Engels prepositions

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today
You are going to practise: prepositions = voorzetsels
You are going to practise speaking English in pairs



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide


The cat is ... the chair
A
above
B
on

Slide 4 - Quizvraag


The cat is ... the sofa
A
next to
B
on
C
under
D
above

Slide 5 - Quizvraag


The cats are ... the window
A
on
B
next to
C
above
D
in front of

Slide 6 - Quizvraag


The cat is ... the window
A
in
B
next to
C
behind
D
under

Slide 7 - Quizvraag


The cat is ... the lemons
A
on
B
next to
C
between
D
in

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

And now..
Practise in pairs

Other words you´ll need:
Princess
Castle
Knight
Arrows
Dragon


And now... practise in pairs
Prepositions

in = in
on = op
under = onder
above = boven
next to = naast
in front of = voor
between = tussen
behind = achter
Other words you will need:

Castle = kasteel
Knight = ridder
Princess = prinses
Dragon = draak
Sword = zwaard
Arrow = pijl
Roof = dak

Slide 10 - Tekstslide