mesoniveau + macroniveau

Inhoud blokuur
1e lesuur
- huiswerk nakijken
- 1e deel uitleg
- zelfstandig werken
- opdracht nakijken 


2e lesuur 
- 2e deel uitleg 
- zelfstandig werken
- opdracht nakijken 
Inhoud blokuur
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Inhoud blokuur
1e lesuur
- huiswerk nakijken
- 1e deel uitleg
- zelfstandig werken
- opdracht nakijken 


2e lesuur 
- 2e deel uitleg 
- zelfstandig werken
- opdracht nakijken 
Inhoud blokuur

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Deze leerlingen volgen de uitleg mee: 
Jens, Kane, Stan, Giel, Bram, Ryan, Jur, Niels, Yoëll, Bob, Siem, Jesse
Kom even vooraan in de klas zitten. 


De overige leerlingen gaan zelfstandig aan de slag met de opdracht. Ben je klaar? Dan kun je in stilte iets voor jezelf doen. 

Slide 3 - Tekstslide

Signaalwoorden
Signaalwoorden geven een signaal. 
Ze geven een verband aan tussen zinnen + alinea's. 

Signaalwoorden geven dus een signaal hoe je de tekst moet lezen. 


Mijn fietslicht was kapot, daarom kreeg ik een bekeuring.
Mijn fietslicht was kapot, toch kreeg ik een bekeuring.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Samen oefenen

Slide 6 - Tekstslide

Ga nu aan de slag met de opdracht.

Slide 7 - Tekstslide

Antwoorden opdracht signaalwoorden

1a. eerst, toen
1b. volgorde in tijd

2a. maar
2b. reden

3a. dus
3b. conclusie

4a. ook, zo, en, door, dus, maar 
4b.
ook = opsomming
zo = toelichting
en = opsomming
door = oorzaak - gevolg
dus = conclusie
maar = tegenstelling 

5a. daardoor
5b. opsomming 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

De volgende leerlingen volgen de uitleg mee: 
Jens, Kane, Bram, Niek, Johan, Ryan, Jur, Niels, Yoëll, Bob, Siem, Jesse
Kom even vooraan in de klas zitten. 



De rest gaat zelfstandig aan de slag met de tekst. 
Zie: MS Teams - opdrachten 

Slide 10 - Tekstslide

tekstsoorten + tekstdoelen
Als je een tekst schrijft bedenk je wat je wilt bereiken met de tekst.
 
Wil je iemand meer informatie geven over Messi? 
Of ervan overtuigen dat hij de beste voetballer allertijden is? 

Iedere schrijver denkt na over wat hij wil bereiken.  

De tekst die jij leest heeft dus altijd een doel. 

Slide 11 - Tekstslide

tekstsoort
tekstdoel
voorbeeld
informatieve tekst
informeren
nieuwsbericht / artikel
instructie
instructies geven
recept / tekst uit schoolboek
overtuigende tekst
overtuigen
betoog / recensie
activerende tekst
activeren
advertentie / bijsluiten van recept
amuserende tekst
amuseren
stripverhaal / gedicht

Slide 12 - Tekstslide

tekstgeraamte 
Het tekstgeraamte is de buitenkant van de tekst. 

- titel
- afbeelding
- inleiding (vaak dikgedrukt)
- tussenkopjes
- tabel 
- bron 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

onderwerp + hoofdgedachte
  • Onderwerp
    - 1 of paar woorden 
    - nodig: tekst geraamte

  • Hoofdgedachte 
    - verteld iets over het onderwerp
    - in één zin 
    - nodig: de hele tekst grondig lezen


Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag 

Slide 16 - Tekstslide

Nakijken vragen bij tekst

Slide 17 - Tekstslide

Welke onderdelen horen bij het tekstgeraamte en welke niet? 
titel 
afbeelding
signaalwoorden
inleiding 
bron 
tekstverbanden 
schrijver 

Slide 18 - Sleepvraag

Ik weet welke signaalwoorden bij welke tekstverbanden horen.
110

Slide 19 - Poll

Ik weet hoe ik tekstverbanden kan gebruiken om een tekst beter te begrijpen.
110

Slide 20 - Poll

Ik weet wat het tekstgeraamte is.
110

Slide 21 - Poll

Ik weet hoe ik het onderwerp kan vinden.
110

Slide 22 - Poll

Ik weet hoe ik de hoofdgedachte kan vinden.
110

Slide 23 - Poll

Ik weet dat er verschillende tekstsoorten zijn met ieder hun eigen doel.
110

Slide 24 - Poll

Ik weet welke tekstsoorten er zijn en welk doel deze teksten hebben.
110

Slide 25 - Poll