Oefentoets Kapitel 2 - Lektion 1, 2, 3 + naamvallen

Oefentoets Kapitel 2 
Lektion 1, 2, 3 + naamvallen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets Kapitel 2 
Lektion 1, 2, 3 + naamvallen

Slide 1 - Tekstslide

A: Wortschatz
Übersetze die Wörter zwischen Klammern (tussen haakjes) ins Niederländische.

Slide 2 - Tekstslide

1 Kannst du bitte unsere Daten noch mal (überprüfen)?

Slide 3 - Open vraag

2 Lukas ist seit einer Woche (Mitglied) in einem Fußballverein.

Slide 4 - Open vraag

3 Was machst du für den (Umweltschutz)?

Slide 5 - Open vraag

B1: Wortschatz
Übersetze die Wörter zwischen Klammern ins Deutsche.

Slide 6 - Tekstslide


1 Im Sommer machen wir oft einen Spaziergang im (bos).

Slide 7 - Open vraag

2 Ich muss heute Nachmittag die (planten) in meinem Zimmer gießen.

Slide 8 - Open vraag

3 An dieser Stelle kommen zwei (rivieren) zusammen.

Slide 9 - Open vraag

B2: Wortschatz
Lies die Umschreibung. Notiere das richtige Wort auf Deutsch. 

Slide 10 - Tekstslide

1 Sie strahlt und gibt der Erde Wärme.

Slide 11 - Open vraag

C: Grammatik Modalverben
Ergänze die richtigen Formen von den Verben im Präsens (= tegenwoordige tijd).

Slide 12 - Tekstslide

1 wissen / dürfen

................................... du, wann der Ausverkauf im Klamottenladen endet?

Slide 13 - Open vraag

2 müssen / können

Wir ................................... etwas trinken, denn wir haben Durst.

Slide 14 - Open vraag

3 können / sollen

Warum ............................... Lieke heute nicht kommen? – Sie besucht ihre Schwester.

Slide 15 - Open vraag

4 wissen / dürfen

Marius und Tom, ihr ................................... auf das Konzert der Rockband gehen.

Slide 16 - Open vraag

5 sollen / wollen

Eigentlich ................................. ich nicht für die Prüfung lernen, aber es ist notwendig.

Slide 17 - Open vraag

6 mögen / können

Rutger ................................... keinen Käse. Er findet den Geschmack eklig.

Slide 18 - Open vraag

D: Grammatik die Fälle
Ergänze die richtige Formen von der Der- und Ein-Gruppe.

Slide 19 - Tekstslide

1 Heute gehe ich mit (een) Freundin (v) ins Kino.

Slide 20 - Open vraag

2 (De) neue Wagen (m) meines Vaters steht in der Garage.

Slide 21 - Open vraag

3 Fragst du bitte (onze) Gäste (mv), ob sie Tee möchten?

Slide 22 - Open vraag

4 Es tut mir leid, aber ich kann ohne (mijn) Handy (o) nicht weggehen.

Slide 23 - Open vraag

5 Du wirst später bestimmt (een) guter Arzt (m).

Slide 24 - Open vraag

6 Du solltest (de) Dozentin (v) noch deine Hausarbeit schicken.

Slide 25 - Open vraag

Analyseer nu je toets: Hoeveel fouten had je per onderdeel? Noteer per onderdeel het aantal fouten hieronder.

Slide 26 - Open vraag

Wat ga je doen ter voorbereiding op de toets?

Slide 27 - Open vraag