Kunnen ook op andere manieren worden overgedragen:
Via bloed: je kunt daarom besmet raken door het gebruik van besmette drugsnaalden of door een onhygiënische piercing of tatoeage (bron 2).
Van moeder op kind tijdens de zwangerschap, geboorte en via de borstvoeding.
Slide 21 - Tekstslide
Hepatitis B, syfilis en hiv kunnen ook via bloed en via moeder op kind (zwangerschap, borstvoeding) worden overgedragen.
Slide 22 - Tekstslide
Een soa geeft vaak de volgende klachten:
afscheiding uit de penis of vagina
jeuk of branderig gevoel (bij het plassen)
blaasjes, wratjes of zweertjes rond en in de penis of vagina
Slide 23 - Tekstslide
Veilig vrijen
Je vrijt veilig als je:
elkaar streelt, tongzoent, knuffelt, elkaar met de hand bevredigt of jezelf bevredigt;
bij geslachtsgemeenschap altijd een condoom gebruikt;
bij orale bevrediging een beflapje gebruikt.
Slide 24 - Tekstslide
SOA (red flags)
SOA kun je ook krijgen als je één partner hebt, zorg dat je beiden getest bent om zeker te zijn.
Je kunt een SOA hebben, zonder dat je er iets van merkt.
Je kunt onvruchtbaar worden van een SOA, bijvoorbeeld als je niet op tijd doorhebt dat je een SOA hebt.
Je kunt je gewoon laten testen bij de huisarts.
Slide 25 - Tekstslide
Opdracht
Wat heeft een SOA te bieden in een lange termijn relatie?
Maak een datingprofiel om mee te speeddaten. Gebruik het document op It's Learning. De volgende les gaan we speeddates doen. Vooraf lever je het document in op It's Learning.
Je krijgt een SOA toegewezen.
Slide 26 - Tekstslide
Opdracht
Lever de informatie van je datingprofiel in vóór de les begint.
Schrijf de informatie op.
Neem je naamkaartje mee.
Eerst: evaluatie invullen op It's Learning!
Slide 27 - Tekstslide
Deze les
Speeddaten
Uitleg over hiv/aids en HPV
Opdrachten
Slide 28 - Tekstslide
Speeddates!
1 = Chlamydia 2 = Gonorroe
3 = Genitale wratten 4 = Hepatitis B
5 = Herpes genitalis 6 = Schaamluis
7 = Syfilis 8 = Candida
Slide 29 - Tekstslide
Wat heb je geleerd?
1 = Chlamydia 2 = Gonorroe
3 = Genitale wratten 4 = Hepatitis B
5 = Herpes genitalis 6 = Schaamluis
7 = Syfilis 8 = Candida
Slide 30 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt beschrijven wat er in het lichaam bij een hiv besmetting gebeurd
Je kunt de manieren benoemen waarop iemand besmet kan raken met het aidsvirus.
Je kunt uitleggen hoe HPV baarmoederhalskanker kan veroorzaken en hoe de kans hierop verminderd kan worden.
Slide 31 - Tekstslide
Wat is AIDS?
Een SOA waar je nog niet van genezen kan
Ziekte komt door hiv = aidsvirus
Als je het aidsvirus in je bloed hebt = seropositief
Seropositief: je bent besmet met het virus, maar je bent nog niet ziek. Je kunt anderen besmetten.
Slide 32 - Tekstslide
Wat gebeurt er met het aidsvirus?
Het aidsvirus (hiv) maakt witte
bloedcellen stuk.
Zijn er veel witte bloedcellen stuk, dan werkt je afweer niet meer en krijg je ziekteverschijnselen. Je hebt dan aids. Als je afweer niet meer werkt, kun je bijvoorbeeld al dood gaan aan een eenvoudige griep.
Hiv-remmers vertragen de vermeerdering van hiv. Ze verlengen de tijd waarin je nog geen ziekteverschijnselen van aids hebt.
Slide 33 - Tekstslide
Inenting tegen HPV
HPV is een virus dat wordt overgedragen door seksueel contact en baarmoederhalskanker kan veroorzaken.
Inenting tegen HPV vermindert de kans op het ontstaan van baarmoederhalskanker.
Slide 34 - Tekstslide
fb.watch
Slide 35 - Link
sense.info
Slide 36 - Link
Deze les
Filmpje SOA-test
Uitleg over voorbehoedsmiddelen
Aflevering Sex Explained? (24 min)
Opdracht
Volgend jaar meer over voorbehoedsmiddelen!
Slide 37 - Tekstslide
sense.info
Slide 38 - Link
Voorbehoedsmiddelen
Bij geslachtsgemeenschap beschermt alleen het condoom tegen SOA's. Bij orale bevrediging is dat het beflapje.