In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Medische basiskennis
Ademhaling
Uitscheiding
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag
Neusbijholten
Neusamandelen
Middenoor
Mastoïdholte
Strottenhoofd
Pathologie
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de neusbijholten globaal aangeven waar in de schedel ze liggen en welke functies ze hebben.
Je kunt van het middenoor en de mastoïdholte aangeven waarom ze in verbinding staan met de neuskeelholte en hoe deze verbinding kortdurend actief kan worden geopend.
Je kunt aangeven op welke plaats de neusamandelen zich ongeveer beginnen.
Je kunt aangeven van waar tot waar het strottenhoofd reikt en welke functie het strottenklepje heeft, waar in het strottenhoofd de ware en valse stembanden liggen en heel globaal hoe daarmee stemgeluid wordt gecreeerd.
Je kunt aangeven waaruit de luchtpijp is opgebouwd en globaal waar de luchtpijp ligt ten opzichte van het strottenhoofd en slokdarm en waar in de borstkas ongeveer de luchtpijp splitst in de hoofdbronchi.
Je kunt aangeven met welke vliezen de longen omgeven zijn en wat we bedoelen met de longpoort en de pleuraholte.
Je kunt de spieren noemen die we moeten aanspannen en ontspannen bij de normale en geforceerde ademhaling.
Slide 3 - Tekstslide
Wat weten jullie nog?
Maak de oefentoets
Tijd: 15 min
Slide 4 - Tekstslide
Wat zijn de functies van de ademhaling?
Slide 5 - Woordweb
Luchtwegen
Neus
Neusholte
Neuskeelholte
Keelholte
Strottenhoofd (larynx)
Luchtpijp (trachea)
Luchtpijptakken (bronchiën / bronchioli)
Longen
Longblaasjes (alveoli)
Slide 6 - Tekstslide
Waar gaan we het in deze les over hebben?
Anatomie van de:
Neusbijholten
Neusamandelen
Middenoor
Mastoïdholte
Strottenhoofd
En de bijbehorende pathologie.
Slide 7 - Tekstslide
Bovenste luchtwegen
Anatomie
Pathologie
Slide 8 - Tekstslide
Neusademhaling
Aandoeningen van de neus:
Rhinitis
Allergische rhinitis
Slide 9 - Tekstslide
Neusbijholten
Voorhoofdholte
Zeefbeenholte
Kaakholte
Wiggebeensholte
Slide 10 - Tekstslide
Sinusitis
Ontsteking van het slijmvlies in de bijholten.
Slide 11 - Tekstslide
Neusamandelen
Achter in de keel, bij de overgang naar de neusholte.
Slide 12 - Tekstslide
Anatomie van het oor
Uitwendige gehoorgang
Middenoor
Binnenoor
Via de buis van Eustachius is het middenoor verbonden met de neuskeelholte.
Slide 13 - Tekstslide
Mastoïdholte
Uitsteeksel van het bot dat je kunt voelen net achter het oor.
Poreus bot met luchtholten.
Slide 14 - Tekstslide
Mastoïditis
Etterige ontsteking aan het mastoïd
Zeldzaam
Slide 15 - Tekstslide
Verstopt oor
De oren staan in verbinding met de neuskeelholte.
Daarom kan het oor verstopt raken door o.a. een verkoudheid.
Slide 16 - Tekstslide
Otitis
Externa:
Ontsteking van de huid van de gehoorgang.
Media:
Ontsteking van het middenoor met ophoping van vocht en klachten van acute infectie.
Slide 17 - Tekstslide
Wat is de latijnse benaming voor het strottenhoofd?
A
Alveoli
B
Larynx
C
Trachea
Slide 18 - Quizvraag
Strottenhoofd (larynx)
Locatie:
Onder de keelholte en boven de luchtpijp
Opgebouwd uit:
Ringkraakbeen
Schildkraakbeen
Bekervormige kraakbeentjes
Slide 19 - Tekstslide
Functies strottenhoofd
Luchtpassage
Stemvorming
Slikbewegingen (het strottenklepje sluit de luchtpijp af bij slikken)
Slide 20 - Tekstslide
Stembanden (plicae vocales)
Aan de binnenzijde zitten de stembanden.
Tussen de stembanden en de bekervormige kraakbeentjes zit de stemspleet.
Bij spreken is de spleet gesloten.
Valse stembanden
Ware stembanden
Slide 21 - Tekstslide
Laryngitis
Ontsteking van het strottenhoofd of de bovenste luchtpijp.
Acuut
Chronisch
Slide 22 - Tekstslide
Faryngitis
Ontsteking van de keelholte en/of de keelamandelen
Slide 23 - Tekstslide
Keelamandelen
Onderdeel van het lymfekliersysteem.
Slide 24 - Tekstslide
Tonsillitis
Ontsteking van de keelamandelen.
Slide 25 - Tekstslide
Onderste luchtwegen
Anatomie
Pathologie
Slide 26 - Tekstslide
Thuis opdracht: Pathologie van de onderste luchtwegen
Zoek uit wat de volgende ziektebeelden/ aandoeningen) inhouden:
Hyperventilatie
Bronchitis (acuut en chronisch)
COPD
Astma
Emfyseem
(Long) sarcoïdose
Longfibrose (silicose en asbestiose)
Cystic fibrose
Pleuritis
Pneumothorax
Longembolie
Vroege signalen van longkanker
Slide 27 - Tekstslide
Welke onderdelen van de luchtwegen zie je op het plaatje?
Luchtpijp
Hoofdbronchiën
Bronchiolen
Longblaasjes (alveoli)
Long
Slide 28 - Tekstslide
Luchtpijp
Locatie:
In de borstholte vóór de slokdarm.
De luchtpijp bestaat uit kraakbeenringen (glasachtig kraakbeen).
Aan de achterkant zijn ze afgeplat (hoefijzervormig) -> indrukbaar.
Slide 29 - Tekstslide
Bouw van de luchtpijp
Binnenzijde:
Bekleed met trilhaarepitheel met slijmcellen
De wand bestaat uit:
Overwegend elastisch bindweefsel
Weinig glad spierweefsel
De luchtpijp vertakt zich in twee grote takken = bronchiën.
Slide 30 - Tekstslide
Carina
De splitsing van de luchtpijp.
Slide 31 - Tekstslide
Bronchiën
Ronde kraakbeenringen
Ze komen uit in de longen
De linker tak splitst zich in tweeën
De rechter tak splitst zich in drieën
Slide 32 - Tekstslide
Longen
Locatie:
In de borstholte vanaf even boven de 1e rib tot het middenrif
Ze zijn gevuld met lucht en heel bloedrijk.
Slide 33 - Tekstslide
Opbouw van de longen
Elke long bestaat uit kwabben
Linkerlong uit twee kwabben
Rechterlong uit drie kwabben
De longen zijn beide even actief
Om de longen zit een dubbel vlies:
Longvlies (binnenste) pleura viscerales
Borstvlies (buitenste (tegen de borstkas aan))
Longen bewegen zelf niet maar gaan mee met de beweging van de vliezen.
Slide 34 - Tekstslide
Kleinere luchtpijptakjes (bronchiolen)
De grote luchtpijptakken vertakken zich in kleinere takjes.
Hoe dunner de takken des te minder:
Slijmcellen
Trilharen
Kraakbeenringen
De wanden van de kleinste takjes zijn opgebouwd uit:
Elastisch bindweefsel
Spiervezels
Eenlagig plaveiselepitheel
Slide 35 - Tekstslide
Longtrechters en longblaasjes
De kleinste takjes gaan over in de longtrechtertjes.
De wanden bestaan uit longblaasjes (alveoli).
Slide 36 - Tekstslide
Longblaasjes
Via de wanden van de longblaasjes vindt gaswisseling plaats.
Opbouw:
Eenlagig niet verhoornd plaveiselepitheel
Over de longblaasjes ligt het bijzondere haarvatennet van de kleine bloedsomloop.