1. Parlement -> controleren regering en maakt beleid
2. Kabinet -> vormt het regeerakkoord, maakt beleid
3. Rechters -> zijn onafhankelijk en oordelen over naleving van wetten
4. Ambtenaren -> informatie kan gekleurd zijn, specialisme
5. Massamedia -> controleren, meningen, agendavorming
6. Externe adviseurs -> expertises, invloed door onderzoek