Een sociaal systeem bestaat uit meerdere mensen die onderlinge sociale verhoudingen hebben, waarmee ze zich onderscheiden van hun omgeving. Binnen een sociaal systeem hebben mensen een gezamenlijke wens, reden of doel om voor kortere of langere tijd bij elkaar te blijven. Het deel uitmaken van een sociaal systeem schept een onderlinge band, die hecht of minder hecht kan zijn. Een sociaal systeem kan een kleine groep (gezin) of organisatie zijn, maar ook een grotere samenleving (bijvoorbeeld gemeente of provincie). Sociale systemen in de maatschappij beïnvloeden elkaar over en weer. Als de omgeving verandert, is het belangrijk dat het systeem zich daarop aanpast, zodat het in stand kan blijven. Daarbij is het belangrijk dat de eigenheid, het specifieke karakter van het systeem, herkenbaar blijft. Grondlegger van de sociale systeemtheorie is Talcott Parsons: hij verbindt de sociologie met economie, biologie, politicologie en het systeemdenken.