H3.1 Les 2: Energie en klimaatverandering

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Nederland duurzaam:
energie en water


H3.1: Energie en klimaatverandering



zlb@st-maartenscollege.nl

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?


  • Start paragraaf 1: Energie en klimaatverandering


Slide 3 - Tekstslide

CHECK HUISWERK

Slide 4 - Tekstslide

Je kunt uitleggen hoe het natuurlijk broeikaseffect werkt.
We gaan zo het volgende klassikaal doen:
  • Open een nieuwe pagina in je schrift
  • Teken het natuurlijk broeikaseffect.
  • Maak aantekeningen (6 stappen) in je eigen woorden wat het natuurlijk broeikaseffect is.
Zorg voor een lege pagina in je schrift.

Slide 5 - Tekstslide

"Gassen werken als een soort deken."
Je kunt 3 broeikasgassen benoemen.

  • Kooldioxide (CO²)
  • Methaan (CH⁴)
  • Waterdamp (H²O)

Slide 6 - Tekstslide

Natuurlijk broeikaseffect

Het vermogen van de aarde om warmte vast te houden door de aanwezigheid van natuurlijke broeikasgassen in de atmosfeer.

Slide 7 - Tekstslide

Zonder het broeikaseffect zou de aarde niet bewoonbaar zijn. 
De gemiddelde temperatuur zou -15°C zijn in plaats van 18°C nu.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Het natuurlijk broeikaseffect
Broeikaseffect (werkt vergelijkbaar met een kas)
1. Zonnestraling
2. De atmosfeer bevat broeikasgassen
3. De zonnestralen gaan door de broeikasgassen
4. Door absorptie van de aarde ontstaan warmtestralen
5. Sommige warmtestralen gaan door de atmosfeer
6. Andere warmtestralen worden tegengehouden door de broeikasgassen

Slide 11 - Tekstslide

Versterkt broeikaseffect

Opwarming van de aarde door de uitstoot van broeikasgassen door mensen.

Slide 12 - Tekstslide

Je kunt het verschil uitleggen tussen het 
natuurlijk- en versterkte broeikaseffect.

Slide 13 - Tekstslide

VERSTERKT
BROEIKASEFFECT

Slide 14 - Tekstslide

HET BROEIKASEFFECT
ZONDER broeikasgassen
-18 graden celcius

MET broeikasgassen
+15 graden celcius

Slide 15 - Tekstslide

Lesdoelen van vandaag
  1. Je weet welke fossiele brandstoffen bestaan.
  2. Je kunt uitleggen hoe fossiele brandstof een belangrijke rol spelen in Nederland en de rest van de wereld.
  3. Je kunt uitleggen welke invloed fossiele brandstof hebben op de atmosfeer.
  4. Je kunt uitleggen hoe het broeikaseffect werkt.
  5. Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen het natuurlijk- en versterkt broeikaseffect (B126).

Slide 16 - Tekstslide

FOSSIELE BRANDSTOFFEN
  1. Je weet welke fossiele brandstoffen bestaan.
  2. Je kunt uitleggen hoe fossiele brandstof een belangrijke rol spelen in Nederland en de rest van de wereld.
Lees "Energie" op pagina 44 en beantwoord deze twee doelen in je schrift.

Slide 17 - Tekstslide

           FOSSIELE BRANDSTOFFEN
  1. Je weet welke fossiele brandstoffen bestaan. 
  2. Je kunt uitleggen hoe fossiele brandstof een belangrijke rol spelen in Nederland en de rest van de wereld.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

KOLENCENTRALES
IN NEDERLAND

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide




AARDBEVINGEN
IN NEDERLAND

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Lesdoelen van vandaag
  1. Je weet welke fossiele brandstoffen bestaan.
  2. Je kunt uitleggen hoe fossiele brandstof een belangrijke rol spelen in Nederland en de rest van de wereld.
  3. Je kunt uitleggen welke invloed fossiele brandstof hebben op de atmosfeer.
  4. Je kunt uitleggen hoe het broeikaseffect werkt.
  5. Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen het natuurlijk- en versterkt broeikaseffect (B126).

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Lees H3.1: Energie en klimaatverandering
  • Lees B125 + B126
  • Maak 1, 2, 3 & 5

Regels wanneer je aan het werk bent:
  • Je mag samenwerken
  • Steek je vinger op als je een vraag hebt

Dit is ook het huiswerk voor de volgende les.

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk
H3.1: Energie en klimaatverandering
1, 2, 3 & 4

Slide 29 - Tekstslide