paragraaf 2 Extreem weer

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

1.2 Extreem weer

Beschrijving:

In de VS komen er veel orkanen en tornado's voor. Hier in beeld een orkaan die over het land raasde.

planning

- Terugblik

- luchtsoorten en luchtdruk

- opdrachten maken en controle

- So inplannen

Pak je aantekeningen schrift :)

Vorige week

-Welke 3 klimaatfactoren beïnvloeden het klimaat in de VS?

-Waar valt de meeste regen, loef of Lijzijde?

en waarom daar?

- A,B,C,D,E klimaten?

Lees even voor jezelf

§1.2 extreem weer (pagina 10)

alleen de alinea lucht boven land en zee

bekijk ook goed de afbeeldingen

Luchtsoorten boven Amerika

grensgebied tussen twee verschillende luchtsoorten is een front

Luchtdruk 

• Luchtdruk is het "gewicht" van de lucht die zich boven je bevindt
• Wordt gemeten met een barometer
• Is gemiddeld 1013 millibar / hectopascal
• > 1013 = hoge luchtdruk
• < 1013 = lage luchtdruk
• Aan de oppervlakte beweegt de lucht van hoge luchtdruk naar lage luchtdruk

Luchtdruk

Hoge druk 

Hoge druk = dalende lucht

• koude lucht
• deze lucht is zwaar.
• Symbool op de kaart = H
• druk: rond 1020 hPa

Welk weertype hoort bij H?

• geen bewolking
• warm in de zomer
• koud in de winter

De natuur wil overal een gelijke druk creëren, daarom is er altijd een luchtstroom van een hoge drukgebied naar een lage druk gebied. Dit voel je als wind! Regel: Altijd van hoog naar laag!

Lage druk

Lage druk = stijgende lucht

• warme lucht
• gewicht van die lucht is laag.
• Symbool op de kaart = L
• druk: rond 1000 hPa

Welk weertype hoort bij L?

• wolken
• neerslag
• koel in de zomer
• zacht in de winter

De natuur wil overal een gelijke druk creëren, daarom is er altijd een luchtstroom van een hoge drukgebied naar een lage druk gebied. Dit voel je als wind! Regel: Altijd van hoog naar laag!

Isobaren

Op deze kaart staan isobaren (lijnen).

De isobaren laten drukverschil zien.

Hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe harder het waait.

Maken:

paragraaf 2: opdracht 1, 2, 3 en (4 vwo)

Hoge druk en lage drukgebieden.

Gebruik ook je basisboek!

Ik controleer ondertussen wat jullie allemaal gemaakt hebben

So H1

Dinsdag 8 oktober

§1 en §2

Telt 1 keertje mee.