:
1. Explanation relative clauses
2. Work on your homework

Slide 10 - Tekstslide

Relative clauses (betrekkelijke bijzin)
Sam, who lives next door, is my best friend.
The jewellery, which is handmade, looks great.
Dancing is a hobby that takes up a lot of my time.
The gym which we always practise in is closed.
The instructor, who you told me about, is really nice.
The instructor, about whom you told me, is really nice.
The girl, whose passion is dancing, went to the club.

Slide 11 - Tekstslide

Relative clauses (betrekkelijke bijzin)
  • Who --> mensen
  • Which --> dingen en dieren
  • Geen komma --> that (ook mogelijk)
  • Wel een komma --> who/ which
  • Bezit (van iemand) --> whose 
  • Who/ which kunnen met voorzetsel. Deze kan achteraan en vooraan de zin staan. Who wordt dan soms whom

Slide 12 - Tekstslide

Relative clauses (betrekkelijke bijzin)
Sam, who lives next door, is my best friend.
The jewellery, which is handmade, looks great.
Dancing is a hobby that takes up a lot of my time.
The gym which we always practise in is closed.
The instructor, who you told me about, is really nice.
The instructor, about whom you told me, is really nice.
The girl, whose passion is dancing, went to the club.

Slide 13 - Tekstslide

Planning
Make a choice:
- Check your previous homework
- Make your homework: 
* ex. 8, 9, 10, 12, 13, 15, 16, 17

Slide 14 - Tekstslide

Break
10 minutes --> until 15.10

Slide 15 - Tekstslide

UUR 3
Planning:
1. Practising grammar and writing
2. Continue making your homework

Slide 16 - Tekstslide

Stones (D)
Read Stones D.

Slide 17 - Tekstslide

Grammar & Writing
Worksheets

Slide 18 - Tekstslide

Planning
- Make your homework: 
* ex. 8, 9, 10, 12, 13, 15, 16, 17
- Fill out the worksheet

Slide 19 - Tekstslide